Resolutie van het Europees Parlement van 24 mei 2007 over de onlangs in Nigeria gehouden verkiezingen
Het Europees Parlement,
– gezien de Verklaring van voorlopige bevindingen en conclusies van de Waarnemingsmissie van de EU naar de verkiezingen in de Federale Republiek Nigeria van 23 april 2007,
– gezien de Verklaring van beginselen voor internationale waarneming van verkiezingen en de Gedragscode voor internationale verkiezingswaarnemers, herdacht bij de Verenigde Naties op 27 oktober 2005,
– gezien de Mededeling van de Commissie (2000)0191 def. van 11 april 2000 over Verkiezingsondersteuning en –waarneming door de EU (COM(2000)0191),
– gelet op artikel 103, lid 2 van zijn Reglement,
A. overwegende dat de deelstaat- en federale verkiezingen van 2007 in Nigeria niet hebben voldaan aan elementaire internationale en regionale normen voor democratische verkiezingen en niet als geloofwaardig, vrij en eerlijk kunnen worden beschouwd,
B. overwegende dat deze verkiezingen niet hebben voldaan aan de hoop en verwachtingen van de Nigeriaanse bevolking die vol overgave aan het verkiezingsproces heeft deelgenomen en veelal onder zeer moeilijke omstandigheden heeft gestemd en grote vastberadenheid aan de dag heeft gelegd bij het uitbrengen van hun stem en het gebruikmaken van hun democratische rechten ondanks de sfeer van onzekerheid en vrees bij kiezers in veel gebieden,
C. overwegende dat de Waarnemingsmissie van de EU naar de verkiezingen heeft geconcludeerd dat de verkiezingen ernstige tekortkomingen vertoonden door slechte organisatie, gebrek aan transparantie, procedurele onregelmatigheden alom, duidelijke tekenen van fraude, met name tijdens de verificatie van de uitslagen, ontzegging van stemrecht in verschillende stadia van het verkiezingsproces en het ontbreken van gelijke voorwaarden voor kandidaten,
D. overwegende dat de Nigeriaanse regering en de verkiezingsambtenaren, in plaats van burgers het fundamenteel recht te garanderen om vrijelijk te stemmen, actief samenspanden bij fraude en geweld of dat zij althans schendingen van de mensenrechten door supporters van de regeringspartij en anderen negeerden,
E. overwegende dat de stembureaus op de dag van de staatsverkiezingen zeer laat of helemaal niet openden, er onvoldoende materiaal en een onvoldoende aantal verkiezingsambtenaren aanwezig waren, voor het merendeel zonder voldoende opleiding,
F. overwegende dat geheimhouding van de stemming veelal niet was gegarandeerd door het ontbreken van stemhokjes en slechte inrichting van de stembureaus, dat procedures niet correct werden gevolgd, dat onafhankelijk toezicht deels werd belemmerd en er volgens getuigen ook door minderjarigen werd gestemd,
G. overwegende dat waarnemers van de EU verslag hebben gedaan van onregelmatigheden bij de tellingen en het verificatieproces, waaronder verstoringen, het niet plaatsvinden van tellingen en discrepanties tussen de uitslagen; dat uitslagen van stembureaus niet publiekelijk werden getoond op eender welk niveau van de verkiezingsadministratie in het gehele land,
H. overwegende dat deze problemen hebben geleid tot geweld, waarbij in de periode voorafgaand en navolgend op de dag van de staatsverkiezingen op 14 april 2007 tenminste vijftig doden vielen en evenzoveel gewonden, waarvan de helft in het Niger-Delta-gebied, en tot chaos leidde in andere gevallen waarbij ook stembussen door groepen misdadigers werden meegenomen,
I. overwegende dat het mogelijk was om tussen de verkiezingen van 14 april en 21 april 2007 enkele tekortkomingen recht te zetten en dat de politieke partijen en de politie concrete stappen hadden kunnen nemen om voor een vreedzaam en ordelijk verloop te zorgen,
J. overwegende dat waarnemers van de EU op de dag van de federale verkiezingen hetzelfde soort onregelmatigheden hebben waargenomen als op 14 april 2007, namelijk het volstoppen van stembussen, wijziging van formuleren met officiële uitslagen, diefstal van belangrijk verkiezingsmateriaal, het kopen van stemmen en het uitbrengen van stemmen door minderjarigen,
K. overwegende dat de einduitslag in beide gevallen een overweldigende overwinning voor de regerende Democratische Volkspartij (PDP) heeft opgeleverd, in sommige gevallen honderd procent van de stemmen voor de PDP,
L. overwegende dat er ernstige bezorgdheid is uitgesproken door politieke partijen, maatschappelijke groeperingen en de media over het verloop van de verkiezingen,
M. overwegende dat de "Waarnemingsgroep machtoverdracht", de grootste binnenlandse waarnemingsorganisatie in Nigeria, heeft aangedrongen op het overdoen van de presidentsverkiezingen,
N. overwegende dat de Onafhankelijke Nationale Kiescommissie (INEC) zich niet goed op de verkiezingen heeft voorbereid en geen vertrouwen heeft gewekt bij de deelnemers aan de verkiezingen wat betreft haar capaciteiten en onpartijdigheid,
O. overwegende dat bij de voorbereidingsfasen van de verkiezingen tekortkomingen zijn gebleken wat betreft fundamentele eerlijkheid jegens de oppositie, transparantie, kiezersregistratie en respect voor de rechtsstaat, en dat president Olusegun Obasanjo heeft getracht kandidaten uit te sluiten,
P. overwegende dat het presidentschap van Obasanjo indrukwekkende successen heeft behaald en heeft geijverd voor een democratie in geheel Afrika, maar het thans deze positieve maatregelen moet consolideren en zelf moet staan voor vrije en eerlijke verkiezingen overeenkomstig internationale normen,
Q. overwegende dat vrouwen onder de verkiezingskandidaten en bij de administratie van de verkiezingen nog altijd ondervertegenwoordigd zijn,
R. overwegende dat de algemene verkiezingen het land de mogelijkheid boden om voor het eerst een machtsoverdracht van de ene burgerlijke regering naar het andere te beleven, waardoor de democratie zou zijn geconsolideerd,
S. overwegende dat de verkiezingen, met 140 miljoen mensen bestaande uit 250 etnische groeperingen in Nigeria, verspreid over 36 deelstaten, elk met zijn eigen gouverneur en wetgevend lichaam, en met 64 miljoen geregistreerde kiezers, de grootste ooit in Afrika was,
T. overwegende dat de transparantie en geloofwaardigheid van de verkiezingen van grote invloed was op de internationale reputatie van Nigeria en op de kwaliteit van bilaterale betrekkingen en economische samenwerking,
U. overwegende dat geslaagde en geloofwaardige verkiezingen ook vragen om onmiddellijke en pro-actieve nationale, regionale en brede internationale betrokkenheid om te waken tegen verkiezingsgeweld en –manipulatie,
V. overwegende dat, ondanks het professionele optreden van de EU-Waarnemingsmissie naar de verkiezingen door vertrouwen te scheppen bij de kiezers in het algemeen, door te wijzen op onregelmatigheden, door het tegengaan van fraude en het geven van advies ter verbetering van het verkiezingsproces, de geloofwaardigheid van de EU niettemin is geschaad door het ontbreken van een coherent beleid nu de verkiezingen zijn mislukt,
W. overwegende dat de stabiliteit in Nigeria thans precair is,
1. roept de betrokken autoriteiten en belanghebbenden op dringend maatregelen te treffen ter herstel van de voorwaarden voor het houden van geloofwaardige en transparante verkiezingen in Nigeria;
2. dringt bij de Nigeriaanse autoriteiten aan op een dringend, grondig en transparant onderzoek naar de onregelmatigheden bij de verkiezingen en op onmiddellijke stappen om de situatie recht te zetten en de verantwoordelijken voor deze onregelmatigheden voor hun daden ter verantwoording te roepen;
3. verzoekt om concrete maatregelen ten einde een echt onafhankelijke verkiezingsadministratie op te zetten met volledige capaciteit voor het houden van vrije en eerlijke verkiezingen;
4. bevestigt dat het Nigeriaanse volk recht heeft op nieuwe geloofwaardige verkiezingen die moeten worden gehouden onder toezicht van een echt onafhankelijke en doeltreffende INEC; beklemtoont dat, zoals de zaken nu staan, de INEC niet in staat is het hoofd te bieden aan de organisatorische en logistieke uitdagingen, diehaar nu voorliggen;
5. betreurt dat de kieswet van 2006 nog altijd geen vereisten bevat voor fundamentele transparantie, met name waar het gaat om verificatie en publicatie van uitslagen, en verzoekt om wijziging daarvan;
6. merkt op dat een commissie kan worden ingesteld, bestaande uit leden van het Huis van afgevaardigden en van de Senaat, met vertegenwoordiging van alle partijen, om het verkiezingsproces te herzien en om met voorstellen voor nieuwe en geloofwaardige verkiezingen te komen;
7. betreurt dat de verkiezingen, ondanks een verbeterde sfeer waarin de vrijheid van meningsuiting en vergadering tijdens de campagne over het algemeen werden gerespecteerd, waarbij de rechtbanken in de regel een positieve en onafhankelijke rol speelden en de bevolking oprecht achter de democratie stond, toch niet als geloofwaardig kunnen worden beschouwd;
8. betreurt ernstig dat er bij de verkiezingen, ondanks de door de regering geregelde massale inzet van politie, leger en staatsveiligheidsdiensten, doden zijn gevallen zelfs nog voor de telling van de stemmen en soms zelfs voor het uitbrengen van de stemmen, waarbij tenminste tweehonderd mensen, waaronder kandidaten en politieagenten bij incidenten in verband met de verkiezingen werden gedood;
9. verzoekt de Nigeriaanse autoriteiten, de INEC en de politieke partijen om onderzoek te doen naar alle gewelddadige incidenten en om de plegers van dit geweld ter verantwoording te roepen,
10. veroordeelt de sfeer van straffeloosheid voor schendingen van de verkiezingen, de executieve onschendbaarheid en de praktijk om misdadigers in te huren voor gewelddaden tijdens de verkiezingen, en verzoekt om concrete stappen ter zake;
11. verzoekt de Nigeriaanse regering zich te onthouden van inmenging bij wettelijke aanvechting van het verkiezingsproces en verzoekt de oppositiepartijen gebruik te maken van de electorale beroepsprocedures, om zich te onthouden van het gebruik van geweld en om gezamenlijke bemiddeling van de Afrikaanse Unie en de Economische Gemeenschap van West-Afrikaanse Staten te steunen voor het houden van nieuwe geloofwaardige verkiezingen teneinde oplossingen te vinden voor de dramatische situatie na de verkiezingen;
12. is verheugd over de door de hoven van appèl ingestelde mechanismen om een tijdige behandeling van verzoekschriften na de verkiezingen te vereenvoudigen en te verzekeren, maar betreurt dat benadeelde oppositiepartijen die bij het Verkiezingstribunaal voor Petities verzoekschriften hebben ingediend, twee weken na de presidentsverkiezingen nog altijd wachten op de aanvang van het tribunaal;
13. verzoekt om effectieve burgerrechten en electorale educatie op ruime schaal en beklemtoont de noodzaak van aanpak van het wijdverbreide analfabetisme, dat verhindert dat de Nigeriaanse bevolking toegang heeft tot de gedrukte pers en dat mede een van de grootste belemmeringen is voor deelname aan de verkiezingen, vooral door vrouwen;
14. steunt de conclusies van de Waarnemingsmissie van de Europese Unie naar de verkiezingen;
15. verzoekt de Commissie om de Raad en het Europees Parlement een samenhangend en geloofwaardig voorstel te doen voor een EU-beleid na de verkiezingen dat de vrije keuze van de bevolking in een bepaald land respecteert, en vreest dat het huidige beleid van "business as usual" schadelijk is en de geloofwaardigheid van de Waarnemingsmissie van de EU na de verkiezingen ondermijnt;
16. beklemtoont dat de hulp van de EU aan Nigeria niet moet worden gegeven aan federale of deelstaatinstanties zolang er geen nieuwe geloofwaardige verkiezingen zijn gehouden; dat dit geld ten goede moet komen aan de Nigeriaanse bevolking en moet worden gebruikt voor goed bestuur, democratisering, educatie van kiezers en elementaire sociale diensten per gemeenschap, vooral via maatschappelijke organisaties;
17. verzoekt de Commissie en haar delegatie in Nigeria te zorgen dat de regering geen inspraak heeft in de selectie van projecten of de besteding van gelden van het Europees Instrument voor democratie en mensenrechten, dat uitdrukkelijk bestemd is om zonder instemming van het gastland te opereren;
18. verzoekt de federale regering om op te treden tegen de patronen van corruptie, geweld en straffeloosheid die het bestuur hebben ondermijnd in grote delen van het land, met name op deelstaat- en plaatselijk niveau, en die de meerderheid van de burgers in Nigeria in armoede hebben gehouden en van medische zorg en onderwijs hebben beroofd, en om de mensenrechten te respecteren;
19. verzoekt de Nigeriaanse autoriteiten onderhandelingen te beginnen met de plaatselijke bevolking over de toekomst van het Niger-Delta-gebied, met name over de sociale, economische en ecologische ontwikkeling ervan;
20. merkt op dat het bereiken van de Millenniumdoelstellingen voor ontwikkeling een belangrijk aspect van democratie is en bijdraagt tot verbetering van de sociale rechtvaardigheid en de economische ontwikkeling;
21. verzoekt zijn Voorzitter deze resolutie te doen toekomen aan de Raad, de Commissie, de regeringen en parlementen van de lidstaten, de regering van Nigeria, de covoorzitters van de Paritaire Parlementaire Vergadering ACS-EU, de voorzitters van de Commissie en de Executieve Raad van de Afrikaanse Unie en de Commissie en Raad van Ministers van de Economische Gemeenschap van West-Afrikaanse Staten.