Resolutie van het Europees Parlement van 12 mei 2016 over de traceerbaarheid van visserij- en aquacultuurproducten in restaurants en de detailhandel (2016/2532(RSP))
Het Europees Parlement,
– gezien Verordening (EU) nr. 1379/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 11 december 2013 houdende een gemeenschappelijke marktordening voor visserijproducten en aquacultuurproducten, tot wijziging van Verordeningen (EG) nr. 1184/2006 en (EG) nr. 1224/2009 van de Raad en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 104/2000 van de Raad(1),
– gezien Verordening (EG) nr. 178/2002 van het Europees Parlement en de Raad van 28 januari 2002 tot vaststelling van de algemene beginselen en voorschriften van de levensmiddelenwetgeving, tot oprichting van een Europese Autoriteit voor voedselveiligheid en tot vaststelling van procedures voor voedselveiligheidsaangelegenheden(2),
– gezien Verordening (EU) nr. 1169/2011 van het Europees Parlement en de Raad van 25 oktober 2011 betreffende de verstrekking van voedselinformatie aan consumenten, tot wijziging van Verordeningen (EG) nr. 1924/2006 en (EG) nr. 1925/2006 van het Europees Parlement en de Raad en tot intrekking van Richtlijn 87/250/EEG van de Commissie, Richtlijn 90/496/EEG van de Raad, Richtlijn 1999/10/EG van de Commissie, Richtlijn 2000/13/EG van het Europees Parlement en de Raad, Richtlijnen 2002/67/EG en 2008/5/EG van de Commissie, en Verordening (EG) nr. 608/2004 van de Commissie(3),
– gezien Verordening (EG) nr. 882/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 29 april 2004 inzake officiële controles op de naleving van de wetgeving inzake diervoeders en levensmiddelen en de voorschriften inzake diergezondheid en dierenwelzijn(4),
– gezien Verordening (EG) nr. 1224/2009 van de Raad van 20 november 2009 tot vaststelling van een communautaire controleregeling die de naleving van de regels van het gemeenschappelijk visserijbeleid moet garanderen, tot wijziging van Verordeningen (EG) nr. 847/96, (EG) nr. 2371/2002, (EG) nr. 811/2004, (EG) nr. 768/2005, (EG) nr. 2115/2005, (EG) nr. 2166/2005, (EG) nr. 388/2006, (EG) nr. 509/2007, (EG) nr. 676/2007, (EG) nr. 1098/2007, (EG) nr. 1300/2008, (EG) nr. 1342/2008 en tot intrekking van Verordeningen (EEG) nr. 2847/93, (EG) nr. 1627/94 en (EG) nr. 1966/2006(5),
– gezien zijn resolutie van 14 januari 2014 over de voedselcrisis, fraude in de voedselketen en de controle daarop(6),
– gezien de ontwerpresolutie van de Commissie visserij,
– gezien de vraag aan de Commissie over de traceerbaarheid van visserij- en aquacultuurproducten in restaurants en de detailhandel (O-000052/2016 – B8-0365/2016),
– gezien artikel 128, lid 5, en artikel 123, lid 2, van zijn Reglement,
A. overwegende dat de EU de grootste markt voor vis, schaal- en schelpdieren ter wereld is, die zowel door de EU-visserijsector als door invoer uit derde landen wordt bevoorraad;
B. overwegende dat consumenten recht hebben op informatie in een begrijpelijke taal, met inbegrip van kust- en geografische informatie over de vangstgebieden, en hun volle vertrouwen moeten kunnen stellen in de volledige keten die visserijproducten levert voor de EU-markt; overwegende dat de EU en de lidstaten de plicht hebben de EU-burger te beschermen tegen frauduleuze handelingen; overwegende dat alle ingevoerde producten aan de regels en normen van de EU moeten voldoen;
C. overwegende dat de Commissie bezig is met de voorbereiding van een volledige en gedetailleerde inventaris van vrijwillige beweringen met betrekking tot visserij- en aquacultuurproducten die in de EU op de markt worden gebracht; overwegende dat de bevindingen van de Commissie kunnen leiden tot de oprichting van een externe structuur voor het certificeren van vrijwillige beweringen met betrekking tot visserij- en aquacultuurproducten op de EU-markt;
D. overwegende dat de Commissie in 2015 in een controleplan(7) ter beoordeling van de aanwezigheid op de markt van wat de opgegeven soort betreft verkeerd geëtiketteerde magere vissen heeft vastgesteld dat de opgegeven soort bij 94 % van de monsters werd bevestigd; overwegende dat de non-conformiteit bij bepaalde soorten evenwel zeer groot was en dat het cijfer van 6 % als vrij laag wordt beschouwd in vergelijking met andere, beperktere studies in de lidstaten;
E. overwegende dat de Commissie uit hoofde van artikel 36 van Verordening (EU) nr. 1379/2013 werd verplicht uiterlijk op 1 januari 2015 een haalbaarheidsverslag betreffende de opties voor een systeem van milieukeurmerken voor visserij- en aquacultuurproducten voor te leggen aan het Parlement en de Raad;
F. overwegende dat de gemeenschappelijke marktordening (GMO) eerlijke concurrentie en een inkomen voor producenten van in de EU verkochte of gekochte visserijproducten moet garanderen;
1. spreekt zijn ernstige verontrusting en onvrede uit over het feit dat uit verschillende studies blijkt dat visproducten die op de EU-markt worden verkocht – onder meer in de restaurants van de EU-instellingen – in een aanzienlijk aantal gevallen verkeerd geëtiketteerd zijn; wijst er nogmaals op dat het met frauduleuze bedoelingen verkeerd etiketteren van vissoorten een schending vormt van de EU-regelgeving, waaronder het gemeenschappelijk visserijbeleid, en een strafbaar feit kan vormen volgens de nationale wetgeving;
2. roept de lidstaten op de nationale controles aan te scherpen, onder meer de controles op niet-verwerkte vis bedoeld voor restaurants en de cateringsector, in een poging fraude te bestrijden en na te gaan in welk stadium van de toeleveringsketen de vis verkeerd wordt geëtiketteerd; is bezorgd over de vervanging van kwalitatief betere soorten door tegenhangers van mindere kwaliteit; verzoekt de Commissie en de lidstaten na te gaan welke maatregelen er kunnen worden getroffen om de traceerbaarheid van visserij- en aquacultuurproducten te verbeteren; is voorstander van de oprichting van een werkgroep om de tenuitvoerlegging van de traceerbaarheid in alle lidstaten te harmoniseren en van de oprichting van een externe structuur voor het certificeren van vrijwillige beweringen met betrekking tot visserij- en aquacultuurproducten op de EU-markt;
3. is voorstander van een krachtig traceerbaarheidssysteem, vanaf de aanlanding tot de consumptie, waarmee het vertrouwen van de consument kan worden teruggewonnen en vervolgens ook de commerciële afhankelijkheid van geïmporteerde visserij- en aquacultuurproducten kan worden verminderd, met een sterkere EU-markt als gevolg; verzoekt de Commissie gebruik te maken van de mogelijkheden van DNA-barcodering, met behulp waarvan soorten geïdentificeerd kunnen worden aan de hand van DNA-sequencing, met het oog op een betere traceerbaarheid;
4. is ingenomen met het nieuwe kader van de GMO en dringt er bij de Commissie op aan om overeenkomstig artikel 36 van Verordening (EU) nr. 1379/2013 een haalbaarheidsverslag in te dienen betreffende de opties voor een systeem van milieukeurmerken voor visserij- en aquacultuurproducten; wijst erop dat voor het toekennen van een milieukeurmerk minimumnormen moeten worden vastgesteld; is van mening dat de belangrijkste onderdelen van het keurmerksysteem transparantie, onafhankelijkheid en geloofwaardigheid van het certificeringsproces moeten garanderen; vraagt om een diepgaande analyse van de voordelen van een keurmerksysteem voor de gehele EU;
5. verzoekt de Commissie regelmatig na te gaan in hoeverre de vereiste informatie op etiketten verschijnt; benadrukt dat etikettering begrijpelijke, controleerbare en juiste informatie moet weergeven; spoort de lidstaten aan om in het kader van vrijwillige etikettering alle beschikbare informatie te vermelden die de consument in staat stelt met kennis van zaken een keuze te maken; dringt er bij de Commissie en de lidstaten op aan meer bewustmakingscampagnes inzake etiketteringseisen voor visserij- en aquacultuurproducten te voeren;
6. onderstreept dat een degelijk Europees etiketteringsbeleid in de visserijsector een belangrijke factor kan zijn om de economische ontwikkeling van kustgemeenschappen te stimuleren, om de optimale methoden van vissers aan te wijzen en om de nadruk te leggen op de kwaliteit van de producten die ze de consument leveren;
7. verzoekt de Commissie om, met het oog op het waarborgen van het recht van de consument op juiste, betrouwbare en begrijpelijke informatie, maatregelen te treffen om de verwarring tegen te gaan die veroorzaakt wordt door de huidige etiketteringseisen op basis van door de Voedsel- en Landbouworganisatie (FAO) bepaalde gebieden en deelgebieden, waardoor vooral de visvangst in een aantal deelgebieden van gebied 27 enorm verwarrend wordt weergegeven, met onder meer een etikettering van Galicië en de Golf van Cádiz als "Portugese wateren", Wales als "Ierse Zee", en Bretagne als "Golf van Biskaje";
8. vestigt er de aandacht op dat informatie met betrekking tot de oorsprong van visserijproducten op een transparante en duidelijke manier moet worden weergeven;
9. wijst erop dat moet worden gewaarborgd dat een toekomstig, voor de hele Unie geldend milieukeurmerk, alsook een milieukeurmerkregeling voor visserijproducten uit derde landen en certificeringsregelingen aansluiten bij de richtsnoeren van de FAO met betrekking tot het toekennen van een milieukeurmerk voor uit de zeevisserij afkomstige vis en visserijproducten;
10. is van mening dat een milieukeurmerk voor visserij- en aquacultuurproducten voor de hele EU, waarvan de criteria verder moeten worden besproken op EU-niveau, kan bijdragen aan een betere traceerbaarheid en aan de beschikbaarheid van transparante informatie voor de consument; is van oordeel dat een dergelijk keurmerk gefinancierd kan worden door het Europees Fonds voor maritieme zaken en visserij (EFMZV);
11. stelt vast dat bepaalde in de lidstaten geldende handelsbenamingen van vis verschillen van lidstaat tot lidstaat als gevolg van nationale gewoonten, hetgeen tot een zekere verwarring kan leiden; is ingenomen met de werkzaamheden van de Commissie voor het opstarten van een proefproject, zoals goedgekeurd door het Parlement, om een openbare databank op te richten met informatie over handelsbenamingen in alle officiële talen van de EU;
12. spoort de Commissie aan haar inspanningen voor de bescherming van mariene hulpbronnen en de bestrijding van illegale visserij beter bekend te maken bij het publiek;
13. verzoekt zijn Voorzitter deze resolutie te doen toekomen aan de Commissie.