Index 
 Vorige 
 Volgende 
 Volledige tekst 
Procedure : 2014/2008(INI)
Stadium plenaire behandeling
Documentencyclus : A7-0131/2014

Ingediende teksten :

A7-0131/2014

Debatten :

PV 10/03/2014 - 17
CRE 10/03/2014 - 17

Stemmingen :

PV 11/03/2014 - 9.26
Stemverklaringen

Aangenomen teksten :

P7_TA(2014)0204

Aangenomen teksten
PDF 166kWORD 86k
Dinsdag 11 maart 2014 - Straatsburg
Werkzaamheden van de Commissie verzoekschriften in 2013
P7_TA(2014)0204A7-0131/2014

Resolutie van het Europees Parlement van 11 maart 2014 over de werkzaamheden van de Commissie verzoekschriften in 2013 (2014/2008(INI))

Het Europees Parlement,

–  gezien de betekenis van het recht om verzoekschriften in te dienen en het belang voor parlementaire organen om onmiddellijk kennis te nemen van de specifieke zorgen en standpunten van de Europese burger of ingezetene, zoals bepaald in de artikelen 24 en 227 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

–  gezien de bepalingen van het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie, en met name artikel 44 inzake het recht om verzoekschriften in te dienen bij het Europees Parlement,

–  gezien de bepalingen van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie met betrekking tot de inbreukprocedure, en met name de artikelen 258 en 260,

–  gezien artikel 48 en artikel 202, lid 8, van zijn Reglement,

–  gezien het verslag van de Commissie verzoekschriften (A7-0131/2014),

A.  overwegende dat in 2013, "het Europees Jaar van de Burger", 2 885 verzoekschriften zijn binnengekomen, wat overeenkomt met een toename van bijna 45 % ten opzichte van 2012, en dat in de lopende zittingsperiode tot nu toe bijna 10 000 verzoekschriften zijn geregistreerd;

B.  overwegende dat een dergelijk aantal weliswaar nog steeds bescheiden is in verhouding tot het aantal inwoners van de Europese Unie, maar er niettemin op wijst dat individuele burgers, lokale gemeenschappen, ngo's, vrijwilligersorganisaties en particuliere bedrijven zich duidelijk sterker bewust zijn van het recht om verzoekschriften in te dienen en dat het gewettigd vertrouwen ten aanzien van het nut van de verzoekschriftenprocedure als middel om de aandacht van de Europese instellingen en de lidstaten op hun zorgen te vestigen duidelijk is gegroeid;

C.  overwegende dat de Europese burgers rechtstreeks worden vertegenwoordigd door de enige EU-instelling waarvan de leden door deze burgers worden gekozen – het Europees Parlement; overwegende dat het recht om een verzoekschrift in te dienen hen de kans biedt zich rechtstreeks tot hun vertegenwoordigers te richten;

D.  overwegende dat het recht om verzoekschriften in te dienen de ontvankelijkheid van het Europees Parlement voor de burgers en ingezetenen van de Unie vergroot en mensen tegelijkertijd een open, democratisch en transparant mechanisme kan bieden waarmee zij, indien legitiem en gerechtvaardigd, een buitengerechtelijke oplossing voor hun klachten kunnen verkrijgen, met name wanneer deze betrekking hebben op problemen met de tenuitvoerlegging van Europese wetgeving; overwegende dat verzoekschriften waardevolle feedback opleveren voor wetgevers en uitvoerende organen op zowel EU- als nationaal niveau;

E.  overwegende dat het van belang is om verdere onherstelbare schade aan de biodiversiteit te voorkomen, met name in Natura 2000-gebieden; overwegende dat de lidstaten hebben toegezegd de bescherming van de speciale beschermingszones die onder de Habitatrichtlijn (92/43/EEG) en de Vogelrichtlijn (79/409/EEG) vallen, te waarborgen; overwegende dat – hoewel de Commissie de naleving van de EU-wetgeving pas ten volle kan controleren wanneer de nationale autoriteiten een eindbesluit hebben genomen – met name ten aanzien van milieukwesties in een vroeg stadium moet worden nagegaan of alle relevante door de EU-wetgeving voorgeschreven procedures, met inbegrip van het voorzorgsbeginsel, op correcte wijze door de lokale, regionale en nationale autoriteiten worden uitgevoerd;

F.  overwegende dat de deelname van burgers aan het besluitvormingsproces van de Europese Unie moet worden verbeterd, teneinde de legitimiteit en de verantwoordingsplicht van de EU te versterken; overwegende dat de verzoekschriftenprocedure ook een middel is om een realistische inschatting te maken van de heersende spanningen binnen Europese samenlevingen, vooral in tijden van economische crisis en sociale onrust, zoals deze voor de Europese bevolking zijn ontstaan als gevolg van de ineenstorting van de financiële markten en bankstelsels in de wereld; overwegende dat de Commissie verzoekschriften in september 2013 een openbare hoorzitting over dit onderwerp heeft georganiseerd waarbij indieners van verzoekschriften betrokken waren; overwegende dat een groot aantal verzoekschriften betreffende financiële wanpraktijken en schendingen van consumentenrechten in de bancaire sector, en met name de dramatische gevolgen die hele gezinnen hebben ondervonden doordat ze als gevolg van laakbare hypotheekclausules uit hun huis zijn gezet, de aandacht van de commissie hebben getrokken;

G.  overwegende dat dergelijke aan de Commissie verzoekschriften gerichte verzoekschriften vaak nuttige informatie hebben opgeleverd voor andere commissies van het Europees Parlement die verantwoordelijk zijn voor het formuleren van wetgeving die moet zorgen voor een in sociaaleconomisch en milieuopzicht veiligere, gezondere, eerlijkere en welvarendere basis voor de toekomst van alle Europese burgers en ingezetenen;

H.  overwegende dat ieder verzoekschrift op zijn eigen waarde wordt beoordeeld en behandeld, zelfs wanneer het van slechts één EU-burger of -ingezetene afkomstig is, en dat iedere indiener het recht heeft om een antwoord te ontvangen in zijn eigen taal;

I.  overwegende dat de verwerkings- en reactietermijn van een ontvangen verzoekschrift, afhankelijk van de aard en complexiteit ervan, zal variëren, maar dat alles in het werk moet worden gesteld om binnen een redelijke termijn en op passende wijze naar behoren in te gaan op de zorgen van indieners, niet alleen in procedurele zin, maar ook inhoudelijk;

J.  overwegende dat indieners van wie de verzoekschriften vervolgens worden besproken tijdens de vaste bijeenkomsten van de Commissie verzoekschriften, volledig kunnen deelnemen aan de discussie, het recht hebben hun verzoekschrift te presenteren en nader toe te lichten en zo actief bijdragen aan het werk van de Commissie verzoekschriften, door aanvullende informatie uit de eerste hand te verstrekken aan de leden van de Commissie verzoekschriften en aan de Europese Commissie alsook aan de vertegenwoordigers van de lidstaten die eventueel aanwezig zijn; overwegende dat in 2013 185 indieners een vergadering bijwoonden en actief betrokken waren bij de beraadslagingen van de commissie;

K.  overwegende dat de werkzaamheden van de Commissie verzoekschriften volledig gebaseerd zijn op de inbreng en bijdragen van de indieners alsook op de resultaten van haar eigen onderzoek van ieder geval, waar nodig aangevuld met expertise van de Europese Commissie, de lidstaten of andere organen; overwegende dat de prioriteit van agendapunten wordt bepaald op basis van democratisch genomen besluiten van haar leden;

L.  overwegende dat de krachtens het Verdrag en het Reglement van het Parlement vastgestelde criteria voor de ontvankelijkheid van verzoekschriften bepalen dat een verzoekschrift betrekking moet hebben op een kwestie die binnen het kader van de werkzaamheden van de Unie valt en die rechtstreeks betrekking heeft op de indiener van het verzoekschrift, overwegende dat sommige verzoekschriften dientengevolge niet-ontvankelijk worden verklaard omdat ze niet aan deze criteria voldoen;

M.  overwegende dat het recht om verzoekschriften in te dienen een belangrijk instrument voor de participatie van en de democratische controle door de burgers is, en dat de correcte uitvoering van het proces van begin tot eind moet worden gewaarborgd; overwegende dat dit recht volledig gegarandeerd moet blijven, onafhankelijk van de belangen van regeringen; overwegende dat dit beginsel op voorbeeldige wijze op EU-niveau moet worden gehandhaafd bij de behandeling van verzoekschriften in dit Parlement en door de Commissie;

N.  overwegende dat voornoemde criteria door de rechter zijn getoetst en dat in de arresten van het Hof van Justitie van de Europese Unie, bijvoorbeeld in zaak T-308/07, de criteria met betrekking tot het recht om verzoekschriften in te dienen zijn bevestigd, evenals het feit dat verklaringen van niet-ontvankelijkheid goed onderbouwd dienen te zijn en door de Commissie verzoekschriften moeten worden gerechtvaardigd in de daaropvolgende correspondentie met de indiener; overwegende dat verzoekschriften inhoudelijk als te onnauwkeurig beschouwd kunnen worden, zoals de zaken T-280/09 en T-160/10;

O.  overwegende dat er niet alleen verzoekschriften worden ingediend over de gevolgen van de crisis voor Europese burgers en ingezetenen, maar ook met betrekking tot andere belangrijke punten van zorg, zoals milieurecht (met name kwesties op het gebied van afval- en waterbeheer), grondrechten (met name inzake de rechten van het kind, de rechten van personen met een handicap en gezondheidsgerelateerde kwesties), het recht op roerend en onroerend goed, kwesties in verband met het vrije verkeer van personen, verschillende vormen van discriminatie (met name op grond van etnische afkomst, cultuur of taal), visa, immigratie en werkgelegenheid, alsook verzoekschriften met betrekking tot de rechtspraak, vermeende corruptie, vertraging bij gerechtelijke procedures en vele andere terreinen;

P.  overwegende dat de Commissie verzoekschriften onder auspiciën van het Europees Parlement een eigen netwerk heeft opgezet, omdat veel indieners, vooral het jongere deel van de bevolking, veelvuldig gebruikmaken van sociale media als communicatiemiddel, en dat zij regelmatig door een toenemend aantal mensen wordt gevolgd op de meest gangbare sociale media die vooral actief zijn en nuttig worden geacht rond de tijd van commissievergaderingen; overwegende dat ook de nieuwsbrief van de Commissie verzoekschriften, PETI Journal, een groot aantal vaste abonnees kent (momenteel 1 500);

Q.  overwegende dat de Commissie verzoekschriften in dit verband samen met de bevoegde diensten van het Europees Parlement werkt aan de ontwikkeling van een nieuw meertalig webportaal ter vervanging van de huidige, beperktere elektronische voorziening voor het indienen van verzoekschriften op de Europarl-website; overwegende dat het nieuwe portaal erop gericht is de administratieve efficiëntie te vergroten en tegelijkertijd de transparantie en interactiviteit van de verzoekschriftenprocedure voor indieners, de leden van het Europees Parlement en het grote publiek te verbeteren;

R.  overwegende, in deze context, dat de Commissie verzoekschriften op basis van het jaarverslag 2012 heeft besloten de verzoekschriftenprocedure efficiënter, transparanter en onpartijdiger te maken met behoud van het participatierecht van de leden van de Commissie verzoekschriften, zodat de behandeling van verzoekschriften zelfs op procedureel niveau een rechterlijke toetsing doorstaat;

S.  overwegende dat de Commissie verzoekschriften actieve belangstelling blijft tonen voor de wijze waarop de verordening inzake het Europees burgerinitiatief (EBI) wordt toegepast, en zich bewust is van de vele zwakten en de nogal omslachtige aard van het bestaande rechtskader, dat de geest van de relevante bepaling in het Verdrag niet volledig weerspiegelt ondanks de inspanningen van de commissies AFCO en PETI bij het opstellen van de verordening; overwegende dat het Parlement overeenkomstig de herzieningsclausule de herziening van de verordening dient te bespreken wanneer deze drie jaar van kracht is;

T.  overwegende dat de bepalingen van de EBI-verordening met betrekking tot de organisatie van een openbare hoorzitting voor een succesvol initiatief binnen de gebouwen van het Parlement spoedig ten uitvoer zullen worden gelegd, waarbij de commissie ten principale met wetgevingsbevoegdheid inzake het onderwerp van het initiatief en de Commissie verzoekschriften betrokken zullen zijn op grond van het Reglement van het Europees Parlement en de door het Bureau goedgekeurde uitvoeringsvoorschriften;

U.  overwegende dat onderzoeksmissies in verband met in behandeling zijnde verzoekschriften, die de Commissie verzoekschriften regelmatig organiseert over kwesties waaraan zij specifieke prioriteit heeft verleend, een waardevolle rol vervullen, en overwegende dat de verslagen over dergelijke missies van maximale kwaliteit en geloofwaardigheid moeten zijn en moeten worden opgesteld in loyale samenwerking die leidt tot een gewenste consensus onder de deelnemers; overwegende dat in 2013 bezoeken zijn gebracht aan Spanje (tweemaal), Polen, Denemarken en Griekenland; overwegende dat een grotere mate van flexibiliteit bij de praktische organisatie van deze missies, voornamelijk met betrekking tot de in aanmerking komende weken, zou helpen om deze reizen tot een nog groter succes te maken, vooral wat de beschikbaarheid van de leden en de beperking van het annuleringsrisico betreft;

V.  overwegende dat de Commissie verzoekschriften verantwoordelijkheden heeft met betrekking tot het Bureau van de Europese Ombudsman, dat bevoegd is om klachten van EU-burgers over mogelijk wanbeheer binnen de instellingen en organen van de EU te onderzoeken, waarover zij ook een jaarverslag opstelt op basis van het jaarverslag van de Europese Ombudsman zelf; overwegende dat de Commissie verzoekschriften in 2013 actief betrokken is geweest bij de organisatie van de verkiezing van een nieuwe Europese Ombudsman na het vertrek van dhr. Nikiforos Diamandouros;

W.  overwegende dat de leden van het Europees Parlement mw. Emily O'Reilly weliswaar hebben verkozen tot nieuwe Europese Ombudsman met ingang van 1 oktober 2013, maar dat aan het begin van de volgende zittingsperiode nieuwe verkiezingen moeten worden gehouden, zoals bepaald in artikel 204 van het Reglement; overwegende dat het verstandig zou zijn om tijdig duidelijke en transparante voorschriften voor de procedure te publiceren om de verantwoordelijkheid van de Commissie verzoekschriften inzake deze procedure verder te verduidelijken en voldoende transparantie voor de verkiezingen te waarborgen, met name door middel van een verbeterde speciale website;

X.  overwegende dat de Commissie verzoekschriften lid is van het Europees Netwerk van ombudsmannen, waarin onder andere bepaalde verzoekschriftencommissies van de nationale parlementen, indien bestaand, zitting hebben; overwegende dat het van belang lijkt dat er meer nadruk wordt gelegd op de samenwerking tussen de verzoekschriftencommissies zelf en dat deze, waar nuttig, verder wordt versterkt, en dat het Europees Parlement in het belang van de Europese burgers een centrale rol zou kunnen vervullen bij deze ontwikkeling;

Y.  overwegende dat de Commissie verzoekschriften de intentie heeft om een nuttig en transparant instrument ten dienste van Europese burgers en ingezetenen te zijn, dat democratische controle en toezicht uitoefent op diverse aspecten van de activiteiten van de Europese Unie, vooral met betrekking tot de tenuitvoerlegging van EU-wetgeving door de nationale autoriteiten; overwegende dat de Commissie verzoekschriften op basis van ontvangen verzoekschriften een verdere bijdrage kan leveren aan een coherentere en beter gecoördineerde toepassing van de EU-wetgeving enerzijds en aan de verbetering van toekomstige EU-wetgeving anderzijds door erop te wijzen dat lering moet worden getrokken uit de inhoud van de ontvangen verzoekschriften;

Z.  overwegende dat dit het laatste jaarverslag van PETI in de zevende zittingsperiode van het Europees Parlement is en dat daarom een overzicht wordt gegeven van de werkzaamheden van de commissie in 2013 en ook wordt ingegaan op de gehele zittingsperiode en wordt beoordeeld in hoeverre de PETI-commissie erin is geslaagd na de inwerkingtreding van het Verdrag van Lissabon aan de verwachtingen van de burgers te voldoen;

1.  erkent de substantiële en fundamentele rol van de Commissie verzoekschriften bij het verdedigen en bevorderen van de rechten van EU-burgers en ingezetenen, door te waarborgen dat de zorgen van indieners van verzoekschriften door middel van de verzoekschriftenprocedure meer erkenning krijgen en dat hun legitieme grieven waar mogelijk binnen een redelijk tijdsbestek worden opgelost;

2.  is vastbesloten om de verzoekschriftenprocedure doeltreffender, transparanter en onpartijdig te maken, zonder te tornen aan het participatierecht van de leden van de Commissie verzoekschriften, opdat de behandeling van verzoekschriften ook in procedureel opzicht de rechterlijke toetsing kan doorstaan;

3.  benadrukt dat de Commissie verzoekschriften, naast andere instellingen en organen als de onderzoekscommissies en de Europese Ombudsman, een onafhankelijke, vastomlijnde rol heeft als aanspreekpunt voor alle burgers; benadrukt het feit dat deze organen, samen met het Europees burgerinitiatief, fundamentele instrumenten zijn voor een democratische EU en de totstandkoming van een Europese demos, en dat een passende toegang tot deze organen en een betrouwbare werking van deze organen moeten worden gewaarborgd;

4.  onderstreept dat de Commissie verzoekschriften in de lopende zittingsperiode steeds de uitdaging is aangegaan om aan de verwachtingen van de burgers van de Europese Unie te voldoen; benadrukt dat het van belang is dat de burgers rechtstreeks wordt betrokken bij de werkzaamheden van het Parlement en dat de leden van de commissie specifiek ingaan op hun zorgen, voorstellen of klachten; wijst op de hoeveelheid werk die is verzet om een oplossing te vinden voor mogelijke inbreuken op de rechten van burgers door bij vraagstukken die verband houden met de toepassing van de Europese wetgeving, samen te werken met nationale, regionale en lokale overheden, en tegelijkertijd een cruciale rol te blijven spelen bij het herstel van het contact met de Europese burgers en de versterking van de democratische legitimiteit van en de verantwoordingsplicht voor het EU-besluitvormingsproces;

5.  herinnert aan de belangrijke rol van de Commissie bij de behandeling van zaken die in verzoekschriften aan de orde zijn gesteld; is van mening dat de Commissie de verzoekschriften grondiger moet onderzoeken en de inhoud van zaken moet bekijken in het licht van de EU-wetgeving; benadrukt het belang van transparantie in deze processen en van een correcte openbare toegang tot de relevante documenten en gegevens betreffende zaken;

6.  benadrukt het belang van proactief toezicht en tijdige preventieve maatregelen van de Commissie wanneer er gegrond bewijs is dat bepaalde geplande en bekendgemaakte projecten mogelijk een inbreuk vormen op de EU-wetgeving;

7.  stelt een grote verscheidenheid aan themagebieden vast die in de verzoekschriften van burgers aan bod komen, zoals de grondrechten, de interne markt, milieurecht, volksgezondheidsvraagstukken, kinderwelzijn, vervoer en bouwprojecten, de Spaanse kustwetgeving, de nieuwe verordening inzake behoorlijk bestuur, personen met een handicap, discriminatie op grond van leeftijd, openbare toegang tot documenten, Europese Scholen, de begrotingsunie, de staalindustrie, dierenrechten en vele andere;

8.  is van mening dat de verzoekschriften die onder de genoemde categorieën vallen het bewijs zijn dat er nog steeds veel gevallen zijn waarin de EU-wetgeving op onbevredigende wijze wordt omgezet of de wetgeving onjuist ten uitvoer wordt gelegd;

9.  acht het belangrijk om de op wederkerigheid gebaseerde samenwerking met de parlementen en regeringen van de lidstaten te versterken en om, in voorkomend geval, de autoriteiten in de lidstaten ertoe aan te sporen de EU-wetgeving op volledig transparante wijze om te zetten en toe te passen; wijst op het belang van samenwerking tussen de Commissie en de lidstaten en betreurt de nalatigheid van een aantal lidstaten met betrekking tot de volledige omzetting en handhaving van de Europese wetgeving, met name op het gebied van milieu;

10.  herinnert eraan dat de Commissie verzoekschriften ontvankelijke verzoekschriften behandelt die verband houden met de beginselen en de inhoud van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie en het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie, als een inherent onderdeel van haar activiteiten, en zich in haar onderzoek laat leiden door de merites van elk afzonderlijk geval, en wijst erop dat de Europese Commissie zichzelf, vanwege het bestaan van artikel 51 van het Handvest, vaak niet in staat achtte te handelen wanneer de Commissie verzoekschriften haar hierom verzocht; onderstreept dat de verwachtingen van de burgers veel groter zijn dan op grond van de zuiver juridische bepalingen van het Handvest kan worden waargemaakt;

11.  feliciteert de commissie met haar werk met betrekking tot verzoekschriften over handicaps, die in 2013 aanzienlijk in aantal zijn toegenomen; neemt kennis van de inspanningen die zijn gedaan om een succesvolle start van het EU-kader op grond van artikel 33 van het VN-verdrag inzake de rechten van personen met een handicap (UNCRPD) te waarborgen, in het kader waarvan de Commissie verzoekschriften zich heeft aangesloten bij de Europese Commissie, het Bureau voor de grondrechten en het Europees Gehandicaptenforum, en wijst op de bereidheid van de Commissie verzoekschriften om deze activiteit te blijven ondersteunen; betreurt het dat er vervolgens een eind is gemaakt aan de betrokkenheid van de Commissie verzoekschriften binnen het UNCRPD-kader en haar plaats is ingenomen door wetgevingscommissies die ook verantwoordelijkheid op dit gebied hebben; is van mening dat dit besluit berustte op een verkeerde interpretatie van de functieverdeling binnen het UNCRPD-kader;

12.  stelt vast hoeveel aandacht er is geschonken aan enkele belangrijke verzoekschriften inzake de voorgenomen aanleg van een nieuwe luchthaven bij Notre-Dame-des-Landes, vlak bij Nantes; wijst erop dat belangrijke bijdragen zijn ontvangen van indieners die op grond van milieuoverwegingen tegen het plan waren, en dat een substantieel verzoekschrift is ontvangen van voorstanders van het project, hetgeen aanleiding was voor een intensief debat binnen de Commissie verzoekschriften, waaraan naast de belangrijkste indieners ook is deelgenomen door de Franse autoriteiten en de directeur-generaal Milieu van de Commissie; is van mening dat dergelijke serieuze discussies niet alleen de bewustwording van het publiek ten goede komen en burgers in staat stellen tot een actieve en legitieme betrokkenheid, maar ook de mogelijkheid bieden om inzicht te verkrijgen in een aantal controversiële aspecten van een project dat naar verluidt in strijd is met de EU-wetgeving en hiervoor oplossingen aan te dragen, zodat gezorgd wordt voor volledige naleving van de Europese wetgeving zoals deze onder dergelijke omstandigheden van toepassing is;

13.  erkent dat, in 2013, veel indieners van een verzoekschrift uiting hebben gegeven aan hun bezorgdheid over de kennelijke onrechtmatigheden in Denemarken met betrekking tot de administratieve gerechtelijke procedures inzake de scheiding van tafel en bed en echtscheiding van ouders en de daaropvolgende voogdij over jonge kinderen; wijst in dit verband op een tendens die zich voordoet bij paren met een gemengde nationaliteit, waarbij sprake is van duidelijke voorbeelden van discriminatie op grond van nationaliteit in het voordeel van de echtgeno(o)t(e) afkomstig uit de lidstaat waar de gerechtelijke procedure plaatsvindt, en in het nadeel van de echtgeno(o)t(e) die niet uit die lidstaat afkomstig is, met ernstige en vaak zeer negatieve en dramatische gevolgen voor de rechten van het kind; wijst in dit verband op ernstige schendingen van de grondrechten van zowel de indiener als het kind; merkt op dat de Commissie verzoekschriften een onderzoeksmissie naar Denemarken heeft ondernomen om dergelijke beweringen rechtstreeks te onderzoeken op de plaats waar de situatie bijzonder acuut lijkt; stelt vast dat er ook bepaalde gevallen zijn geregistreerd in andere landen, met name Duitsland (in het bijzonder met betrekking tot de werkzaamheden van de Jugendamt), Frankrijk en het Verenigd Koninkrijk;

14.  wijst opnieuw op de onderzoeken die zijn uitgevoerd naar aanleiding van verzoekschriften over de gevolgen van de mislukte uitvoering van de kaderrichtlijn afvalstoffen gedurende de parlementaire zittingsperiode, alsmede op de goedkeuring van het desbetreffende verslag; wijst opnieuw op de aanbevelingen inzake het ontbreken van behoorlijke besluitvorming met betrekking tot stortplaatsen en de gevolgen hiervan voor de plaatselijke bevolking; beklemtoont dat de problemen nog lang niet zijn opgelost, gezien de verzoekschriften die later nog zijn besproken, met name betreffende de aanhoudende giftige branden die in sommige gebieden van Campania worden veroorzaakt door zwaar vervuilend industrieel afval, alsook betreffende het gebrek aan transparantie inzake de plannen en het institutioneel beheer van Lazio in de afgelopen maanden na de geplande sluiting van de stortplaats in Malagrotta, waarover momenteel gerechtelijke onderzoeken op hoog niveau lopen; wijst opnieuw op de intensieve onderzoeksmissie naar Griekenland die in verband met hetzelfde onderwerp in het najaar van 2013 werd uitgevoerd en waarmee de aandacht werd gevestigd op de tekortkomingen bij de toepassing van de relevante afvalrichtlijnen, het gebrek aan vooruitgang in het afvalbeheer wat betreft plannen en systemen bovenaan in de afvalhiërarchie, alsook de ernstige gevolgen voor de gezondheid van de bevolking in bepaalde delen van Griekenland; stelt vast dat er onlangs verschillende andere verzoekschriften zijn ingediend betreffende tekortkomingen in het afvalbeheer in andere lidstaten, met name in de regio rond Valencia in Spanje en in het Verenigd Koninkrijk;

15.  neemt kennis van het verslag over de onderzoeksmissie naar Polen in verband met een voorgenomen dagbouwmijn in Neder-Silezië; is verheugd over de intensieve discussies die tijdens dat bezoek zijn gevoerd met indieners van verzoekschriften en nationale instanties over de mogelijke exploratie en exploitatie van schaliegasreserves, waarover de Commissie verzoekschriften reeds in 2012 een workshop had gehouden;

16.  benadrukt de zeer constructieve werkzaamheden van de Commissie verzoekschriften met betrekking tot de ontvangen verzoekschriften over de Spaanse kustwet (Ley de Costas), zowel ten aanzien van de resultaten en conclusies van de onderzoeksmissie als ten aanzien van de samenwerking met de indieners van verzoekschriften en de bevoegde nationale instanties; herinnert eraan dat de Commissie verzoekschriften een speciale ad hoc-werkgroep heeft opgericht om zich nader in deze complexe materie te verdiepen en contact te onderhouden met het zeer grote aantal betrokken indieners; erkent dat er voor de indieners weliswaar enige vooruitgang is geboekt via de door het Spaanse parlement aangenomen nieuwe wetgeving; verzoekt de Commissie de kwestie actief te blijven volgen;

17.  is verheugd over het feit dat tijdens de onderzoeksmissie naar Galicië, die plaatsvond in februari 2013, uitgebreide discussies werden gehouden met indieners van verzoekschriften en regionale autoriteiten over kwesties in verband met het gebrek aan goede waterzuiveringsinstallaties in de regio; bekrachtigt de conclusies en aanbevelingen in het verslag van de onderzoeksmissie, door de Commissie verzoekschriften goedgekeurd op 17 december 2013, in die zin dat de inspanningen voor de voltooiing van de schoonmaak en de regeneratie van de bezochte rías moeten worden voortgezet;

18.  onderstreept het belang van de rapportageverplichting van de Commissie verzoekschriften; vestigt de aandacht op verscheidene resoluties die in 2013 in de vorm van verslagen zijn goedgekeurd, zoals het speciaal verslag van de Europese Ombudsman over de wijze waarop de Commissie is omgegaan met tekortkomingen in de milieueffectbeoordeling van het uitbreidingsproject voor de Weense luchthaven, naast het jaarverslag over alle werkzaamheden van de Europese Ombudsman; wijst op de relevante inbreng van de commissie, die te danken is aan de ervaring die zij door de jarenlange behandeling van veel concrete gevallen heeft opgedaan, in de vorm van adviezen aan de ten principale bevoegde commissies, met name bij de herziening van de MER-richtlijn, en het advies over de vestigingsplaats van de instellingen van de Europese Unie; is van mening dat de Commissie verzoekschriften dankzij dergelijke documenten in de plenaire vergadering de kwesties ter sprake kan brengen die voor de Europese burger van belang zijn;

19.  wijst er opnieuw op dat de Commissie verzoekschriften krachtens artikel 202, lid 2, bevoegd is om niet alleen niet-wetgevende initiatiefverslagen over kwesties met betrekking tot meerdere verzoekschriften in te dienen, maar ook beknopte ontwerpresoluties over dringende kwesties voor stemming ter plenaire vergadering;

20.  acht de organisatie van openbare hoorzittingen een zeer belangrijk middel om de door indieners aan de orde gestelde problemen te onderzoeken; vestigt de aandacht op de openbare hoorzitting over de gevolgen van de crisis voor de Europese burgers en de versterking van de democratische betrokkenheid bij het bestuur van de Unie, alsmede op de openbare hoorzitting over maximaal profijt van het EU-burgerschap, waarbij de bezorgdheden zijn geanalyseerd die EU-burgers over beide onderwerpen in verzoekschriften hadden geuit; is van mening dat de informatie die in verzoekschriften wordt verstrekt, getuigt van de gevolgen van de bezuinigingen voor de rechten van de indieners als persoon en van de toegenomen rol en de grotere betrokkenheid van maatschappelijke organisaties; beseft dat Europa met het oog op de aanpak van de financiële uitdagingen van morgen behoefte heeft aan een geloofwaardige, zichtbare en verantwoordingsplichtige economische governance; onderstreept dat het van belang is om de laatste obstakels weg te nemen die verhinderen dat EU-burgers gebruik kunnen maken van de rechten die hun op grond van het EU-recht toekomen, en om de deelname van de EU-burgers aan het politieke leven van de EU te bevorderen;

21.  acht het voor de werkzaamheden van de Commissie verzoekschriften met betrekking tot bepaalde onderwerpen van essentieel belang om andere benaderingen te kiezen, zoals parlementaire vragen voor mondelinge beantwoording die tijdens plenaire vergaderingen worden behandeld; wijst erop dat dit een rechtstreekse vorm van parlementaire controle op andere instellingen en organen van de EU is; merkt op dat het in 2013 negen maal van dit recht gebruik heeft gemaakt en vragen heeft ingediend over bijvoorbeeld handicaps, dierenwelzijn, afvalbeheer en het Europees burgerinitiatief; betreurt ten zeerste dat een aantal van de door de commissie voorgestelde initiatieven enkele maanden lang in de pijplijn worden gehouden alvorens deze tijdens de plenaire zitting worden besproken, waardoor de terugkerende zorgen van EU-burgers geen stem krijgen en een direct antwoord van de Commissie onmogelijk wordt;

22.  neemt kennis van de constante toestroom van correspondentie van burgers die zich tot het Parlement wenden voor een oplossing van kwesties die niet vallen onder de bevoegdheden van de EU overeenkomstig artikel 227 van het Verdrag en artikel 51 van het Handvest van de grondrechten; wil dat er betere oplossingen worden gevonden voor de omgang met deze stukken van de burgers, waarbij rekening wordt gehouden met de verplichtingen van het Parlement met betrekking tot de correspondentie met de burger; betreurt in dit verband dat de desbetreffende diensten van het Parlement geen gevolg geven aan de aanbevelingen omtrent klachten van burgers in aangelegenheden die buiten de bevoegdheden van de EU vallen, welke aanbevelingen zijn gedaan in de resolutie van 21 november 2012 over de werkzaamheden van de Commissie verzoekschriften in 2011;

23.  beseft dat milieuvraagstukken een prioriteit voor de indieners blijven, hetgeen duidelijk maakt dat de lidstaten op dit gebied nog steeds in gebreke blijven; stelt vast dat veel verzoekschriften over volksgezondheidsaspecten gaan, bijvoorbeeld waterbeheer, waterveiligheid, kernenergie en beschermde dieren; wijst erop dat veel verzoekschriften nieuwe en binnenkort te realiseren projecten betreffen die grotere risico's op de bovengenoemde terreinen met zich brengen; herinnert eraan dat de lidstaten het bij de aanpak van deze situaties duidelijk nog steeds als lastig ervaren om een duurzame oplossing te vinden; wijst op de zaak van de ILVA-staalfabriek in Taranto, die zeer problematisch is vanwege de ernstige verslechtering van de milieutoestand en de gezondheid van de plaatselijke bevolking; dringt er bij de Commissie op aan de haar ter beschikking staande mechanismen te gebruiken om, voor zover mogelijk, de onverwijlde naleving van de EU-milieuwetgeving door de Italiaanse autoriteiten te waarborgen;

24.  verzoekt de Commissie verzoekschriften om de effecten van het arrest in de zaak Griekse Radio- en Televisieomroeporganisatie (Ellinikí Radiofonía Tileórasi, ERT) inzake de interpretatie van artikel 51 van het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie en de gevolgen daarvan voor verzoekschriften te blijven onderzoeken en om na te gaan met welke belemmeringen EU-burgers momenteel worden geconfronteerd wanneer zij het Europees Hof van Justitie om een prejudiciële beslissing verzoeken om zo tot een betrouwbare interpretatie van een aantal centrale kwesties van de Europese wetgeving te komen die gebruikt kan worden in zaken die worden behandeld door de nationale rechtbanken;

25.  is verheugd over de tenuitvoerlegging van het Europees burgerinitiatief (EBI) op 1 april 2012 alsmede over de registratie van het eerste EBI over beleidsmaatregelen voor Europa's jongeren – Fraternité 2020 en het recente succesvolle EBI over het recht op water; is van mening dat het EBI het eerste instrument is voor transnationale participerende democratie en de burgers de mogelijkheid zal geven om actief betrokken te worden bij de vormgeving van het Europese beleid en de Europese wetgeving; bevestigt nogmaals dat het vastbesloten is deel te nemen aan de organisatie van openbare hoorzittingen voor succesvolle Europese burgerinitiatieven, waarbij alle relevante parlementaire commissies actief zullen worden betrokken; onderstreept dat de stand van zaken met betrekking tot de Europese burgerinitiatieven regelmatig in ogenschouw moet worden genomen om de procedure te verbeteren en de administratieve rompslomp en andere belemmeringen te beperken; erkent dat het resultaat van de eerste parlementaire hoorzittingen van de eerste succesvolle EBI's, die in 2014 plaatsvinden, van cruciaal belang zijn om hoge procedurele normen vast te stellen en om te voldoen aan de verwachtingen van burgers ten aanzien van de uitoefening van dit recht in de toekomst, en verplicht zich ertoe om institutionele prioriteit te geven aan het waarborgen van de doeltreffendheid van het participatieproces;

26.  waardeert het besluit van de Commissie om 2013 uit te roepen tot "Europees Jaar van het burgerschap", waardoor de EU-burgers waardevolle informatie en inzichten hebben gekregen met betrekking tot hun rechten en de democratische instrumenten waarover zij beschikken om die rechten af te dwingen; is van mening dat het "Europees Jaar van het burgerschap" moet worden aangegrepen om op brede schaal informatie over het Europees burgerinitiatief te verspreiden en zo duidelijke, begrijpelijke richtsnoeren te verstrekken ter beperking van het hoge niet-ontvankelijkheidspercentage, dat vergelijkbaar is met het percentage dat nog steeds voor verzoekschriften geldt; is ervan overtuigd dat het webportaal voor verzoekschriften een concrete, waardevolle bijdrage van het Parlement aan het Europese burgerschap is;

27.  verzoekt de Commissie als hoedster van het Verdrag om ervoor te zorgen dat de huidige ontoereikende tenuitvoerlegging van het EU-recht, zoals wordt aangetoond door het aantal bij het EP ingediende verzoekschriften, wordt gecorrigeerd, zodat EU-burgers hun rechten ten volle kunnen uitoefenen;

28.  verzoekt de Commissie wetgeving voor te stellen om de problemen rond de wederzijdse erkenning door de lidstaten van documenten betreffende de burgerlijke stand op te lossen, waarbij zij de bevoegdheden van de lidstaten moet eerbiedigen;

29.  betreurt het dat Europese burgers nog steeds vaak problemen ondervinden wanneer zij gebruik maken van hun recht van vrij verkeer, als gevolg van de verkeerde toepassing van het internemarktrecht door overheidsinstanties;

30.  betreurt het feit dat de verslagen over onderzoeksmissies en andere documenten niet naar de officiële talen van de EU zijn vertaald, in het bijzonder de landstalen van de indieners;

31.  is zich bewust van de belangrijke rol van het SOLVIT-netwerk, dat regelmatig problemen in verband met de uitvoering van de internemarktwetgeving aan het licht brengt en oplost; dringt aan op versterking van dit instrument en op actievere samenwerking tussen de Commissie verzoekschriften en het SOLVIT-netwerk; herinnert eraan dat 2013 het Europees Jaar van het burgerschap was en brengt, in het licht van de in de Verdragen verankerde beginselen en de in dit verslag gepresenteerde feiten, hulde aan de instellingen en organen van de Europese Unie en van de lidstaten die gedurende dat jaar op intensievere wijze bekendheid hebben gegeven aan hun dienstbetoon ten behoeve van de Europese burgers en ingezetenen;

Nieuwe horizonten en betrekkingen met andere instellingen

32.  wijst erop hoe belangrijk het is om meer gewicht toe te kennen aan de werkzaamheden van de Commissie binnen het Parlement door haar positie op te waarderen middels de toekenning van toezichtstaken; verzoekt de nieuw verkozen Commissie verzoekschriften interne rapporteurs te benoemen voor de jaarverslagen over de belangrijkste beleidsterreinen die Europeanen bewegen tot het indienen van een verzoekschrift, en te zorgen voor betere samenwerking met andere parlementaire commissies door hun leden systematisch uit te nodigen voor de debatten van de Commissie verzoekschriften die betrekking hebben op hun respectievelijke gebieden van wetgevingsbevoegdheid; verzoekt de overige parlementaire commissies de Commissie verzoekschriften sterker in te schakelen als medeadviserende commissie bij uitvoeringsverslagen en andere instrumenten voor de controle op de correcte omzetting en tenuitvoerlegging of eventuele herziening van de Europese wetgeving in de lidstaten; onderstreept dat het, mede gelet op het steeds grotere aantal verzoekschriften en de daarmee samenhangende werkzaamheden, van belang is om binnen het geheel van parlementaire commissies een gedeneutraliseerde status te verkrijgen; verzoekt zijn plenaire vergadering meer tijd te besteden aan het werk van de Commissie verzoekschriften;

33.  wijst erop dat de Commissie verzoekschriften nauwer moet samenwerken met de overige instellingen en organen van de EU en met de nationale instanties in de lidstaten; acht het belangrijk de gestructureerde dialoog en systematische samenwerking met de lidstaten te versterken, met name met de verzoekschriftencommissies van de nationale parlementen, bijvoorbeeld door regelmatige vergaderingen met de voorzitters van alle nationale verzoekschriftencommissies te houden; is van mening dat een dergelijk partnerschap de beste mogelijkheid biedt om ervaringen en praktijken uit te wisselen alsmede om verzoekschriften op een meer systematische en efficiënte manier door te verwijzen naar het bevoegde niveau en orgaan, en het Europees Parlement uiteindelijk dichter brengt bij hetgeen de Europese burgers bezighoudt; is ingenomen met de oprichting van de Joint Committee on Investigation, Oversight and Petitions van de Oireachtas in Ierland, en de nuttige banden die deze commissie in de loop van dit jaar met het Europees Parlement heeft aangeknoopt om burgers nog beter van dienst te kunnen zijn; merkt op dat parlementen in andere lidstaten momenteel overwegen om verzoekschriftencommissies of vergelijkbare organen in te stellen en dat sommige lidstaten andere procedures kennen om verzoekschriften in behandeling te nemen;

34.  verzoekt de Commissie bij de controle op de praktische toepassing van het gemeenschapsrecht naar behoren rekening te houden met de rol van verzoekschriften, aangezien deze vaak een eerste aanwijzing vormen voor het feit dat de lidstaten achterlopen met de uitvoering van de wettelijke maatregelen; verzoekt het Europees Parlement om in het kader van het Interinstitutioneel Akkoord met de Commissie aan te bevelen dat de beantwoordingstermijn voor verzoeken van de Commissie verzoekschriften wordt verkort en dat deze commissie ook op de hoogte wordt gehouden van de ontwikkelingen bij inbreukprocedures die rechtstreeks verband houden met verzoekschriften; is van mening dat de Europese instellingen in het algemeen meer informatie moeten verstrekken en transparanter moeten zijn ten opzichte van de EU-burgers, teneinde de toenemende perceptie van democratische tekorten tegen te gaan;

35.  benadrukt dat nauwe samenwerking met de lidstaten van essentieel belang is voor de werkzaamheden van de Commissie verzoekschriften; moedigt de lidstaten aan een proactieve rol te spelen bij de behandeling van verzoekschriften die verband houden met de toepassing en handhaving van de Europese wetgeving, en hecht zeer veel belang aan de aanwezigheid en actieve participatie van de vertegenwoordigers van de lidstaten bij de vergaderingen van de Commissie verzoekschriften; is vastbesloten om voor een nauwe samenwerking en een goede communicatie tussen EU-instellingen en burgers te blijven zorgen;

36.  onderstreept het belang van de versterkte samenwerking met de Europese Ombudsman door de goedkeuring van een nieuw interinstitutioneel akkoord; benadrukt dat het van belang is dat het Europees Parlement actief is in het netwerk van nationale ombudsmannen; juicht de uitstekende betrekkingen binnen het institutionele kader tussen de Ombudsman en de Commissie verzoekschriften toe; waardeert in het bijzonder de regelmatige bijdragen die de Ombudsman in de loop van de zittingsperiode levert aan de werkzaamheden van de Commissie verzoekschriften; herinnert eraan dat nog steeds niet alle EU-burgers een nationale ombudsman hebben, hetgeen betekent dat niet alle EU-burgers over dezelfde mogelijkheid beschikken om verhaal te halen; is van mening dat het bestaan van een nationale ombudsman in elke lidstaat binnen het Europese netwerk van ombudsmannen een aanzienlijke steun zou betekenen voor de Europese Ombudsman;

Werkmethoden

37.  verzoekt de leden van de Commissie verzoekschriften definitieve interne regels goed te keuren om te waarborgen dat de werkzaamheden van deze commissie zo efficiënt en open mogelijk verlopen, en voorstellen te doen om het Reglement van het Europees Parlement in die zin te herzien, teneinde vaste vorm te geven aan hun constante pogingen gedurende de zevende zittingsperiode om de werkmethoden te verbeteren; verzoekt de Commissie verzoekschriften duidelijke termijnen voor de verzoekschriftenprocedure vast te stellen om de behandelduur in het Europees Parlement in te korten en het hele proces nog transparanter en democratischer te maken; onderstreept dat zo een vaste levenscyclus voor een verzoekschrift zou kunnen worden bepaald, vanaf de registratie tot de definitieve afsluiting in het Europees Parlement, te vergelijken met de bestaande termijnen voor het lopende werk aan wetgevings- en niet-wetgevingsdossiers; is van mening dat deze termijnen een waarschuwingsmechanisme moeten vormen dat automatisch de aandacht van de leden op verzoekschriften richt in gevallen waarin er gedurende een aanzienlijke periode geen actie of correspondentie is geweest, om te voorkomen dat oude verzoekschriften zonder goede reden jarenlang in behandeling blijven; herinnert eraan dat de onderzoeksmissie tot de centrale onderzoeksinstrumenten van de Commissie verzoekschriften behoort, en dat daarom de desbetreffende voorschriften dringend moeten worden herzien, zodat de nieuw verkozen leden hun bezoeken efficiënt kunnen afleggen en de indieners en de commissie snel op de hoogte kunnen stellen van hun bevindingen en aanbevelingen;

38.  is verheugd over de aanwezigheid van overheidsfunctionarissen uit de betrokken lidstaten en andere belangstellenden bij de vergaderingen van de Commissie verzoekschriften; merkt op dat de Commissie verzoekschriften als enige commissie de burgers systematisch een platform biedt om hun bezorgdheid rechtstreeks aan de leden van het Europees Parlement over te brengen, en een gesprek mogelijk maakt tussen meerdere partijen, namelijk de EU-instellingen, de nationale autoriteiten en de indieners van verzoekschriften; stelt voor dat de Commissie verzoekschriften en de administratie van het Parlement nagaan of het mogelijk is de indieners of de overheden door middel van videoconferenties of soortgelijke faciliteiten aan de vergaderingen te laten deelnemen, om de vergaderingen in de toekomst gemakkelijker te kunnen organiseren en de reiskosten te verlagen;

39.  merkt op dat het aantal verzoekschriften in de loop van de zittingsperiode is toegenomen en blijft het een punt van zorg vinden dat de vertragingen en reactietermijnen in de registratiefase en bij de beoordeling van de ontvankelijkheid nog steeds te lang zijn; verzoekt om versterking van de Afdeling ingekomen stukken en verwijzing officiële documenten respectievelijk het secretariaat van de Commissie verzoekschriften met een extra administrateur met juridische achtergrond die aanbevelingen moet doen over de vraag of een verzoekschrift binnen het toepassingsgebied van het Europese recht; is van oordeel dat deze aanbevelingen samen met samenvattingen van de verzoekschriften eerst alleen in het Engels aan de leden beschikbaar moeten worden gesteld en vervolgens pas wanneer ze gepubliceerd worden naar alle officiële talen vertaald moeten worden, teneinde de eerste beslissingen over toegankelijkheid verder te bespoedigen; verwacht dat de activering van het nieuwe webportaal voor verzoekschriften zal leiding tot een vermindering van het aantal twijfelachtige aanvragen die soms als verzoekschrift worden geregistreerd;

o
o   o

40.  verzoekt zijn Voorzitter deze resolutie en het verslag van de Commissie verzoekschriften te doen toekomen aan de Raad, de Commissie, de Europese Ombudsman en de regeringen en parlementen van de lidstaten, hun verzoekschriftencommissies en hun nationale ombudsman of soortgelijke bevoegde organen.

Juridische mededeling - Privacybeleid