Index 
 Vorige 
 Volgende 
 Volledige tekst 
Procedure : 2007/2587(RSP)
Stadium plenaire behandeling
Documentencyclus : B6-0251/2007

Ingediende teksten :

B6-0251/2007

Debatten :

PV 19/06/2007 - 15
CRE 19/06/2007 - 15

Stemmingen :

PV 21/06/2007 - 8.5
CRE 21/06/2007 - 8.5
Stemverklaringen

Aangenomen teksten :

P6_TA(2007)0281

Aangenomen teksten
PDF 116kWORD 38k
Donderdag 21 juni 2007 - Straatsburg
Resultaten van de onderzoeksmissie naar de regio's Andalusië, Valencia en Madrid
P6_TA(2007)0281B6-0251/2007

Resolutie van het Europees Parlement van 21 juni 2007 over de resultaten van de onderzoeksmissie naar de regio's Andalusië, Valencia en Madrid namens de Commissie verzoekschriften

Het Europees Parlement,

–   gelet op artikel 194 van het EG-Verdrag dat aan alle burgers en ingezetenen van de EU het recht verleent om een verzoekschrift in te dienen,

–   gelet op artikel 6 van het EU-Verdrag waarin wordt bepaald dat de Unie de grondrechten eerbiedigt zoals die worden gewaarborgd door het Europees Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden en dat zij zich voorziet van de middelen die nodig zijn om haar doelstellingen te verwezenlijken en haar beleid ten uitvoer te leggen,

–   gelet op artikel 108, lid 5 van zijn Reglement,

A.   gezien de inhoud en de aanbevelingen van het verslag van de derde onderzoeksmissie naar Spanje, dat op 11 april 2007 door de Commissie verzoekschriften is goedgekeurd, en waarin een onderzoek werd ingesteld naar de beweringen in een groot aantal verzoekschriften over misbruik van de legitieme eigendomsrechten van Europese burgers en in detail beschreven zorgen in verband met duurzame ontwikkeling, milieubescherming, watervoorziening en - kwaliteit en overheidsopdrachten, in het algemeen in verband met onvoldoende controle op de urbanisatieprocedures door plaatselijke en regionale autoriteiten,

B.   onder verwijzing naar zijn resolutie van 13 december 2005 over de beschuldigingen van misbruik van de wet inzake het grondbezit in de provincie Valencia of van de Ley reguladora de la activitad urbanística (LRAU - wet op de reglementering van urbanisatieprojecten) en de gevolgen ervan voor de Europese burger(1),

C.   overwegende dat wordt bericht over gevallen van corruptie in verband met grootschalige urbanisatieprojecten op grond waarvan plaatselijke ambtenaren en gekozen politici zijn gearresteerd en veroordeeld,

D.   overwegende dat Spanje onlangs nieuwe nationale kaderwetgeving inzake het grondbezit heeft vastgesteld die op 1 juli 2007 in werking moet treden,

E.   overwegende dat de Commissie inbreukprocedures tegen Spanje heeft ingeleid wegens het niet toepassen van de EU-richtlijnen inzake overheidsopdrachten in verband met urbanisatieprogramma's in Valencia,

1.   is van mening dat de verplichting om legitiem verworven privé-eigendom zonder eerlijk proces en behoorlijke compensatie over te dragen en de verplichting om willekeurige kosten te betalen voor ongevraagde en vaak onnodige ontwikkeling van de infrastructuur, een schending vormt van de fundamentele rechten van het individu op grond van het Europees Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden, in het licht van de jurisprudentie van het Europees Hof voor de rechten van de mens (zie bijvoorbeeld Aka versus Turkije(2)) en zoals neergelegd in het EU-Verdrag;

2.   betreurt ten zeerste dat dergelijke praktijken op grote schaal voorkomen in verschillende autonome regio's van Spanje, met name in de regio Valencia en andere delen van het kustgebied van de Middellandse Zee, maar bijvoorbeeld ook in de regio Madrid;

3.   is ten zeerste gekant tegen en spreekt zijn scherpe veroordeling uit over grootschalige, door bouwbedrijven en projectontwikkelaars opgezette urbanisatieprojecten die geen verband houden met de werkelijke behoeften van de betreffende steden en dorpen, ecologisch niet duurzaam zijn en desastreuze gevolgen hebben voor de historische en culturele identiteit van de desbetreffende gebieden;

4.   veroordeelt de stilzwijgende goedkeuring van sommige gemeenten voor bouwprojecten die vervolgens onwettig worden verklaard en als gevolg daarvan leiden tot sloop of dreiging met sloop van onroerend goed dat in goed vertrouwen door Europese burgers is gekocht via officiële commerciële projectontwikkelaars en verkoopagenten;

5.   erkent de inspanningen van de Commissie om ervoor te zorgen dat Spanje de richtlijnen inzake overheidsopdrachten naleeft, maar is van mening dat de Commissie speciaal aandacht dient te besteden aan de gedocumenteerde gevallen van overtreding van de richtlijnen betreffende het milieu, het water en vraagstukken op het gebied van het consumentenbeleid;

6.   acht het absoluut noodzakelijk dat passende maatregelen worden genomen om te zorgen voor een goede toepassing en uitvoering van de kaderrichtlijn Water(3) ten aanzien van grote urbanisatieprojecten;

7.   dringt er bij de Raad en de en de Commissie desbetreffende lidstaat op aan te zorgen voor de correcte toepassing van de communautaire wetgeving en de fundamentele rechten ten gunste van alle burgers en ingezetenen van de EU;

8.   doet een beroep op de Spaanse autoriteiten en regionale regeringen, met name de regering van de regio Valencia, die de plicht hebben de bepalingen van het EU-Verdrag en de EU-wetgeving te eerbiedigen en toe te passen, het legitieme recht van het individu op legaal verworven onroerend goed te erkennen en in de wetgeving nauwkeuriger omschreven criteria vast te stellen voor de toepassing van artikel 33 van de Spaanse grondwet inzake het openbaar belang, ten einde misbruik van eigendomsrechten van burgers door besluiten van plaatselijke en regionale autoriteiten te voorkomen en te verbieden;

9.   zet vraagtekens bij de methoden voor het aanstellen van stedenbouwkundigen en projectontwikkelaars en het in de praktijk verlenen van vaak buitensporige bevoegdheden door bepaalde plaatselijke autoriteiten ten nadele van plaatselijke gemeenschappen en de burgers die er wonen en legaal onroerend goed hebben gekocht;

10.   dringt er bij de plaatselijke autoriteiten op aan de burgers te raadplegen en hun te betrekken bij urbanisatieprojecten ten einde waar nodig aanvaardbare en duurzame stedelijke ontwikkeling te bevordere, in het belang van plaatselijke gemeenschappen, en niet uitsluitend in het belang van projectontwikkelaars, makelaars en andere gevestigde belangen;

11.   spreekt zijn krachtige veroordeling uit over de heimelijke praktijken van bepaalde projectontwikkelaars om met drogredenen legitiem verkregen onroerend goed van Europese burgers te ondermijnen door zich te mengen in de landregistratieprocedures en verzoekt de betreffende plaatselijke autoriteiten om tegen deze praktijken de juiste wettelijke voorzorgsmaatregelen te treffen;

12.   verzoekt de regionale autoriteiten om speciale administratieve commissies in te stellen in samenwerking met plaatselijke ombudsmannen, waaraan onafhankelijke inspectiediensten dienen te rapporteren, en waaraan arbitragebevoegdheden voor geschillen over urbanisatieprojecten moeten worden toegekend, en die gratis toegankelijk dienen te zijn voor personen die direct betrokken zijn bij urbanisatieprogramma's, met inbegrip van de slachtoffers van illegale afspraken over hun eigendom in verband met onrechtmatige urbanisatieprojecten;

13.   is van oordeel dat, indien compensatie vereist is voor verlies van eigendom, dit dient te geschieden in de juiste financiële verhoudingen conform de jurisprudentie van het Europees Hof van Justitie en het Europees Hof voor de rechten van de mens;

14.   verzoekt de Commissie een voorlichtingscampagne te starten voor Europese burgers die onroerend goed kopen in een andere dan hun eigen lidstaat;

15.   verzoekt zijn Voorzitter deze resolutie te doen toekomen aan de Raad, de Commissie en de Spaanse autoriteiten en regionale regeringen.

(1) PB C 286 E van 23.11.2006, blz. 225.
(2) Uitspraak van 23 september 1998.
(3) Richtlijn 2000/60/EG van het Europees Parlement en de Raad van 23 oktober 2000 (PB L 327 van 22.12.2000, blz. 1).

Juridische mededeling - Privacybeleid