Index 
 Vorige 
 Volgende 
 Volledige tekst 
Procedure : 2007/2015(INI)
Stadium plenaire behandeling
Documentencyclus : A6-0217/2007

Ingediende teksten :

A6-0217/2007

Debatten :

PV 12/07/2007 - 3
CRE 12/07/2007 - 3

Stemmingen :

PV 12/07/2007 - 6.15
CRE 12/07/2007 - 6.15
Stemverklaringen

Aangenomen teksten :

P6_TA(2007)0355

Aangenomen teksten
PDF 169kWORD 62k
Donderdag 12 juli 2007 - Straatsburg
Onderhandelingsmandaat voor een nieuw akkoord inzake intensievere samenwerking tussen de Europese Gemeenschap en haar lidstaten enerzijds en Oekraïne anderzijds
P6_TA(2007)0355A6-0217/2007

Aanbeveling van het Europees Parlement van 12 juli 2007 aan de Raad betreffende het onderhandelingsmandaat voor een nieuw akkoord inzake intensievere samenwerking tussen de Europese Gemeenschap en haar lidstaten enerzijds en Oekraïne anderzijds (2007/2015(INI))

Het Europees Parlement,

–   gezien de door Michał Tomasz Kamiński namens de UEN-Fractie ingediende ontwerpaanbeveling aan de Raad betreffende het onderhandelingsmandaat voor een nieuw akkoord inzake intensievere samenwerking tussen de Europese Gemeenschap en haar lidstaten enerzijds en Oekraïne anderzijds (B6-0022/2007),

–   gelet op het besluit van de Raad van 22 januari 2007 om met Oekraïne in onderhandeling te treden over een nieuw akkoord inzake intensievere samenwerking,

–   onder verwijzing naar zijn eerdere resoluties over Oekraïne, met name die van 13 januari 2005 over de resultaten van de presidentsverkiezingen(1), die van 6 april 2006 over de parlementsverkiezingen(2) en die van 19 januari 2006 over het Europees nabuurschapsbeleid(3),

–   gezien de mededeling van de Commissie van 12 mei 2004 over het Europees nabuurschapsbeleid (COM(2004)0373) en de recente mededeling van de Commissie van 4 december 2006 betreffende de versterking van het Europees nabuurschapsbeleid (COM(2006)0726),

–   gezien het op 21 februari 2005 gezamenlijk aangenomen actieplan EU-Oekraïne en het onlangs op 4 december 2006 door de Commissie uitgebrachte voortgangsrapport over het Europees nabuurschapsbeleid (SEC(2006)1505/2),

–   gezien de gezamenlijke verklaring van de Top EU-Oekraïne van 1 december 2005 en de gezamenlijke verklaring van de Top EU-Oekraïne van 27 oktober 2006,

–   gezien de hulp die in het kader van het Europees nabuurschaps- het partnerschapsinstrument(4) aan Oekraïne moet worden verleend ter ondersteuning van zijn hervormingsagenda,

–   gelet op artikel 49 van het EU-Verdrag,

–   gezien de ondertekening op 18 juni 2007 van de overeenkomsten tussen de Europese Unie en Oekraïne over de versoepeling van de afgifte van visa en over de terugname van illegale immigranten,

–   gelet op artikel 114, lid 3 en artikel 83, lid 5 van zijn Reglement,

–   gezien het verslag van de Commissie buitenlandse zaken (A6-0217/2007),

A.   overwegende dat Oekraïne sterke historische, culturele en economische banden heeft met de EU, dat het een van de belangrijkste partners van de EU is in haar oostelijke nabuurschapsomgeving, en dat het een belangrijke invloed uitoefent op de veiligheid, de stabiliteit en de welvaart van het gehele continent,

B.   overwegende dat Oekraïne een omvangrijk pakket wettelijke maatregelen en wetswijzigingen heeft aangenomen die nodig zijn om lid te worden van de Wereldhandelsorganisatie,

C.   overwegende dat de Commissie in haar ENB-voortgangsrapport over 2006 heeft erkend dat Oekraïne belangrijke stappen heeft gezet om de eerbiediging van de mensenrechten en de rechtsstaat concreet gestalte te geven, maar daarnaast tevens aanstipte dat er nog meer hervormingen nodig zijn,

D.   overwegende dat Oekraïne het voornemen te kennen heeft gegeven door te gaan op de weg naar verdere Europese integratie en naar het lidmaatschap van de EU, en dat er onder alle spelers op het politieke toneel van het land nog steeds consensus bestaat over deze doelstelling,

E.   overwegende dat het Parlement de Raad, de Commissie en de lidstaten heeft opgeroepen de mogelijkheid te overwegen om Oekraïne een duidelijk Europees perspectief te bieden,

F.   overwegende dat de Europese Unie de Europese aspiraties van Oekraïne heeft erkend en haar voldoening over de keuze van Oekraïne voor Europa tot uiting heeft gebracht in de conclusies van de Raad van 21 februari 2005, alsmede in het Actieplan EU-Oekraïne, dat een duidelijk Europees perspectief voor de toekomst niet uitsluit,

G.   overwegende dat de Raad bij zijn besluit omtrent het te verlenen onderhandelingsmandaat de mogelijkheid heeft overwogen om met Oekraïne een nauwere relatie tot stand te brengen; overwegende dat de Raad er echter beter aan zou hebben gedaan hiervoor een tastbaar perspectief aan te reiken en de vorm die de relatie middels het akkoord zou moeten aannemen nader te benoemen,

H.   overwegende dat het nieuwe akkoord Oekraïne ertoe zou moeten aanzetten om verdere politieke, economische en sociale hervormingen door te voeren en de tussen de beide partners bestaande samenwerking te versterken,

1.   is ingenomen met het besluit van de Raad om onderhandelingen aan te gaan over een nieuw akkoord dat erop gericht is de politieke samenwerking te intensiveren en de geleidelijke economische integratie van Oekraïne in de interne markt van de EU te bewerkstelligen;

2.   spreekt zijn ongerustheid uit over de thans heersende politieke spanningen en roept alle betrokken spelers ertoe op zich te houden aan het op 27 mei 2007 bereikte akkoord en te zoeken naar een alomvattende en duurzame politieke oplossing die alle partijen insluit, zonder dat Oekraïne daarbij de weg naar Europese integratie verlaat;

3.   roept de Oekraïense leiding, alsook de Raad en de Commissie, ertoe op alles in het werk te stellen om gedaan te krijgen dat de in maart 2007 begonnen onderhandelingen kunnen worden voortgezet; is echter van mening dat er - alvorens de onderhandelingen worden afgerond en een nieuwe, nauwere relatie tussen de EU en Oekraïne tot stand wordt gebracht - de huidige crisis op een vreedzame manier moet worden opgelost, het stelsel van onderlinge controles en waarborgen kunnen worden hersteld en de rechtsstaat moet worden gehandhaafd;

4.   erkent dat Oekraïne en de EU zich met succes hebben gekweten van de bij de Partnerschaps- en Samenwerkingsovereenkomst (PSO) afgesproken taken en effectief gebruik hebben gemaakt van de door die formule geboden mogelijkheden; is ervan overtuigd dat het niveau van de samenwerking tussen Oekraïne en de EU en de rol die Oekraïne te vervullen heeft in de hedendaagse Europese verhoudingen nopen tot een nieuwe invulling van de betrekkingen, die de in het kader van de PSO aangegane verbintenissen verre te boven gaat;

5.   is zich bewust van het essentiële belang van symbolen en perspectieven voor het verzekeren van publieke steun voor de tenuitvoerlegging van een ambitieuze hervormingsagenda, en is van mening dat de te voeren onderhandelingen zouden moeten resulteren in de sluiting van een associatieovereenkomst die op efficiënte en geloofwaardige wijze bijdraagt tot de Europese vooruitzichten van de Oekraïne en het bijhorende proces op gang brengt; daaronder begrepen de mogelijkheid van een lidmaatschap;

6.   is van oordeel dat de snelheid en diepgang van dit gemeenschappelijke Europese proces nauw moeten aansluiten bij het vermogen tot hervorming in de Oekraïne en de EU;

7.   stelt zich op het standpunt dat de nieuw te sluiten overeenkomst gebaseerd dient te zijn op artikel 310 van het EG-Verdrag;

8.   is van mening dat de overeenkomst dient te voorzien in de stapsgewijze ontwikkeling van de betrekkingen, met concrete voorwaarden en tijdschema's waaraan moet worden voldaan; verlangt tevens dat wordt voorzien in een toetsing van de overeenkomst, om ruimte te laten voor de dynamische ontwikkelingen in Oekraïne en in de bilaterale relatie met de EU;

9.   dringt er bij de politieke leiding van Oekraïne op aan zich krachtig in te zetten voor de tenuitvoerlegging van de hervormingen, en roept alle spelers op het politieke toneel en in de burgersamenleving in Oekraïne op, aan te sturen op de totstandbrenging van een brede politieke consensus over een stabiele constitutionele regeling en over hervormingen, die als basis moeten fungeren voor de Europese aspiraties van hun land; beveelt aan de nieuwe Oekraïense wetgeving inzake politieke partijen en de financiering van politieke campagnes, die overeenkomt met de praktijk in de EU, aan te nemen en uit te voeren alsook duidelijke wetgeving die een scheiding aanbrengt tussen ondernemerschap van macht en regels bevat voor gevallen van strijdige belangen;

10.   spoort de Oekraïense leiders ertoe aan trouw te blijven aan hun verbintenis ten aanzien van de beginselen van vrijheid, democratie, de rechtsstaat en eerbiediging van de mensenrechten en de fundamentele vrijheden, zoals die in december 2004 door het Oekraïense volk zijn verdedigd;

11.   doet een beroep op de regering van Oekraïne om de nadruk te leggen op het belang van intensivering van de strijd tegen corruptie en op de noodzaak de hervorming van het overheidsapparaat op basis van Europese standaards voort te zetten, ten einde de transparantie te bevorderen en de verantwoordingsplicht van de staatsorganen te versterken, waartoe het benodigde wetgevingskader moet worden geschapen;

12.   onderstreept dat bij de aanpak van de problemen waarmee Oekraïne zal worden geconfronteerd wanneer het moet voldoen aan de verplichtingen die uit het akkoord voortvloeien, de voor 2008-2009 geplande herziening van de financiële perspectieven 2007-2013 alsmede van het Europees nabuurschaps- en partnerschapsinstrument te baat moet worden genomen opdat de financiële bijstand van de EU aan Oekraïne - die momenteel per hoofd van de bevolking berekend tamelijk bescheiden is - wordt verhoogd; spoort Oekraïne ertoe aan effectiever deel te nemen aan Europese projecten;

13.   benadrukt het belang van multilaterale samenwerking in de Zwarte-Zeeregio; roept op tot het creëren van een gemeenschap EU-Zwarte Zee, naar het voorbeeld van de Noordelijke Dimensie, om de dialoog te bevorderen en te intensiveren en daardoor te komen tot een stabieler, veiliger en democratischer nabuurschap, en erkent de essentiële rol die Oekraïne bij dergelijke initiatieven zou moeten spelen, vooral op de gebieden van economische samenwerking, continuïteit van de energievoorziening, migratie en milieu;

14.   verwelkomt het besluit van de UEFA om Polen en Oekraïne in 2012 gezamenlijk het Europees Voetbalkampioenschap te laten organiseren; ziet deze stap als een duidelijke uiting van vertrouwen in Oekraïne, als waardevol lid van de Europese democratische gemeenschap, en denkt dat dit voor de Oekraïense leiding een extra stimulans zal zijn om de hervormingen krachtig voort te zetten;

15.   benadrukt de belangrijke rol die de parlementaire samenwerkingscommissie EU-Oekraïne speelt bij de bevordering van de samenwerking tussen de EU en Oekraïne en dringt aan op verdere versterking van de parlementaire dimensie van de betrekkingen tussen de EU en Oekraïne; roept de diverse EU-instellingen ertoe op de coördinatie van hun beleid ten aanzien van Oekraïne te verbeteren;

16.   doet de Raad de volgende aanbevelingen en verzoekt hem de Commissie opdracht te geven daarmee bij de te voeren onderhandelingen rekening te houden:

   a) de Oekraïense partners moeten worden gewezen op de noodzaak de grondslagen van de liberale democratie verder te verstevigen, met name waar het de stabiliteit van het constitutionele stelsel, de bescherming van de mensenrechten en de individuele vrijheden, met inbegrip van de rechten van minderheden, de versterking van de democratische controlemechanismen - waarbij ook moet worden gedacht aan een krachtige burgersamenleving - en de stabiele verankering van de rechtsstaat betreft; in dit verband moet worden herinnerd aan de aanbevelingen in de adviezen van de Commissie van Venetië inzake Oekraïne, waarvan vele nog niet ten uitvoer zijn gebracht,
   b) er moet een beroep worden gedaan op de Oekraïense autoriteiten om hun verplichtingen uit hoofde van het internationale recht op het gebied van de mensenrechten na te komen, en de rechten van vrouwen op gelijke behandeling, leven, vrijheid en veiligheid, alsmede nultolerantie ten aan zien van discriminatie, foltering en wrede, onmenselijke en vernederende behandeling, naar behoren te waarborgen,
   c) er moet op worden geattendeerd dat de sleutel tot de stabilisering van Oekraïne gelegen is in het ontwarren van de politieke en economische machtsvervlechting, het uitroeien van corruptie, het aanbrengen van transparantie in de openbare aanbestedingsprocedures en het waarborgen van de onafhankelijkheid van de rechterlijke macht; er moet op worden aangedrongen dat Oekraïne rechtszekerheid en het voorkomen van concurrentiestrijd tussen gerechtelijke instanties binnen het Oekraïens rechtssysteem waarborgt; de invoering en implementatie van een grootscheepse administratieve hervorming moeten worden gesteund; de noodzaak tot effectieve uitvoering van het herziene actieplan op het gebied van justitie en binnenlandse zaken moet worden onderstreept,
   d) het spreekt zijn bezorgdheid uit over de berichten over mishandeling en foltering van gevangenen door de politie, met het doel bekentenissen af te dwingen, en doet een beroep op de Oekraïense autoriteiten het Verdrag tegen foltering en andere wrede, onmenselijke of vernederende behandeling of bestraffing integraal na te leven,
   e) de geregelde politieke dialoog over bilaterale, regionale en internationale vraagstukken moet worden verdiept, in overeenstemming met de verplichtingen die Oekraïne op regionaal en internationaal niveau is aangegaan; Oekraïne moet van nabij worden betrokken bij het Gemeenschappelijk Buitenlands en Veiligheidsbeleid, alsmede bij de ontwikkeling van regionale samenwerking in het Zwarte-Zeegebied; er moet naar worden gestreefd zijn rol in de Oost-Europese regio te versterken en het land moet worden aangemoedigd zich bij zijn activiteiten te blijven concentreren op bevordering van stabiliteit, veiligheid, democratie en duurzame ontwikkeling in de gemeenschappelijke nabuurschapscontext, met bijzondere nadruk op de oplossing van slepende conflicten in de regio; er moet gebruik worden gemaakt van de ervaringen die het land heeft opgedaan in het kader van zijn medewerking aan de EU-grensbijstandsmissie aan de Oekraïens/Moldavische grens, waarbij in aanmerking moet worden genomen dat het Parlement het initiatief om het mandaat van de missie met twee jaar te verlengen steunt,
   f) het vrije ondernemerschap en de verdere versterking van de Oekraïense markteconomie moeten worden ondersteund en er moet worden gestreefd naar harmonisatie van de wetgeving met het acquis communautaire, ten einde het investeringsklimaat in het land te verbeteren - waarbij in het bijzonder Richtlijn 2004/17/EG van het Europees Parlement en de Raad van 31 maart 2004 houdende coördinatie van de procedures voor het plaatsen van opdrachten in de sectoren water- en energievoorziening, vervoer en postdiensten(5) en Richtlijn 2004/18/EG van het Europees Parlement en de Raad van 31 maart 2004 betreffende de coördinatie van de procedures voor het plaatsen van overheidsopdrachten voor werken, leveringen en diensten(6) in aanmerking moeten worden genomen, en waarbij ook wetgeving inzake projectfinanciering moet worden ingevoerd ten einde het groeipotentieel van het land te helpen versterken; er moet worden benadrukt dat de sleutel voor het aantrekken van buitenlandse investeringen in Oekraïne het ontstaan van een gezond, stabiel en voorspelbaar investeringsklimaat is, en de regering van Oekraïne moet worden aangespoord door te gaan met de implementatie van de geplande wettelijke en justitiële hervormingen en dringend werk te maken van de nog onopgeloste problemen in verband met terugbetaling van BTW en exportcontroles; lidstaten die over ervaren ambtenaren met de nodige talenkennis beschikken moeten ertoe worden aangespoord om samenwerkingsverbanden op te zetten, ten einde hun Oekraïense collega's beter te kunnen adviseren over het acquis communautaire van de EU,
   g) er moet worden gewezen op de noodzaak een stabiel wetgevingskader te scheppen dat de totstandkoming van een competitieve markteconomie, gebaseerd op het beginsel van eigendomsrecht, waarborgt; dit is een factor die onlosmakelijk verbonden is met het Europees perspectief van Oekraïne,
   h) de oprichting van de "Interagency Commission on Combating Illegal Acquisitions and Seizures of Enterprises" (overkoepelend orgaan voor de bestrijding van wederrechtelijke verwerving en overname van ondernemingen) moet worden toegejuicht; de regering moet worden aangemoedigd concrete actie te ondernemen, middels de vereiste hervormingen van het ondernemingsrecht en de justitie, teneinde het gevaar van illegale verwerving en overname van ondernemingen af te wenden
   i) er moet een concreet plan worden opgemaakt voor de geleidelijke totstandbrenging van een verdiepte en integrale vrijhandelszone, die moet zijn gebaseerd op een gemeenschappelijke regelgevingsgrondslag en zich moet uitstrekken tot het merendeel van alle handel in goederen, diensten en kapitaal tussen de EU en Oekraïne; alle partijen moeten worden aangespoord daaronder voorzover mogelijk ook landbouwproducten te laten vallen; in dit verband moet worden benadrukt dat het belangrijk is verdere vooruitgang te boeken bij het proces van hervorming van de regelgeving, vooral op de gebieden mededingingsbeleid, staatssubsidies, overheidsopdrachten, belastingen en intellectuele eigendomsrechten,
   j) er moet ten volle recht worden gedaan aan de kritieke rol die Oekraïne te vervullen heeft bij de verzekering van de continuïteit van de energievoorziening van de EU en er moet de nodige aandacht worden besteed aan het feit dat de volledige zeggenschap van Oekraïne over zijn energievoorziening rechtstreeks gerelateerd is aan de politieke stabiliteit en de welvaart van het land,
   k) derhalve moet erop worden aangedrongen dat de energiesector in Oekraïne volledig voldoet aan de beginselen van markteconomie en transparantie, met name waar het de prijzen, de toegang tot het netwerk en de efficiency betreft; de snelle integratie van Oekraïne in de Europese Energiegemeenschap moet worden ondersteund; er moet op worden gewezen hoe belangrijk het is dat Oekraïne tot het Europese Energieverdrag toetreedt; in dit verband moet worden aangedrongen op versnelling van de procedure voor de evaluatie van de nucleaire veiligheid van alle in bedrijf zijnde kerncentrales in Oekraïne, overeenkomstig het werkprogramma van de gemeenschappelijke werkgroep voor nucleaire veiligheid; er moet steun worden verleend voor diversificatie van de Oekraïense grondstoffenvoorziening, b.v. door het land rechtstreeks toegang te verlenen tot de voorzieningsbronnen in Centraal Azië; zijn strategische rol als doorvoerland voor de voorziening van de EU met gas en aardolie moet eveneens worden versterkt, b.v. door de omkering van de stromingsrichting van de pijpleiding Odessa-Brody te ondersteunen en te pleiten voor de bouw van een extensie daarvan naar de EU; de noodzaak moet worden benadrukt om Oekraïne te betrekken bij de ontwikkeling van het Nabucco gaspijpleidingproject, om de energiecorridor Kaspische Zee - Zwarte Zee - EU compleet te maken en het Oekraïense elektriciteitsnet aan te sluiten op het UCTE-netwerk; er moet worden aangedrongen op versterking van de samenwerking op energiegebied in het kader van de alliantie tussen Georgië, Oekraïne, Azerbeidzjan en Moldavië (GUAM),
   l) het belang van een duurzame energiestrategie voor Oekraïne moet worden onderstreept; er moet op worden gewezen dat, na de ervaring van de nucleaire ramp van Tsjernobyl en gezien de toenemende afhankelijkheid van import en het klimaatveranderingsprobleem, Oekraïne zich grote inspanningen moet getroosten wat betreft energiebesparing, energie-efficiëntie en hernieuwbare energie; er moet ook op worden gewezen dat Oekraïne een van de meest energie-inefficiënte landen van de wereld is en dat het bereiken van gemiddelde efficiëntiestandaards het land in staat zou stellen in zijn nationale energiebehoefte te voorzien; er moet worden aangestuurd op technische samenwerking op dit gebied tussen de EU en Oekraïne, en deze samenwerking moet worden opgenomen in het nieuwe akkoord inzake intensievere samenwerking,
   m) het potentieel van Oekraïne als essentiële partner bij het beheer van migratiestromen en grenzen moet worden versterkt; tevens moet worden nagedacht over verdere gezamenlijke stappen bij de bestrijding van de georganiseerde misdaad, met inbegrip van de uiteindelijke verlening aan Oekraïne van een "geprivilegieerde status" met betrekking tot Europol; er moet worden toegezien op de effectieve implementatie van visumfaciliteiten en terugnameovereenkomsten; ook moet worden nagedacht over de doelstelling van en noodzakelijke stappen met het oog op de introductie van een visumvrije regeling voor het personenverkeer,
   n) de samenwerking tussen de EU en Oekraïne in milieuzaken moet worden verdiept en Oekraïne moet beter in staat worden gesteld om problemen betreffende lucht- en waterkwaliteit, afvalbeheer, natuurbescherming en stralingscontaminatie aan te pakken, waarvan sommige vergaande grensoverschrijdende implicaties hebben; er moet technische en financiële steun aan Oekraïne worden verleend bij de geleidelijke aanpassing van het land aan het milieu-acquis van de EU en aan de op internationaal milieurecht gebaseerde standaards, o.a. aan het Verdrag van Espoo uit 1991 inzake milieueffectrapportage in grensoverschrijdend verband en aan het Verdrag van Bern uit 1979 inzake het behoud van wilde dieren en planten en hun natuurlijk leefmilieu in Europa; er moet worden nagedacht over de oprichting van een volledig operationeel en duurzaam systeem ter bevordering van milieubesef en milieubescherming in de vorm van een forum voor samenwerking tussen regeringen, maatschappelijke organisaties/NGO's en de particuliere sector in de oostelijke nabuurschapsomgeving van de EU,
   o) er moet bij de politieke leiding van Oekraïne op worden aangedrongen de relevante bepalingen van het Kyoto-Protocol bij het Raamverdrag inzake klimaatverandering van de VN te implementeren, vooral gelet op de aanzienlijke mogelijkheden die onder dit Protocol voor Oekraïne openstaan om gebruik te maken van flexibele mechanismen; een gezamenlijk optreden van de EU en Oekraïne bij de verdere ontwikkeling van het Kyoto-Protocol moet worden ondersteund,
   p) Oekraïne moet kunnen worden betrokken bij de communautaire agentschappen en programma's, zodat zijn beleidsmakers en deskundigen beter toegang krijgen tot de Europese netwerken; er moeten meer en ruimere mogelijkheden worden gecreëerd voor intermenselijke contacten, vooral voor leden van maatschappelijke organisaties, studenten en onderzoekers; de samenwerking in het kader van het zevende kaderprogramma voor onderzoek en technologische ontwikkeling moet worden versterkt en de inspanningen voor de totstandkoming en ontwikkeling van een gestructureerde dialoog tussen de EU en Oekraïne op het gebied van wetenschap, technologie en ruimteonderzoek moeten worden voortgezet,
   q) er moet op worden gewezen dat de lidstaten die in 2004 en 2007 tot de EU zijn toegetreden een actieve rol moeten spelen bij de toenadering van Oekraïne tot de Europese Unie en Oekraïne in de gelegenheid moeten stellen te profiteren van hun ervaring met hervormingen,

17.   verzoekt de Raad en de Commissie zijn terzake bevoegde organen regelmatig en uitvoerig op de hoogte te houden omtrent de bij de onderhandelingen geboekte vooruitgang;

18.   verzoekt zijn Voorzitter deze aanbeveling te doen toekomen aan de Raad en de Commissie, alsmede aan de regeringen en parlementen van de lidstaten en aan de Verchovna Rada van Oekraïne, de Oekraïense regering en de president van Oekraïne.

(1) PB C 247 E van 6.10.2005, blz. 155.
(2) PB C 293 E van 2.12.2006, blz. 307.
(3) PB C 287 E van 24.11.2006, blz. 312.
(4) Verordening (EG) nr. 1638/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 24 oktober 2006 houdende algemene bepalingen tot invoering van een Europees nabuurschaps- en partnerschapsinstrument (PB L 310 van 9.11.2006, blz. 1).
(5) PB L 134 van 30.4.2004, blz. 1.
(6) PB L 134 van 30.4.2004, blz. 114.

Juridische mededeling - Privacybeleid