Index 
 Vorige 
 Volgende 
 Volledige tekst 
Procedure : 2013/2032(BUD)
Stadium plenaire behandeling
Documentencyclus : A7-0111/2013

Ingediende teksten :

A7-0111/2013

Debatten :

Stemmingen :

PV 16/04/2013 - 8.7
Stemverklaringen

Aangenomen teksten :

P7_TA(2013)0109

Aangenomen teksten
PDF 220kWORD 31k
Dinsdag 16 april 2013 - Straatsburg
Europees Fonds voor aanpassing aan de globalisering (aanvraag EGF/2011/023 IT/Antonio Merloni SpA)
P7_TA(2013)0109A7-0111/2013
Resolutie
 Bijlage

Resolutie van het Europees Parlement van 16 april 2013 over het voorstel voor een besluit van het Europees Parlement en de Raad betreffende de beschikbaarstelling van middelen uit het Europees Fonds voor aanpassing aan de globalisering, overeenkomstig punt 28 van het Interinstitutioneel Akkoord van 17 mei 2006 tussen het Europees Parlement, de Raad en de Commissie betreffende de begrotingsdiscipline en een goed financieel beheer (aanvraag EGF/2011/023 IT/Antonio Merloni SpA, Italië) (COM(2013)0090 – C7-0046/2013 – 2013/2032(BUD))

Het Europees Parlement,

–  gezien het voorstel van de Commissie aan het Parlement en de Raad (COM(2013)0090 – C7-0046/2013),

–  gezien het Interinstitutioneel Akkoord van 17 mei 2006 tussen het Europees Parlement, de Raad en de Commissie betreffende de begrotingsdiscipline en een goed financieel beheer(1) (IIA van 17 mei 2006), en met name punt 28 hiervan,

–  gezien Verordening (EG) nr. 1927/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 20 december 2006 tot oprichting van een Europees fonds voor aanpassing aan de globalisering(2) (EFG-verordening),

–  gezien de trialoogprocedure als bedoeld in punt 28 van het IIA van 17 mei 2006,

–  gezien de brief van de Commissie werkgelegenheid en sociale zaken,

–  gezien het verslag van de Begrotingscommissie (A7-0111/2013),

A.  overwegende dat de Europese Unie passende wetgevings- en begrotingsinstrumenten in het leven heeft geroepen om extra steun te geven aan werknemers die ontslagen zijn als gevolg van grote structurele veranderingen in de wereldhandelspatronen, en te helpen bij de terugkeer van werknemers op de arbeidsmarkt;

B.  overwegende dat het Europees Fonds voor aanpassing aan de globalisering (EFG) is opengesteld voor vanaf 1 mei 2009 tot en met 30 december 2011 ingediende aanvragen om steun te verlenen aan werknemers die zijn ontslagen als gevolg van de wereldwijde financiële en economische crisis;

C.  overwegende dat financiële steun van de Unie aan ontslagen werknemers flexibel moet zijn en zo snel en efficiënt mogelijk ter beschikking moet worden gesteld, overeenkomstig de gezamenlijke verklaring van het Europees Parlement, de Raad en de Commissie die is goedgekeurd tijdens het overleg van 17 juli 2008, en met inachtneming van het IIA van 17 mei 2006 wat betreft het nemen van besluiten om middelen beschikbaar te stellen uit het EFG;

D.  overwegende dat Italië naar aanleiding van gedwongen ontslagen bij Antonio Merloni SpA in Italië aanvraag EGF/2011/023 IT/Antonio Merloni voor een financiële bijdrage uit het EFG heeft ingediend in verband met 1 517 gedwongen ontslagen tijdens de referentieperiode van vier maanden die liep van 23 augustus 2011 tot 23 december 2011, waarbij wordt gevraagd om medefinanciering door het EFG;

E.  overwegende dat de aanvraag voldoet aan de subsidiabiliteitscriteria die zijn vastgelegd in de EFG-verordening;

1.  is het met de Commissie eens dat voldaan is aan de voorwaarden die zijn opgenomen in artikel 2, onder a), van de EFG-verordening en dat Italië bijgevolg recht heeft op een financiële bijdrage op grond van deze verordening;

2.  stelt tot zijn spijt vast dat de Italiaanse autoriteiten de aanvraag voor een financiële bijdrage uit het EFG op 29 december 2011 hebben ingediend en dat de beoordeling ervan op 20 februari 2013 door de Commissie beschikbaar is gesteld; betreurt de lange beoordelingsperiode van veertien maanden; verzoekt de Commissie de beoordelingsfase af te ronden en eindelijk voorstellen voor besluiten over de vier resterende in 2011 ingediende aanvragen te formuleren;

3.  merkt op dat de productiefaciliteiten van Antonio Merloni SpA, een fabrikant van huishoudapparaten, waren gevestigd in de Italiaanse regio's Marche en Umbrië, in het bijzonder in de provincies Ancona en Perugia; merkt op dat Antonio Merloni SpA, de op vier na grootste producent van huishoudapparaten in de Unie, in 2002 haar verkoopstrategie heeft gewijzigd en in 2006 is begonnen met het rechtstreeks onder eigen merknamen verkopen van haar producten; merkt op dat het bedrijf als gevolg van de wereldwijde economische crisis in financiële problemen raakte, die werden verergerd door de plotselinge aanscherping van de voorwaarden voor het verkrijgen van financieringskrediet; merkt op dat de daling van de productie, die de neerwaartse trend op Europees niveau volgde, in combinatie met de financiële beperkingen heeft geleid tot de beëindiging van de bedrijfsactiviteiten van Antonio Merloni SpA; merkt op dat in totaal 2 217 werknemers zijn ontslagen, van wie er 700 in dienst werden genomen door QA Group SpA; merkt op dat deze aanvraag derhalve betrekking heeft op de 1 517 werknemers die als gevolg van de sluiting van Antonio Merloni SpA werkloos zijn geworden;

4.  merkt op dat Antonio Merloni SpA al in oktober 2008 insolvabel werd verklaard, maar dat de verkoop van de activa van het bedrijf en de overname van 700 werknemers pas in december 2011 werden afgerond; wijst erop dat de oorspronkelijke aanvraag van de Italiaanse autoriteiten voor steun uit het EFG dateert van 2009, maar dat deze aanvraag eind 2011 opnieuw moest worden ingediend omdat de werknemers formeel pas werden ontslagen na de verkoop van de activa en de beëindiging van de administratieve procedures;

5.  herinnert eraan dat het EFG al eerder steun heeft verleend aan ontslagen werknemers in de sector van de productie van huishoudtoestellen (zaak EFG/2009/010 LT/Snaige)(3);

6.  benadrukt het feit dat de werkloosheid in de provincies Ancona en Perugia in de jaren voorafgaand aan de crisis onder het nationale gemiddelde lag; merkt op dat de werkloosheid in 2009 met 40% steeg ten opzichte van het jaar daarvoor, terwijl het werkloosheidscijfer in 2010 stabiel bleef in Perugia en daalde in Ancona, voornamelijk als gevolg van een lagere arbeidsparticipatie en niet zozeer door een stijging van de werkgelegenheid; merkt op dat het regionale bbp in 2009 met circa 3% kromp en dat de omzet van de industrie in Marche met 14,6% en in Umbrië met 16,4% daalde ten opzichte van het jaar daarvoor; merkt op dat deze krimp resulteerde in een stijging met 368% in Marche en met 444% in Umbrië van het aantal in het kader van de Cassa Integrazione Guadagni(4) uitbetaalde uren in de verwerkende industrie; merkt op dat de 1 517 gedwongen ontslagen bij Antonio Merloni SpA die onder deze aanvraag vallen de situatie verder hebben verslechterd;

7.  is verheugd dat de Italiaanse autoriteiten hebben besloten op 29 maart 2012 met de uitvoering van de maatregelen te beginnen teneinde de werknemers snel bijstand te verlenen, ruimschoots vooruitlopend op het definitieve besluit over de toekenning van EFG-steun voor het voorgestelde gecoördineerde pakket; betreurt evenwel dat het EFG pas drieënhalf jaar na de insolvabelverklaring van het bedrijf kon worden aangewend;

8.  merkt op dat het door het EFG te medefinancieren gecoördineerde pakket van individuele dienstverlening maatregelen voor de terugkeer van 1 517 werknemers in de arbeidsmarkt omvat, zoals loopbaanbegeleiding, hulp bij het vinden van een baan, bevordering van het ondernemerschap, beroepsopleiding en bijscholing, begeleiding van werknemers van 50 jaar en ouder, toelagen voor het zoeken naar werk, loonsubsidies voor werkgevers, reiskostenvergoedingen en bijdragen aan verhuiskosten;

9.  is verheugd over het feit dat het ontwerp van de maatregelen van het gecoördineerde EFG-pakket werd besproken met de sociale partners, dat deze maatregelen deel uitmaken van het door het Ministerie van Economische ontwikkeling en de betrokken regio's ondertekende sociaal plan „Accordo di Programma”, en dat op de uitvoering van de steun uit het EFG zal worden toegezien door een coördinatiegroep;

10.  herinnert aan het belang van een verbetering van de inzetbaarheid van alle werknemers door aangepaste scholing en de erkenning van de in de loop van het beroepsleven opgedane vaardigheden en bekwaamheden, alsook van een gelijke toegang tot het EFG, ongeacht de aard van de arbeidsovereenkomst of -verhouding; verwacht dat de scholing die in het gecoördineerde pakket wordt aangeboden niet alleen is afgestemd op het niveau en de behoeften van de ontslagen werknemers, maar ook op het huidige ondernemingsklimaat;

11.  verzoekt de Commissie om in haar volgende voorstellen nader aan te geven welke opleidingen met een voucher zullen kunnen worden gevolgd, in welke sectoren de werknemers het meest kans op een nieuwe baan maken en of de aangeboden opleidingen afgestemd zijn op de toekomstige economische vooruitzichten en behoeften van de arbeidsmarkt in de regio's waar de ontslagen plaatsvonden; toont zich echter tevreden over de duidelijke connectie tussen de voucher en het voor iedere werknemer uitgetekende re-integratietraject;

12.  verzoekt de Italiaanse autoriteiten om de steun uit het EFG ten volle te benutten en zoveel mogelijk werknemers aan te sporen om van de regeling gebruik te maken; herinnert eraan dat het uitvoeringspercentage van de financiële steun bij vroegere EFG-interventies in Italië relatief laag lag, met name als gevolg van een lage participatiegraad;

13.  is verheugd over de module „Gids voor 50-plussers”, die deel uitmaakt van het gecoördineerde pakket van individuele dienstverlening en bestemd is voor oudere werknemers, die 12% van de betrokken arbeiders vormen;

14.  is ingenomen met het feit dat de bijdrage in de verblijfskosten slechts één keer wordt betaald op vertoon van het bewijs van de gemaakte uitgaven;

15.  neemt kennis van het feit dat 5 684 000 EUR van de totale kosten van het dienstverleningspakket (7 451 972 EUR) bestemd is voor allerlei financiële stimulansen en toelagen, onder meer voor de bevordering van de mobiliteit van de ontslagen werknemers; beveelt aan om in volgende beschikbaarstellingen een evenredig bedrag uit te trekken voor opleidingsmaatregelen;

16.  wijst erop dat het grootste deel van de kosten van de individuele dienstverlening bestemd is voor een „sollicitatietoelage” (2 000 EUR per werknemer per dag waarop hij aan EFG-maatregelen deelneemt), die vanwege vereenvoudigingsdoeleinden overeenstemt met de Italiaanse dagvergoeding van de „CIGS” (Buitengewoon fonds werkloosheidsuitkeringen); herhaalt in dit verband dat de EFG-steun in de eerste plaats toegewezen dient te worden aan opleidingsprogramma's en beter niet gebruikt kan worden voor rechtstreekse bijdragen aan financiële toelagen die krachtens het nationale recht de verantwoordelijkheid van de lidstaten vormen; beveelt aan om dergelijke maatregelen in toekomstige terbeschikkingstellingen uit het fonds te ontmoedigen;

17.  wijst op de relatief hoge „aanwervingspremie” (5 000 EUR per werknemer); is tevreden over het feit dat dergelijke premies alleen worden betaald aan werkgevers die met de betrokken werknemers een overeenkomst van onbepaalde duur sluiten, en verwacht dat de Commissie in dit verband met nauwkeurige informatie komt over de contractuele voorwaarden voor deze werknemers;

18.  merkt op dat de informatie die is verstrekt over het gecoördineerde pakket van individuele dienstverlening die door het EFG moet worden gefinancierd gegevens bevat over de complementariteit met acties die worden gefinancierd uit de structuurfondsen; herhaalt zijn oproep aan de Commissie om in haar jaarverslagen een vergelijkende evaluatie van deze gegevens op te nemen om ervoor te zorgen dat de bestaande verordeningen volledig in acht worden genomen en dubbel gebruik van door de Unie gefinancierde diensten wordt voorkomen;

19.  verzoekt de betrokken instellingen de nodige maatregelen te nemen om de procedurele en budgettaire regelingen te verbeteren teneinde de beschikbaarstelling van middelen uit het EFG te bespoedigen; waardeert de verbeterde procedure die de Commissie op verzoek van het Parlement in het leven heeft geroepen om de toekenning van subsidies te versnellen, met als doel de begrotingsautoriteit de beoordeling door de Commissie van de subsidiabiliteit van een EFG-aanvraag voor te leggen samen met het voorstel voor de beschikbaarstelling van middelen uit het EFG; hoopt dat verdere verbeteringen aan de procedure zullen worden ingepast in de nieuwe verordening betreffende het EFG (2014-2020), en dat er meer doelmatigheid, transparantie en zichtbaarheid van het EFG zullen worden bewerkstelligd;

20.  benadrukt dat het belangrijk is dat de Commissie en de lidstaten goed en vlot met elkaar samenwerken bij de voorbereiding van aanvragen in het kader van de nieuwe EFG-verordening;

21.  herinnert eraan dat de instellingen zich ertoe hebben verbonden een probleemloze en snelle procedure te garanderen voor de goedkeuring van de besluiten betreffende de beschikbaarstelling van middelen uit het EFG, met als doel tijdelijk en eenmalig individuele steun te verlenen aan werknemers die als gevolg van de globalisering en de economische crisis werkloos zijn geworden; benadrukt de rol die het EFG kan spelen om ontslagen werknemers te helpen bij hun terugkeer in de arbeidsmarkt;

22.  beklemtoont dat overeenkomstig artikel 6 van de EFG-verordening moet worden gewaarborgd dat met middelen van het EFG de terugkeer van individuele ontslagen werknemers in de arbeidsmarkt wordt gesteund; benadrukt voorts dat de EFG-steun alleen actieve arbeidsmarktmaatregelen kan medefinancieren die duurzame werkgelegenheid voor de lange termijn opleveren; herhaalt dat uit het EFG afkomstige steun niet in de plaats mag komen van maatregelen waartoe bedrijven verplicht zijn krachtens hun nationale wetgeving of collectieve overeenkomsten, of van maatregelen voor de herstructurering van bedrijven of bedrijfstakken;

23.  verheugt zich over het feit dat er, na verzoeken van het Parlement, 50 000 000 EUR aan betalingskredieten onder begrotingslijn 04 05 01 van het EFG is opgenomen in de begroting voor 2013; herinnert eraan dat het EFG is gecreëerd als afzonderlijk specifiek instrument met eigen doelstellingen en termijnen en dat het bijgevolg ook een specifieke toewijzing verdient, waardoor voor zover mogelijk wordt voorkomen dat er, zoals in het verleden is gebeurd, bedragen worden overgeschreven uit andere begrotingslijnen, hetgeen schadelijk kan zijn voor de verwezenlijking van de beleidsdoelstellingen van het EFG;

24.  betreurt het besluit van de Raad om de „crisisafwijking”, die het mogelijk maakt ook financiële steun te verlenen aan werknemers die worden ontslagen als gevolg van de huidige economische crisis en niet alleen aan werknemers die hun baan verliezen als gevolg van veranderingen in de wereldhandelspatronen, en die het tevens mogelijk maakt om het percentage van medefinanciering door de Unie te verhogen tot 65% van de kosten van het programma voor programma's die na de einddatum van 30 december 2011 zijn ingediend, te blokkeren ; roept de Raad op deze maatregel onverwijld weer in te voeren;;

25.  hecht zijn goedkeuring aan het bij deze resolutie gevoegde besluit;

26.  verzoekt zijn Voorzitter dit besluit samen met de voorzitter van de Raad te ondertekenen en zorg te dragen voor publicatie ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie;

27.  verzoekt zijn Voorzitter deze resolutie, met inbegrip van de bijlage, te doen toekomen aan de Raad en de Commissie.

(1) PB C 139 van 14.6.2006, blz. 1.
(2) PB L 406 van 30.12.2006, blz. 1.
(3) Besluit 2010/202/EU van het Europees Parlement en de Raad (PB L 88 van 8.4.2010, blz. 15).
(4) De CIG is een Italiaanse wettelijke regeling die voorziet in een financiële uitkering door het Istituto Nazionale della Previdenza Sociale-INPS (Nationaal Instituut voor sociale zekerheid) aan werknemers die tijdelijk naar huis zijn gestuurd of minder uren werken.


BIJLAGE

BESLUIT VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

betreffende de beschikbaarstelling van middelen uit het Europees Fonds voor aanpassing aan de globalisering overeenkomstig punt 28 van het Interinstitutioneel Akkoord van 17 mei 2006 tussen het Europees Parlement, de Raad en de Commissie betreffende de begrotingsdiscipline en een goed financieel beheer (aanvraag EGF/2011/023 IT/Antonio Merloni SpA, Italië)

(De tekst van de bijlage wordt hier niet weergegeven, aangezien deze overeenkomt met de definitieve handeling: Besluit 2013/278/EU.)

Juridische mededeling - Privacybeleid