Index 
 Vorige 
 Volgende 
 Volledige tekst 
Procedure : 2013/2558(RSP)
Stadium plenaire behandeling
Documentencyclus : B7-0187/2013

Ingediende teksten :

B7-0187/2013

Debatten :

PV 22/05/2013 - 17
CRE 22/05/2013 - 17

Stemmingen :

PV 23/05/2013 - 13.11
Stemverklaringen

Aangenomen teksten :

P7_TA(2013)0227

Aangenomen teksten
PDF 134kWORD 27k
Donderdag 23 mei 2013 - Straatsburg
Onderhandelingen tussen de EU en de VS over een handels- en investeringsovereenkomst
P7_TA(2013)0227B7-0187/2013

Resolutie van het Europees Parlement van 23 mei 2013 over de handels- en investeringsbesprekingen van de EU met de Verenigde Staten van Amerika (2013/2558(RSP))

Het Europees Parlement,

–  gezien de gemeenschappelijke verklaring van de EU-VS-top van 28 november 2011 en de gemeenschappelijke verklaring van de Trans-Atlantische Economische Raad (TEC) van de EU en de VS van 29 november 2011,

–  gezien het eindverslag van de Werkgroep op hoog niveau banen en groei (HLWG) van 11 februari 2013(1),

–  gezien de gemeenschappelijke verklaring van 13 februari 2013 van president Obama van de VS, voorzitter José Manuel Barroso van de Europese Commissie en voorzitter Herman Van Rompuy van de Europese Raad(2),

–  gezien de conclusies van de Europese Raad van 7 en 8 februari 2013(3),

–  gezien zijn eerdere resoluties, met name de resolutie van 23 oktober 2012 over handels- en economische betrekkingen met de Verenigde Staten(4),

–  gezien de gemeenschappelijke verklaring van de 73e interparlementaire vergadering van de trans-Atlantische wetgeversdialoog (TLD) die op 30 november en 1 december 2012 in Washington gehouden is,

–  gezien het definitieve projectverslag van het Centre for Economic Policy Research (Londen) van maart 2013, getiteld „Reducing Transatlantic Barriers to Trade and Investment: An Economic Assessment”(5),

–  gezien artikel 110, lid 2, van zijn Reglement,

A.  overwegende dat de EU en de VS mondiaal gezien de twee belangrijkste spelers in de wereldhandel en op het gebied van investeringen zijn, die samen bijna de helft van het mondiale bbp en een derde van de wereldhandel voor hun rekening nemen;

B.  overwegende dat de markten van de EU en de VS verregaand geïntegreerd zijn aangezien er gemiddeld iedere dag voor bijna 2 miljard euro goederen en diensten worden verhandeld, waarmee in beide economieën miljoenen banen in stand worden gehouden; overwegende dat de investeringen van de EU en de VS de werkelijke drijvende kracht achter de trans-Atlantische betrekkingen zijn, met een totaal aan bilaterale investeringen dat in 2011 meer dan 2,394 biljoen bedroeg;

C.  overwegende dat, volgens het effectbeoordelingsverslag dat de Commissie opgesteld heeft op basis van een verslag van het Centre for Economic Policy Research, een ambitieus en uitgebreid trans-Atlantisch handels- en investeringspartnerschap, dat, indien het volledig uitgevoerd wordt, over de gehele linie aanzienlijke economische winsten zou kunnen opleveren voor de EU (119,2 miljard euro per jaar) en de VS (94,9 miljard euro per jaar); overwegende dat de uitvoer van de EU naar de VS daarmee met 28 % zou kunnen toenemen en de totale EU-uitvoer met 6 %, en dat zowel EU-exporteurs van goederen en diensten als EU-consumenten profijt van deze toename zouden kunnen trekken;

D.  overwegende dat de EU en de VS waarden gemeen hebben, vergelijkbare rechtsstelsels kennen en strenge, zij het verschillende normen hanteren voor de bescherming van werknemers, consumenten en het milieu;

E.  overwegende dat de wereldeconomie geconfronteerd wordt met uitdagingen en de opkomst van nieuwe actoren, en zowel de EU als de VS het volledige potentieel van nauwere economische samenwerking tot ontwikkeling moeten brengen om ten volle profijt te kunnen trekken van de internationale handel en zodoende de economische crisis te boven te komen en duurzaam herstel van de wereldeconomie tot stand te brengen;

F.  overwegende dat de HLWG na afloop van de EU-VS-top van november 2011 de opdracht kreeg om aan te geven hoe het handels- en investeringsvolume vergroot kan worden om tot voordeel van beide partijen het scheppen van banen, de economische groei en het concurrentievermogen te stimuleren;

G.  overwegende dat de HLWG gezamenlijk een breed scala aan opties onderzocht heeft voor de uitbreiding van de trans-Atlantische handel en investeringen, en in zijn eindverslag tot de conclusie gekomen is dat een uitgebreide handels- en investeringsovereenkomst beide partijen de grootste voordelen zou bieden;

H.  overwegende dat de EU ervan overtuigd is dat ontwikkeling en versterking van het multilaterale systeem de cruciale doelstelling is; overwegende dat dit echter niet uitsluit dat bilaterale overeenkomsten verder gaan dan verbintenissen in het kader van de WHO en multilaterale regelgeving aanvullen, aangezien zowel regionale overeenkomsten als vrijhandelsovereenkomsten meer harmonisatie van normen en verdere liberalisatie tot stand brengen, wat gunstig is voor het multilaterale handelssysteem;

I.  overwegende dat de Commissie op 12 maart 2013 heeft voorgesteld dat haar een machtiging wordt verleend voor het aangaan van onderhandelingen en dat zij daartoe een ontwerp van onderhandelingsrichtsnoeren heeft opgesteld die zij ter overweging heeft voorgelegd aan de Raad;

De strategische, politieke en economische context

1.  meent dat het strategisch belang van de economische betrekkingen tussen de EU en de VS herbevestigd en verdiept dient te worden, en dat de EU en de VS een gezamenlijke aanpak moeten formuleren voor de wereldhandel, investeringen en aan handel gerelateerde kwesties als standaarden, normen en regelgeving, zodat zij een bredere trans-Atlantische visie en een gezamenlijke reeks strategische doelstellingen kunnen ontwikkelen;

2.  acht het van cruciaal belang voor de EU en de VS om de mogelijkheden van een werkelijk geïntegreerde trans-Atlantische markt te benutten teneinde een maximale hoeveelheid fatsoenlijke banen te scheppen en een slim, sterk, duurzaam en evenwichtig groeipotentieel te stimuleren; meent dat het daarvoor nu het geschikte moment is, gezien de aanhoudende economische crisis, de toestand op de financiële markten, de financieringsvoorwaarden, de hoge staatsschulden, de hoge werkloosheidscijfers en de geringe groeivooruitzichten aan weerszijden van de Atlantische Oceaan, en de voordelen die een werkelijk gecoördineerde reactie op deze gemeenschappelijke problemen biedt;

3.  meent dat de EU gebruik moet maken van haar ruime ervaring met onderhandelingen over verregaande en uitgebreide bilaterale handelsovereenkomsten zodat zij samen met de VS nog ambitieuzere resultaten kan boeken;

Het eindverslag van de HLWG

4.  is ingenomen met de publicatie van het eindverslag van de HLWG en schaart zich volledig achter de aanbeveling om onderhandelingen te openen over een uitgebreide handels- en investeringsovereenkomst;

5.  waardeert dat in het eindverslag het volgende benadrukt wordt: (i) de ambitieuze en wederzijdse openstelling van de markt voor goederen, diensten, investeringen en overheidsaanbestedingen op alle bestuursniveaus; (ii) de beperking van non-tarifaire belemmeringen (NTB's) en uitbreiding van de verenigbaarheid van de regelgevingsstelsels; en (iii) de ontwikkeling van gezamenlijke regels voor het omgaan met de gemeenschappelijke uitdagingen en mogelijkheden van de wereldhandel;

6.  onderschrijft het standpunt dat, gezien de reeds bestaande lage gemiddelde tarieven, de sleutel om het potentieel van de trans-Atlantische betrekkingen te ontsluiten gelegen is in de aanpak van de NTB's, die voornamelijk bestaan uit douaneprocedures, technische normen en restricties die voortvloeien uit regelgeving achter de grens; schaart zich achter het voorstel van de HLWG om geleidelijk een nog verder geïntegreerde trans-Atlantische markt tot stand te brengen;

7.  is ingenomen met de aanbeveling om te onderzoeken hoe overbodige kosten en administratieve vertragingen als gevolg van regelgeving in de toekomst beperkt kunnen worden, waarbij tegelijkertijd de gezondheid, de veiligheid en het milieu wordt beschermd in een mate die beide partijen passend vinden, of waarbij legitieme doelstellingen op het gebied van regelgeving op een andere manier gerealiseerd worden;

Onderhandelingsmandaat

8.  benadrukt nogmaals een voorstander te zijn van een diepgaande en uitgebreide handels- en investeringsovereenkomst met de VS, die het scheppen van hoogwaardige banen voor Europese werknemers stimuleert, direct ten goede komt aan Europese consumenten, nieuwe mogelijkheden opent voor bedrijven uit de EU, in het bijzonder kleine- en middelgrote ondernemingen, om in de VS goederen te verkopen en diensten te verlenen, vrije toegang tot de markten voor overheidsopdrachten in de VS garandeert en betere mogelijkheden schept voor EU-investeringen in de VS;

9.  dringt er bij de Raad op aan gevolg te geven aan de aanbevelingen uit het eindverslag van de HLWG, en de Commissie te machtigen tot het openen van onderhandelingen met het oog op een trans-Atlantische partnerschapsovereenkomst voor handel en investeringen (TTIP) met de VS;

10.  benadrukt dat de TTIP ambitieus en bindend moet zijn voor alle bestuurslagen aan weerszijden van de Atlantische Oceaan, met inbegrip van regelgevende instanties en andere bevoegde autoriteiten; beklemtoont dat de overeenkomst moet resulteren in een daadwerkelijke wederzijdse openstelling van de markt en de handel moet bevorderen, en dat in de overeenkomst bijzondere aandacht geschonken dient te worden aan structurele methoden om meer trans-Atlantische convergentie in de regelgeving tot stand te brengen; is van mening dat de overeenkomst de culturele en taalkundige verscheidenheid van de Unie, onder meer in de audiovisuele- en cultureledienstensector, niet in gevaar mag brengen;

11.  acht het van cruciaal belang dat de Unie en haar lidstaten binnen het kader van hun wetgeving, normen en overeenkomsten de mogelijkheid behouden hun cultureel en audiovisueel beleid te handhaven en verder te ontwikkelen; verlangt daarom dat in het onderhandelingsmandaat duidelijk vermeld wordt dat audiovisuele en culturele diensten, inclusief onlinediensten, buiten de onderhandelingen vallen;

12.  onderstreept dat intellectueel eigendom een van de drijvende krachten achter innovatie en creativiteit is en een pijler van de kenniseconomie vormt; meent dat strenge bescherming van nauwkeurig en helder gedefinieerde intellectuele-eigendomsrechten, met inbegrip van geografische aanduidingen, deel moet uitmaken van de overeenkomst, en dat de overeenkomst moet stroken met bestaande internationale overeenkomsten; is van mening dat voor andere geschilpunten op het gebied van de intellectuele-eigendomsrechten oplossingen gezocht moeten worden die in overeenstemming zijn met internationale beschermingsnormen;

13.  meent dat de overeenkomst de garantie moet bieden dat de EU-normen voor grondrechten ten volle geëerbiedigd worden; benadrukt nogmaals een voorstander te zijn van strenge bescherming van persoonsgegevens, aangezien dit gunstig is voor consumenten aan weerszijden van de Atlantische Oceaan; wijst erop dat bij het sluiten van de overeenkomst rekening gehouden moet worden met de bepalingen van de algemene overeenkomst inzake de handel in diensten (GATS) betreffende de bescherming van persoonsgegevens;

14.  herinnert eraan dat de vervoersector belangrijk is voor groei en banen, met name in de luchtvaart, waar de markten van de EU en de VS 60 % van het mondiale luchtverkeer uitmaken; benadrukt dat tijdens de onderhandelingen terdege aandacht besteed moet worden aan de huidige beperkingen op de door Europese bedrijven aangeboden zee- en luchtvervoersdiensten, waaronder de beperkingen ten aanzien van buitenlandse zeggenschap over luchtvaartmaatschappijen en wederkerigheid bij cabotage, alsmede aan de screening van het goederenvervoer over zee;

15.  wijst erop dat risicobeoordeling en de uitwisseling van informatie tussen beide partijen ten aanzien van markttoezicht en de identificatie van namaakproducten waardevol zijn;

16.  is met name ingenomen met de aanbeveling van de HLWG dat de EU en de VS zich moeten richten op de milieu- en arbeidsaspecten van handel en duurzame ontwikkeling; is van mening dat de ervaringen met eerdere handelsovereenkomsten van de EU en met de langdurige verbintenissen tussen de EU en de VS aangewend moeten worden om de ontwikkeling en handhaving van het arbeidsrecht, de milieuwetgeving en bijbehorende beleidsmaatregelen een impuls te geven, de naleving van de door de Internationale Arbeidsorganisatie (IAO) vastgestelde basisnormen en benchmarks te bevorderen, en de beschikbaarheid van fatsoenlijke banen en duurzame ontwikkeling te stimuleren; is een voorstander van harmonisatie van de normen voor maatschappelijk verantwoord ondernemen; onderkent dat de totstandbrenging van gemeenschappelijke normen beide partijen waarschijnlijk voor technische en politieke uitdagingen zal stellen en benadrukt dat het hooghouden van groene ambities het gemeenschappelijke doel moet zijn;

17.  benadrukt dat bepaalde onderhandelingsterreinen gevoelig liggen, zoals de landbouw, waar de meningen van de VS en de EU op het gebied van ggo's, het klonen en de gezondheid van de consument uiteenlopen; meent dat betere samenwerking bij de handel in landbouwproducten mogelijkheden biedt en benadrukt dat ambitieuze en evenwichtige resultaten op dat gebied belangrijk zijn; benadrukt dat de overeenkomst de essentiële waarden en normen van beide partijen, waaronder het voorzorgsbeginsel van de EU, niet mag ondermijnen; verzoekt de VS zijn verbod op de invoer van rundvlees uit de EU op te heffen en zo wederzijds vertrouwen te kweken;

18.  benadrukt dat financiële diensten behandeld moeten worden bij de onderhandelingen voor de TTIP en verlangt in dit verband dat bijzondere aandacht wordt besteed aan equivalentie, wederzijdse erkenning, convergentie en extraterritorialiteit, aangezien dit voor beide partijen cruciale overwegingen zijn; benadrukt dat het gunstig zou zijn wanneer de VS en de EU overeenstemming bereiken over de totstandbrenging van een gemeenschappelijk financieel bestel; onderstreept dat markttoegang weliswaar als een positieve stap moet worden beschouwd, maar dat prudentiële toezichtprocessen cruciaal zijn voor het realiseren van werkelijke convergentie; benadrukt dat de negatieve gevolgen van extraterritorialiteit tot een minimum teruggebracht moeten worden en beide partijen niet mogen afbrengen van een consistente benadering van de regulering van financiële dienstverlening;

19.  bevestigt nogmaals het slechten van de door onnodige regelgeving opgeworpen belemmeringen te steunen en moedigt de Commissie en de regering van de VS aan mechanismen (met inbegrip van samenwerking in de initiële stadia van regelgeving) in de overeenkomst op te nemen die erop gericht zijn om toekomstige belemmeringen te voorkomen; is van mening dat betere regelgeving en de terugdringing van administratieve en uit regelgeving voortvloeiende lasten hoog op de agenda moeten staan bij de onderhandelingen over de TTIP; wijst erop dat meer trans-Atlantische convergentie zou moeten leiden tot meer gestroomlijnde regelgeving die gemakkelijk te begrijpen en toe te passen is, in het bijzonder voor KMO's;

20.  is er nog steeds van overtuigd dat een uitgebreide handels- en investeringsovereenkomst tussen de EU en de VS een win-winsituatie voor beide partijen kan opleveren en een gunstige uitwerking op beide economieën kan hebben, en meent dat verdere integratie de winst voor beide economieën aanzienlijk zou doen toenemen; is ervan overtuigd dat de EU en de VS bepalend blijven voor de wereldwijd geldende normen op het gebied van regelgeving wanneer de in de EU en de VS gehanteerde normen waar mogelijk met elkaar in overeenstemming worden gebracht, en meent dat zo de weg vrijgemaakt wordt voor internationale normen; is er vast van overtuigd dat zorgvuldig moet worden overwogen welke voordelen deze overeenkomst heeft voor de internationale handel en normering, en dat deze voordelen nauwkeurig geformuleerd moeten worden;

21.  herinnert eraan dat de Commissie zich gedurende het hele onderhandelingsproces actief moet opstellen en continu en op transparante wijze haar betrokkenheid moet tonen aan een grote groep belanghebbenden, waaronder vertegenwoordigers van het bedrijfsleven, milieuorganisaties, consumenten, vakbonden en anderen, zodat discussies op basis van de feiten worden gevoerd, vertrouwen in de onderhandelingen wordt gewekt, evenredige inbreng van verschillende zijden wordt verkregen en draagvlak bij het grote publiek wordt gecreëerd doordat de Commissie rekening houdt met de bedenkingen van belanghebbenden; moedigt alle belanghebbenden aan actief deel te nemen en initiatieven te ontplooien en informatie te verstrekken die relevant zijn voor de onderhandelingen;

22.  waarschuwt dat kwaliteit belangrijker is dan tijd, en vertrouwt erop dat de onderhandelaars de zaak niet overhaast beklinken zonder dat dit tastbare en substantiële voordelen oplevert voor ons bedrijfsleven, onze werknemers en onze burgers;

De rol van het Parlement

23.  ziet uit naar de opening van de onderhandelingen met de VS, wenst deze nauwgezet te volgen en een bijdrage te leveren aan het welslagen ervan; herinnert de Commissie aan haar verplichting om het Parlement onverwijld en volledig op de hoogte te houden gedurende alle stadia van de onderhandelingen (voorafgaand aan en na afloop van de onderhandelingsronden); hecht veel waarde aan de behandeling van kwesties op het gebied van wet- en regelgeving die in het kader van de onderhandelingen en de nieuwe overeenkomst aan de orde kunnen komen; benadrukt nogmaals de vertegenwoordiging van de burgers van de Europese Unie als zijn hoofdverantwoordelijkheid te beschouwen en ziet ernaar uit om gedurende het onderhandelingsproces het voeren van open discussies waaraan iedereen deelneemt te bevorderen; is vastbesloten om in samenwerking met zijn Amerikaanse pendanten een actieve rol te spelen bij de invoering van nieuwe regelgeving;

24.  verplicht zich tot nauwe samenwerking met de Raad, de Commissie, het Congres en de regering van de VS en de belanghebbenden om het volledige potentieel van de trans-Atlantische economische betrekkingen te realiseren en de leidinggevende positie van de EU en de VS bij de liberalisering en de regulering van handel en buitenlandse investeringen te versterken; is vastbesloten de totstandkoming van intensievere bilaterale samenwerking tussen de EU en de VS te stimuleren, zodat hun leidinggevende positie binnen de internationale handel en investeringen in stand blijft;

25.  herinnert eraan dat het Parlement uit hoofde van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie verzocht zal worden zijn goedkeuring te hechten aan de nieuwe TTIP, en dat derhalve in alle stadia terdege rekening gehouden dient te worden met zijn standpunten;

26.  wijst erop dat het Parlement zich zal inspannen om toezicht te houden op de uitvoering van de toekomstige overeenkomst;

o
o   o

27.  verzoekt zijn Voorzitter deze resolutie te doen toekomen aan de Raad, de Commissie en de regeringen en parlementen van de lidstaten, en aan het Congres en de regering van de VS.

(1) http://trade.ec.europa.eu/doclib/docs/2013/februari/tradoc_150519.pdf
(2) http://europa.eu/rapid/press-release_MEMO-13-94_en.htm
(3) http://www.consilium.europa.eu/uedocs/cms_data/docs/pressdata/nl/ec/135324.pdf
(4) Aangenomen teksten, P7_TA(2012)0388.
(5) http://trade.ec.europa.eu/doclib/docs/2013/maart/tradoc_150737.pdf

Juridische mededeling - Privacybeleid