Index 
 Vorige 
 Volgende 
 Volledige tekst 
Procedure : 2006/2171(INI)
Stadium plenaire behandeling
Documentencyclus : A6-0367/2006

Ingediende teksten :

A6-0367/2006

Debatten :

PV 15/11/2006 - 15
CRE 15/11/2006 - 15

Stemmingen :

PV 16/11/2006 - 6.4
Stemverklaringen

Aangenomen teksten :

P6_TA(2006)0494

Aangenomen teksten
PDF 131kWORD 48k
Donderdag 16 november 2006 - Straatsburg
Een strategie voor het Baltische Zeegebied in het kader van de noordelijke dimensie
P6_TA(2006)0494A6-0367/2006

Resolutie van het Europees Parlement over een strategie voor het Baltische Zeegebied in het kader van de noordelijke dimensie (2006/2171(INI))

Het Europees Parlement,

–   onder verwijzing naar zijn resolutie van 16 november 2005 over de toekomst van de Noordelijke Dimensie(1),

–   gezien de richtsnoeren voor de opstelling van een politieke verklaring en een beleidskader inzake de Noordelijke Dimensie van 2007, zoals op de ministervergadering van de Noordelijke Dimensie te Brussel van 21 november 2005 goedgekeurd,

–   gezien het jaarlijkse voortgangsverslag 2005 van de Commissie van 2 juni 2006 over de tenuitvoerlegging van het actieplan voor de Noordelijke Dimensie (SEC(2006)0729),

–   gezien het tweede actieplan voor de Noordelijke Dimensie 2004-2006 dat op 16 en 17 oktober 2003 door de Europese Raad in Brussel werd vastgesteld,

–   gezien de besluiten van de voorzitter van de 6e Top van de Baltische staten in Reykjavik op 8 juni 2006,

–   onder verwijzing naar het verslag en de resolutie van het raadgevend comité van de Europese Economische Ruimte, van 25 juni 2006, over het toekomstige beleid inzake de Noordelijke Dimensie,

–   gezien het werk van de Baltische interfractiewerkgroep in het Europees Parlement,

–   gelet op Europa's strategie voor het Baltische Zeegebied die gevolgd wordt door de Baltische interfractiewerkgroep in het Europees Parlement,

–   gezien het werk van de Raad van de Baltische Staten en de Parlementaire Conferentie van de Baltische regio,

–   gelet op artikel 45 van zijn Reglement,

–   gezien het verslag van de Commissie buitenlandse zaken en het advies van de Commissie industrie, onderzoek en energie (A6-0367/2006),

A.   overwegende dat de Noordelijke Dimensie een breed kader vormt dat alle noordelijke regio's – het Baltische Zeegebied, het Barentszzeegebied en het Noordpoolgebied – en alle buitenlandse en binnenlandse beleidsterreinen omvat,

B.   overwegende dat het beleid voor de Noordelijke Dimensie de regionale en grensoverschrijdende samenwerking met het oog op verdere economische groei kan ondersteunen en een gemeenschappelijke aanpak voor gemeenschappelijke uitdagingen kan formuleren, maar tot op heden de verscheidene problemen in de regio nog niet naar vermogen heeft kunnen aanpakken,

C.   overwegende dat het Baltische Zeegebied historisch gezien een belangrijke verbinding tussen het Westen en het Oosten is en als zodanig de kern van het nieuwe beleid voor de Noordelijke Dimensie zou moeten vormen,

D.   overwegende dat de Baltische Zee na de uitbreiding van 2004 bijna een interne zee (mare nostrum) van de Europese Unie is geworden; voorts overwegende dat de strategie voor de Baltische Zee een belangrijke bijdrage kan leveren aan de heroriëntering van het toepassingsgebied en de activiteiten van de Noordelijke Dimensie ter afspiegeling van de veranderingen die deze uitbreiding met zich heeft meegebracht,

E.   overwegende dat de strategie voor de Baltische Zee in belangrijke mate kan bijdragen aan een betere coördinatie tussen de regionale instellingen in het Baltische Zeegebied,

Doel van deze resolutie

1.   wil door middel van deze resolutie:

   a. het beleid voor de Noordelijke Dimensie steunen door het Baltische Zeegebied aan te merken als één van de topprioriteiten, en tegelijkertijd een verdere regionale integratie in het Baltische Zeegebied -dat een veelbelovend en dynamisch onderdeel van de grote Europese economische en politieke arena is-, te bevorderen; beklemtoont zijn blijvende steun voor activiteiten op andere gebieden, met name in de Barentszee en de Arctische gebieden, in samenwerking met partnerlanden Noorwegen, IJsland en Rusland;
   b. de kansen van de dynamische economie in het Baltische Zeegebied optimaal benutten en de regio systematisch naar voor schuiven als een van de meest aantrekkelijke en concurrerende gebieden ter wereld;
   c. bijdragen tot verbetering van de ecologische toestand van de Baltische Zee die momenteel een van de meest vervuilde zeegebieden ter wereld is; vervuiling en eutrofiëring terugdringen en verdere lozing van olie en andere giftige en schadelijke stoffen voorkomen;

stelt tegen deze achtergrond het volgende voor:

2.   verzoekt de Commissie een voorstel te doen voor een Europese strategie voor de Baltische Zee om de interne pijler van de Noordelijke Dimensie te versterken, de verschillende aspecten van regionale samenwerking naar voren te halen, synergieën te bewerkstelligen en te vermijden dat de werkzaamheden van de verschillende regionale instellingen en organisaties elkaar overlappen; verzoekt de Commissie en de lidstaten de verantwoordelijkheden van hun administraties aan te passen, zodat deze bij het opzetten en uitvoeren van het beleid inzake de Noordelijke Dimensie een horizontale aanpak kunnen hanteren;

3.   steunt de werkzaamheden van de Raad van de Baltische Zeestaten; stelt voor een jaarlijkse Baltische Zeetop te organiseren vóór de zomerbijeenkomst van de Europese Raad; steunt de werkzaamheden van de Parlementaire Conferentie van de Baltische Zee, de jaarlijkse ontmoeting van de nationale parlementsvoorzitters van de regio en het aanstaande Parlementair Forum van de Noordelijke Dimensie;

4.   onderstreept dat de strategie voor het Baltische Zeegebied zowel maatregelen omvat die alleen door de Europese Unie en haar lidstaten moeten worden uitgevoerd, als maatregelen die in samenwerking met Rusland moeten worden uitgevoerd;

5.   wijst op de noodzaak een volwaardig regionaal kantoor van de Europese Investeringsbank (EIB) in het Baltische-zeegebied te vestigen;

6.   dringt met het oog op de transparantie en coherentie aan op een aparte EU-begrotingslijn voor de strategie voor de Baltische Zee, mogelijk in het kader van het Europese nabuurschaps - en partnerschapsinstrument, als aanvulling op de huidige financiering van de Noordelijke Dimensie door de Europese Unie, lidstaten, derde landen en de Europese Bank voor Wederopbouw en Ontwikkeling, de EIB, de Noordse Investeringsbank, enz.; benadrukt dat voor de strategie voldoende middelen uit hoofde van alle relevante begrotingslijnen moeten worden uitgetrokken om de doelstellingen ervan te kunnen verwezenlijken;

7.   stelt vast dat zowel Rusland als de lidstaten verantwoordelijk zijn voor de vervuiling van de Baltische Zee; benadrukt dat de bescherming van het zeemilieu, met name met betrekking tot de beperking van eutrofiëring, een van de belangrijkste aspecten is bij de tenuitvoerlegging van de Europese landbouw- en structuurprogramma's in die regio; stelt met voldoening vast dat de Internationale Maritieme Organisatie het grootste gedeelte van het Baltische Zeegebied heeft erkend als Bijzonder Kwetsbaar Zeegebied; stelt voor een netwerk van ecologisch representatieve en waardevolle beschermde gebieden in zee en langs de kust te creëren;

8.   beklemtoont dat een grote olieramp als gevolg van transport, exploratie of exploitatie het einde van de meeste levende wezens in de Baltische Zee kan betekenen; eist een betere coördinatie om dergelijke rampen te vermijden en, indien er toch een plaatsvindt, overeenstemming te bereiken over een gezamenlijke aanpak om de gevolgen ervan te bestrijden; is van mening dat voor de classificatienormen voor olietankers rekening moet worden gehouden met de omstandigheden in de regio, zoals de ijsdikte tijdens de winter;

9.   onderstreept dat het noodzakelijk is de visbestanden in het Baltische Zeegebied te beschermen en te laten aansterken; vraagt de Commissie om een uitgebreid plan voor te bereiden om de natuurlijke zalmbestanden in het watersysteem van de Baltische Zee te behouden en te herstellen door gebruik te maken van alle paaigronden;

10.   benadrukt dat de regio minder afhankelijk moet worden van Russische energie en moedigt de lidstaten in de regio aan de mogelijkheid van een gemeenschappelijke energiemarkt te onderzoeken; verzoekt de Commissie, de lidstaten en de partners om zich gezien het potentieel voor bio-energie in die regio sterk te maken voor gezamenlijke projecten inzake energie-efficiëntie en hernieuwbare energiebronnen en om het gebruik van biomassa, zonne-, wind- en waterkrachtenergie te bevorderen; steunt de werkzaamheden van het samenwerkingsverband op het gebied van energie in het Baltische Zeegebied;

11.   eist een aanpak die gebaseerd is op eerlijkheid en gedeelde verantwoordelijkheid bij de uitvoering van het energiebeleid op nationaal niveau, zodat strategische beslissingen als het uitbouwen van nieuwe energienetwerken genomen worden na raadpleging van de partners onder de EU-lidstaten waarop deze beslissingen een effect zouden kunnen hebben;

12.   onderstreept het belang van gedegen milieueffectbeoordelingen voor alle energie-infrastructuurprojecten om ervoor te zorgen dat aan alle internationale milieubeschermingsnormen wordt voldaan; roept Rusland in dit verband op het Verdrag van Espoo inzake milieu-effectrapportage in grensoverschrijdend verband te ratificeren;

13.   benadrukt het belang van de eerbiediging van de internationaal erkende principes van duurzame ontwikkeling, goed beleid, transparantie en participatie, gelijkheid van man en vrouw, de rechten van de minderheden en de bescherming van inheemse volken, evenals het belang van een wederzijds versterkend economisch, werkgelegenheids- en sociaal beleid door alle betrokken partners, in de lijn van de Lissabonstrategie voor de EU;

14.   herinnert aan de bindende rol van de Baltische Zee in de regio; suggereert het opstarten van een nieuw programma, dat de naam "Grenzeloze Baltische Zee" moet dragen, om de grensovergangen in de regio vlotter te laten verlopen, inclusief deze tussen de lidstaten en Rusland; steunt de aanleg van een "Baltische watersnelweg" die het Baltische Zeegebied tegen 2010 met de lidstaten in Centraal- en West-Europa zou moeten verbinden;

15.   meent dat de lidstaten het recht moeten hebben om strengere beschermende maatregelen in stand te houden of op te leggen dan deze die worden voorgesteld door de EU, en zo hun verantwoordelijkheid voor het verminderen van de vervuiling van de Baltische Zee kunnen nemen;

16.   onderkent de toename van het verkeer op zee, die voornamelijk door de sterke economische groei van Rusland wordt veroorzaakt; beschouwt veiligheid op zee als een van de grootste zorgpunten van de regio; stelt voor het gemeenschappelijke regel- en informatiesysteem voor het scheepvaartverkeer (VTMIS) geleidelijk uit te breiden van alleen de Finse Golf naar het hele Baltische Zeegebied; onderstreept de noodzaak van een gezamenlijke inzet om ervoor te zorgen dat de Baltische Zee door de Internationale Maritieme Organisatie snel als bijzonder kwetsbaar zeegebied wordt aangemerkt, inclusief een verbod op olietransporten met enkelwandige tankers;

17.   stelt voor het Trans-Europese Netwerk Nordic Triangle uit te breiden naar de hele regio en de wegen en spoorlijnen van de Barentszcorridor en de Botnische corridor in de TEN op te nemen; verzoekt de uitvoering van het Rail Baltica-project en zou graag een hogesnelheidstreinverbinding voor de hele regio hebben;

18.   eist de verwezenlijking van de Via Baltica-snelweg tegen 2013 als een prioritair project dat het Baltische Zeegebied verbindt met de lidstaten in Centraal- en West-Europa; benadrukt het belang van Europese financiering voor de verwezenlijking van het project;

19.   onderkent dat de meeste nationale markten in de regio relatief klein zijn waardoor de concurrentie meestal laag is; benadrukt de uitzonderlijke economische onderlinge afhankelijkheid van de lidstaten in die regio; dringt aan op volledige toepassing van de vier basisvrijheden (vrij verkeer van personen, vrij verkeer van goederen, vrijheid van vestiging en vrij verkeer van kapitaal) zoals die gelden tussen de EU-lidstaten in de regio;

20.   merkt op dat voor de oblast Kalinigrad-enclave, die geheel door de Europese Unie wordt omgeven, een oprechte samenwerking tussen de regionale autoriteiten, de Russische Federatie en de Europese Unie nodig is; verzoekt de Russische Federatie en de Europese Unie de mogelijkheid te onderzoeken om van de oblast Kaliningrad een meer open en minder gemilitariseerde proefregio te maken met een betere toegang tot de interne markt; benadrukt de noodzaak van volledige toepassing van het beginsel van vrijheid van scheepvaart in de Baltische Zee, inclusief de Vistula-lagune en Kaliningradzkij Zaliv, en van vrije doorvaart door Pilava Strait/Baltijskij Proliv;

21.   wijst erop dat het Partnerschap van de Noordelijke Dimensie in Volksgezondheid en Maatschappelijk Welzijn (NDPHS) efficiënter moet worden bij de bestrijding van ernstige ziekten en bij het bevorderen en steunen van gezonde en sociaal verantwoorde levensstijlen; roept de Russische Federatie en de EU op om te onderzoeken welke mogelijkheden er zijn om de oblast Kaliningrad-enclave daadwerkelijk op te nemen in de activiteiten van de NDPHS;

22.   benadrukt dat de oblast Kaliningrad-enclave nog altijd geplaagd wordt door vele sociale en economische problemen, zoals de grote bedreiging voor het milieu die inherent zijn aan de aanwezigheid van militaire bases en wapens in de regio, het wezenlijke gevaar voor de volksgezondheid en de hoge graad van criminaliteit en drugsverslaving;

23.   roept het Baltische Zeegebied op om actief programma's te steunen die gericht zijn op het creëren van nieuwe kunst- en communicatievormen en multinationale mobiliteit en culturele uitwisselingsprogramma's aan te moedigen;

24.   steunt de studentenuitwisselingen in de regio; stelt de universiteiten in de regio voor een netwerk te vormen en het werk te verdelen zodat er zich centra met specifieke bekwaamheden vormen die op internationaal niveau kunnen meedingen;

25.   is verontrust over het feit dat de oostgrens van de regio als uitvalsplaats voor de georganiseerde misdaad lijkt te fungeren, vooral voor de mensen- en drugshandel; dringt aan op een sterkere betrokkenheid van de Europese Politiedienst (Europol) en een nauwere samenwerking op dit gebied op Europees en intergouvernementeel niveau;

26.   onderstreept dat de inspanningen voor een doeltreffender controle aan de oostelijke grens moeten worden verdubbeld, vooral door de bestaande infrastructuur te verbeteren en door legale grensoverschrijding te bevorderen; wenst dat hiervoor in het voorgestelde Europees fonds voor buitengrenzen voldoende middelen worden vrijgemaakt;

o
o   o

27.   verzoekt zijn Voorzitter deze resolutie te doen toekomen aan de Raad en de Commissie, de regering van Rusland en het Voorzitterschap van de Raad van de Baltische Staten.

(1) Aangenomen teksten, P6_TA(2005)0430.

Juridische mededeling - Privacybeleid