Wetgevingsresolutie van het Europees Parlement over het voorstel voor een verordening van de Raad voor de instandhouding van de visbestanden via technische maatregelen voor de bescherming van jonge exemplaren van mariene organismen (COM(2002) 672 – C5-0026/2003 – 2002/0275(CNS))
(Raadplegingsprocedure)
Het Europees Parlement,
- gezien het voorstel van de Commissie aan de Raad (COM(2002) 672)(1),
- gelet op artikel 37 van het EG-Verdrag, op grond waarvan het Parlement door de Raad is geraadpleegd (C5&nbhy;0026/2003),
- gelet op artikel 67 van zijn Reglement,
- gezien het verslag van de Commissie visserij (A5-0168/2003),
1. hecht zijn goedkeuring aan het Commissievoorstel, als geamendeerd door het Parlement;
2. verzoekt de Commissie haar voorstel krachtens artikel 250, lid 2 van het EG-Verdrag dienovereenkomstig te wijzigen;
3. verzoekt de Raad, wanneer deze voornemens is af te wijken van de door het Parlement goedgekeurde tekst, het Parlement hiervan op de hoogte te stellen;
4. wenst opnieuw te worden geraadpleegd ingeval de Raad voornemens is ingrijpende wijzigingen aan te brengen in het voorstel van de Commissie;
5. verzoekt zijn Voorzitter het standpunt van het Parlement te doen toekomen aan de Raad en de Commissie.
Door de Commissie voorgestelde tekst
Amendementen van het Parlement
Amendement 5 Overweging 8 bis (nieuw)
(8 bis) Verordening (EG) nr. 2371/2002 maakte de instelling mogelijk van regionale adviesraden, bedoeld om bij het gemeenschappelijk visserijbeleid van de kennis en ervaring van de betrokken vissers en van andere belanghebbenden te kunnen profiteren en rekening te kunnen houden met de uiteenlopende omstandigheden die zich in de communautaire wateren voordoen. Op dezelfde manier mogen besluiten over technische aangelegenheden pas worden genomen nadat aandacht is geschonken aan de adviezen van de terzake bevoegde regionale adviesraden, vooral omdat vissers naar alle waarschijnlijkheid de grondigste kennis hebben van het soort van maatregelen waarin deze verordening voorziet.
Amendement 1 Artikel 2, lid 4
4. De in lid 2 bedoelde gebieden kunnen volgens de in artikel 37, lid 1, bedoelde procedure worden onderverdeeld in geografische zones, met name aan de hand van de in lid 1 bedoelde definities.
4. De in lid 2 bedoelde gebieden kunnen volgens de in artikel 40, lid 2 bedoelde procedure worden onderverdeeld in geografische zones, met name aan de hand van de in lid 1 bedoelde definities.
Amendement 2 Artikel 4, lid 8
8. Vóór 1 november 2002 zullen, volgens de procedure van artikel 40, lid 2, nadere bepalingen worden vastgesteld inzake de voorwaarden waaronder combinaties van sleepnetten van meer dan één maaswijdteklasse mogen worden gebruikt.
8. De Commissie dient een voorstel in waarin nadere bepalingen worden vastgesteld inzake de voorwaarden waaronder combinaties van sleepnetten van meer dan één maaswijdteklasse mogen worden gebruikt. De Raad neemt uiterlijk op 31 december 2003 een besluit, op basis van het Commissievoorstel.
Amendement 3 Artikel 12
De uitvoeringsbepalingen inzake de toegestane onderwatertijd en de lengte van staande netten zullen worden opgesteld volgens de in artikel 30, lid 2, bedoelde procedure.
De uitvoeringsbepalingen inzake de toegestane onderwatertijd en de lengte van staande netten zullen worden opgesteld volgens de in artikel 40, lid 2, bedoelde procedure.
Amendement 4 Artikel 17, lid 2, letter b)
b) op andere mariene organismen dan die welke in de bijlagen I tot en met III zijn gedefinieerd als doelsoorten voor de maaswijdteklassen kleiner dan 16 mm of van 16 tot en met 31 mm en zijn gevangen met sleepnetten met een maaswijdte van minder dan 32 mm, op voorwaarde dat de genoemde organismen niet zijn gesorteerd en niet voor menselijke consumptie worden verkocht, uitgestald of te koop worden aangeboden.
Schrappen
Amendement 8 Artikel 39, lid 1
1. De voor de tenuitvoerlegging van deze verordening vereiste maatregelen worden vastgesteld volgens de in artikel 40, lid 2, bedoelde procedure.
1. De voor de tenuitvoerlegging van deze verordening vereiste maatregelen worden vastgesteld volgens de in artikel 40, lid 2, bedoelde procedure, met inachtneming van de adviezen van de terzake bevoegde regionale adviesraad of -raden.
Amendement 10 Artikel 40, lid 2, alinea 1
2. Wanneer wordt verwezen naar dit lid, zijn de artikel 4 en 7 van Besluit 1999/468/EG van toepassing.
2. Wanneer wordt verwezen naar dit lid, zijn de artikelen 4 en 7 van Besluit 1999/468/EG van toepassing en wordt rekening gehouden met de adviezen van de betrokken regionale adviesraad of -raden.