Wetgevingsresolutie van het Europees Parlement van 30 november 2017 over het gemeenschappelijk ontwerp van algemene begroting van de Europese Unie voor het begrotingsjaar 2018, goedgekeurd door het bemiddelingscomité in het kader van de begrotingsprocedure (14587/2017 – C8-0416/2017 – 2017/2044(BUD))
Het Europees Parlement,
– gezien het door het bemiddelingscomité goedgekeurde gemeenschappelijke ontwerp en de daarop betrekking hebbende verklaringen van het Parlement, de Raad en de Commissie (14587/2017 – C8‑0416/2017),
– gezien het ontwerp van algemene begroting van de Europese Unie voor het begrotingsjaar 2018, goedgekeurd door de Commissie op 29 juni 2017 (COM(2017)0400),
– gezien het standpunt inzake het ontwerp van algemene begroting van de Europese Unie voor het begrotingsjaar 2018, vastgesteld door de Raad op 4 september 2017 en toegezonden aan het Europees Parlement op 13 september 2017 (11815/2017 – C8‑0313/2017),
– gezien de nota van wijzigingen nr. 1/2018 bij het ontwerp van algemene begroting van de Europese Unie voor het begrotingsjaar 2018, ingediend door de Commissie op 16 oktober 2017,
– gezien zijn resolutie van woensdag 25 oktober 2017 over het standpunt van de Raad inzake het ontwerp van algemene begroting van de Europese Unie voor het begrotingsjaar 2018(1) en de daarin opgenomen begrotingsamendementen,
– gezien artikel 314 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,
– gezien artikel 106 bis van het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie,
– gezien Besluit 2014/335/EU, Euratom van de Raad van 26 mei 2014 betreffende het stelsel van eigen middelen van de Europese Unie(2),
– gezien Verordening (EU, Euratom) nr. 966/2012 van het Europees Parlement en de Raad van 25 oktober 2012 tot vaststelling van de financiële regels van toepassing op de algemene begroting van de Unie en tot intrekking van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002(3),
– gezien Verordening (EU, Euratom) nr. 1311/2013 van de Raad van 2 december 2013 tot bepaling van het meerjarig financieel kader voor de jaren 2014-2020(4),
– gezien het Interinstitutioneel Akkoord van 2 december 2013 tussen het Europees Parlement, de Raad en de Commissie betreffende de begrotingsdiscipline, de samenwerking in begrotingszaken en een goed financieel beheer(5),
– gezien de artikelen 90 en 91 van zijn Reglement,
– gezien het verslag van zijn delegatie in het bemiddelingscomité (A8-0359/2017),
1. hecht zijn goedkeuring aan het door het bemiddelingscomité goedgekeurde gemeenschappelijke ontwerp, dat bestaat uit de volgende documenten:
—
lijst van begrotingsonderdelen die niet zijn gewijzigd ten opzichte van de ontwerpbegroting of het standpunt van de Raad;
—
overzicht van bedragen per rubriek van het meerjarig financieel kader;
—
bedragen per begrotingsonderdeel voor alle begrotingsposten;
—
een geconsolideerd document, met bedragen en de definitieve tekst voor alle onderdelen die tijdens de bemiddeling zijn gewijzigd;
2. bevestigt de aan deze resolutie gehechte gemeenschappelijke verklaringen van het Europees Parlement, de Raad en de Commissie;
3. neemt kennis van de aan deze resolutie gehechte unilaterale verklaringen van de Commissie en de Raad;
4. verzoekt zijn Voorzitter te constateren dat de algemene begroting van de Europese Unie voor het begrotingsjaar 2018 definitief is vastgesteld en zorg te dragen voor publicatie ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie;
5. verzoekt zijn Voorzitter deze wetgevingsresolutie te doen toekomen aan de Raad, de Commissie, de overige instellingen en de betrokken organen, alsmede aan de nationale parlementen.
Begroting 2018 – Elementen voor gezamenlijke conclusies
Deze gezamenlijke conclusies hebben betrekking op de volgende onderwerpen:
1. Begroting 2018
2. Begroting 2017 – Ontwerp van gewijzigde begroting 6/2017
3. Verklaringen
Kort overzicht
A. Begroting 2018
De elementen voor gezamenlijke conclusies omvatten het volgende:
— De totale hoogte van de vastleggingskredieten in de begroting 2018 bedraagt 160 113,5 miljoen EUR. Daardoor resteert onder de MFK-plafonds voor 2018 een marge van in totaal 1 600,3 miljoen EUR aan vastleggingskredieten.
— De betalingskredieten op de begroting 2018 zijn vastgesteld op in totaal 144 681,0 miljoen EUR.
— Het flexibiliteitsinstrument voor 2018 wordt voor 837,2 miljoen EUR aan vastleggingskredieten gebruikt voor rubriek 3 Veiligheid en burgerschap.
— De overkoepelende marge voor vastleggingen wordt voor een bedrag van 1 113,7 miljoen EUR gebruikt voor rubriek 1a Concurrentievermogen voor groei en banen en rubriek 1b Economische, sociale en territoriale samenhang.
— Besluit (EU) 2017/344 van het Europees Parlement en de Raad van 14 december 2016 over de gebruikmaking van de marge voor onvoorziene uitgaven in 2017(1) zal worden gewijzigd om de compensatieregeling aan te passen, met een verlaging van het bedrag dat wordt gecompenseerd in rubriek 5 Administratie in 2018 van 570 miljoen EUR naar 318 miljoen EUR en tegelijk invoering van een compensatie van 252 miljoen EUR in dezelfde rubriek in 2020.
— De betalingskredieten voor 2018 in verband met de beschikbaarstelling van middelen uit het flexibiliteitsinstrument in 2014, 2016, 2017 en 2018 worden door de Commissie geraamd op 678,3 miljoen EUR.
B. Begroting 2017
Overeenkomstig de elementen voor gezamenlijke conclusies wordt het ontwerp van gewijzigde begroting 6/2017 goedgekeurd als voorgesteld door de Commissie.
1. Begroting 2018
1.1. "Afgesloten" lijnen
Tenzij verder in deze conclusies anders is vermeld, worden alle begrotingslijnen bevestigd die noch de Raad noch het Parlement in hun respectieve lezing hebben geamendeerd en waarvoor het Parlement met de amendementen van de Raad heeft ingestemd.
Voor de overige begrotingslijnen heeft het bemiddelingscomité de conclusies vastgesteld die zijn opgenomen in onderstaande secties 1.2 tot 1.7.
1.2. Horizontale kwesties
Gedecentraliseerde agentschappen
De bijdrage van de EU (in vastleggings- en betalingskredieten en het aantal ambten) voor alle gedecentraliseerde agentschappen wordt vastgesteld op het door de Commissie in de ontwerpbegroting voorgestelde niveau, als gewijzigd bij nota van wijzigingen 1/2018, met uitzondering van:
— in rubriek 3:
o De Europese Politiedienst (Europol, artikel 18 02 04), waaraan 10 extra posten worden toegewezen en waarvan de vastleggings- en betalingskredieten worden verhoogd met 3 690 000 EUR.
o Het Europees Ondersteuningsbureau voor asielzaken (EASO, artikel 18 03 02) waarvan de vastleggings- en betalingskredieten worden verhoogd met 5 000 000 EUR.
o Het Europees orgaan voor justitiële samenwerking (Eurojust, artikel 33 03 04), waaraan 5 extra posten worden toegewezen en waarvan de vastleggings- en betalingskredieten worden verhoogd met 1 845 000 EUR.
— in rubriek 1a
o Het Europees GNSS-Agentschap (GSA, artikel 02 05 11), waaraan 5 extra posten worden toegewezen en waarvan de vastleggings- en betalingskredieten worden verhoogd met 345 000 EUR.
o De Europese Autoriteit voor effecten en markten (ESMA, artikel 12 02 06) waarvan de vastleggings- en betalingskredieten en het aantal posten worden verlaagd tot het niveau van de ontwerpbegroting.
Uitvoerende agentschappen
De EU-bijdrage (in vastleggings- en betalingskredieten en het aantal posten) voor de uitvoerende agentschappen wordt vastgesteld op het door de Commissie in de ontwerpbegroting 2018 voorgestelde niveau, als gewijzigd bij nota van wijzigingen 1/2018.
Proefprojecten / Voorbereidende acties
Er wordt een breed pakket van 87 proefprojecten/voorbereidende acties (PP/VA) goedgekeurd voor een totaalbedrag van 100,0 miljoen EUR aan vastleggingskredieten, als voorgesteld door het Parlement in aanvulling op de voorbereidende actie voorgesteld door de Commissie in de ontwerpbegroting 2018.
Wanneer een proefproject of een voorbereidende actie gedekt blijkt te zijn door een bestaande rechtsgrond, kan de Commissie voorstellen de kredieten over te schrijven naar de overeenkomstige rechtsgrond om de uitvoering van de actie te vergemakkelijken.
Dit pakket is volledig in overeenstemming met de maxima voor proefprojecten en voorbereidende acties waarin het Financieel Reglement voorziet.
1.3. Uitgavenrubrieken van het financieel kader - vastleggingskredieten
Met inachtneming van de bovenstaande conclusies betreffende de "afgesloten" begrotingslijnen, de agentschappen en de proefprojecten en voorbereidende acties, heeft het bemiddelingscomité overeenstemming bereikt over de volgende punten:
Rubriek 1a — Concurrentievermogen voor groei en werkgelegenheid
De vastleggingskredieten worden vastgesteld op het niveau dat de Commissie heeft voorgesteld in de ontwerpbegroting, als gewijzigd bij nota van wijzigingen 1/2018, maar met de wijzigingen waarover het bemiddelingscomité overeenstemming heeft bereikt, en die zijn opgenomen in de volgende tabel:
In EUR
Begrotingsonderdeel / programma
Naam
OB 2018 (incl. NvW 1)
Begroting 2018
Verschil
1.1.11
Europese satellietnavigatiesystemen (Egnos en Galileo)
-4 090 000
02 05 01
Ontwikkeling en levering van mondiale satellietnavigatie-infrastructuur en -diensten (Galileo) tegen 2020
623 949 000
621 709 000
-2 240 000
02 05 02
Levering van satellietdiensten die de prestaties van het gps-systeem verbeteren om tegen 2020 geleidelijk de hele regio van de Europese Burgerluchtvaartconferentie (European Civil Aviation Conference — ECAC) te bestrijken (Egnos)
185 000 000
183 150 000
-1 850 000
1.1.13
Europees programma voor aardobservatie (Copernicus)
-10 370 000
02 06 01
Operationele diensten leveren die op observaties vanuit de ruimte en in-situgegevens berusten (Copernicus)
130 664 000
129 364 000
-1 300 000
02 06 02
Bouwen aan een autonome aardobservatiecapaciteit van de Unie (Copernicus)
507 297 000
498 227 000
-9 070 000
1.1.14
Europees Solidariteitskorps
-30 000 000
15 05 01
Europees Solidariteitskorps
68 235 652
38 235 652
-30 000 000
1.1.31
Horizon 2020
110 000 000
02 04 02 01
Leiderschap in de ruimte
173 389 945
184 528 490
11 138 545
02 04 02 03
Stimuleren van innovatie in kleine en middelgrote ondernemingen
36 937 021
43 178 448
6 241 427
06 03 03 01
Realiseren van een hulpbronefficiënt, milieuvriendelijk, veilig en naadloos geïntegreerd Europees vervoersysteem
53 986 199
56 835 072
2 848 873
08 02 01 01
Stimuleren van grensverleggend onderzoek in de Europese Onderzoeksraad
1 827 122 604
1 842 122 604
15 000 000
08 02 02 01
Leiderschap in nanotechnologie, geavanceerde materialen, lasers, biotechnologie en geavanceerde fabricage- en verwerkingsprocessen
518 395 125
524 204 453
5 809 328
08 02 03 03
Overschakelen naar een betrouwbaar, duurzaam en concurrerend energiesysteem
330 244 971
336 486 398
6 241 427
08 02 03 04
Realiseren van een hulpbronefficiënt, milieuvriendelijk, veilig en naadloos geïntegreerd Europees vervoersysteem
230 777 055
239 323 675
8 546 620
08 02 03 05
Een hulpbronefficiënte en klimaatbestendige economie en een duurzame grondstoffenbevoorrading tot stand brengen
297 738 618
303 307 891
5 569 273
08 02 08
Kmo-instrument
471 209 870
481 209 870
10 000 000
09 04 02 01
Leiderschap op het gebied van de informatie- en communicatietechnologie
722 055 754
725 189 515
3 133 761
15 03 01 01
Marie Skłodowska-Curie-acties — Nieuwe vaardigheden, kennis en innovatie genereren, ontwikkelen en overdragen
870 013 019
885 710 765
15 697 746
32 04 03 01
Overschakelen naar een betrouwbaar, duurzaam en concurrerend energiesysteem
300 984 111
320 757 111
19 773 000
1.1.4
Concurrentievermogen van ondernemingen en kleine en middelgrote ondernemingen (Cosme)
15 000 000
02 02 02
Kleine en middelgrote ondernemingen meer toegang geven tot financiering in de vorm van eigen vermogen en schuld
199 554 000
214 554 000
15 000 000
1.1.5
Onderwijs, opleiding en sport (Erasmus+)
54 000 000
15 02 01 01
Bevordering van uitmuntendheid en samenwerking in de Europese onderwijs- en opleidingssector en het belang daarvan voor de arbeidsmarkt
1 955 123 300
1 979 123 300
24 000 000
15 02 01 02
Bevordering van uitmuntendheid en samenwerking op het gebied van de Europese jeugd en de participatie van jongeren aan het Europees democratisch leven
182 672 916
212 672 916
30 000 000
1.1.7
Douane, Fiscalis and fraudebestrijding
-1 365 232
14 02 01
Ondersteuning van de werking en de modernisering van de douane-unie
80 071 000
78 860 555
-1 210 445
14 03 01
Verbetering van de werking van de belastingstelsels
32 043 000
31 888 213
-154 787
1.1.81
Financieringsfaciliteit voor Europese verbindingen (CEF) - energie
-19 773 000
32 02 01 04
Bijdrage van de Unie aan de financieringsinstrumenten voor het scheppen van een klimaat dat gunstiger is voor particuliere investeringen in energieprojecten.
19 773 000
0
-19 773 000
1.1. GA
Gedecentraliseerde agentschappen
-3 965 555
02 05 11
Europees GNSS-Agentschap
30 993 525
31 338 525
345 000
12 02 06
Europese Autoriteit voor effecten en markten (ESMA)
15 947 170
11 636 615
-4 310 555
1.1. AAEP
Andere acties en programma’s
-2 346 000
02 03 02 01
Steun aan normalisatiewerkzaamheden van CEN, Cenelec en ETSI
18 908 000
18 562 000
-346 000
26 02 01
Procedures voor de plaatsing en de bekendmaking van overheidsopdrachten voor leveringen, voor de uitvoering van werken en voor dienstverlening
8 500 000
7 500 000
-1 000 000
29 02 01
Hoogwaardige statistische informatie verstrekken, nieuwe methoden voor de productie van Europese statistieken toepassen en het partnerschap binnen het Europees statistisch systeem versterken
59 475 000
58 475 000
-1 000 000
1.1. PPVA
Proefprojecten en voorbereidende acties
51 650 000
1.1. SPEC
Op grond van de prerogatieven van de Commissie en specifieke aan de Commissie verleende bevoegdheden gefinancierde acties
-2 900 000
01 02 01
Coördinatie van en toezicht op en communicatie over de Economische en Monetaire Unie inclusief de euro
12 000 000
11 500 000
-500 000
04 03 01 08
Arbeidsverhoudingen en sociale dialoog
16 438 000
15 038 000
-1 400 000
06 02 05
Ondersteunende activiteiten in het kader van het Europees beleid inzake vervoer en passagiersrechten, met inbegrip van communicatieactiviteiten
11 821 000
10 821 000
-1 000 000
Totaal
155 840 213
Als gevolg hiervan wordt de overeengekomen hoogte van de vastleggingskredieten bepaald op 22 001,5 miljoen EUR, zodat geen marge overblijft onder het uitgavenplafond van rubriek 1a van 21 239 miljoen EUR, en het gebruik van de overkoepelende marge voor vastleggingen voor een bedrag van 762,5 miljoen EUR.
Rubriek 1b — Economische, sociale en territoriale samenhang
De vastleggingskredieten worden vastgesteld op het niveau dat de Commissie heeft voorgesteld in de ontwerpbegroting, als gewijzigd bij nota van wijzigingen 1/2018, maar met de wijziging waarover het bemiddelingscomité overeenstemming heeft bereikt, en die zijn opgenomen in de volgende tabel:
Als gevolg hiervan wordt de overeengekomen hoogte van de vastleggingskredieten bepaald op 55 532,2 miljoen EUR, zodat geen marge overblijft onder het uitgavenplafond van rubriek 1b van 55 181 miljoen EUR, en het gebruik van de overkoepelende marge voor vastleggingen voor een bedrag van 351,2 miljoen EUR.
De vastleggingskredieten worden vastgesteld op het niveau dat de Commissie heeft voorgesteld in de ontwerpbegroting, als gewijzigd bij nota van wijzigingen 1/2018, maar met de wijzigingen waarover het bemiddelingscomité overeenstemming heeft bereikt, en die zijn opgenomen in de volgende tabel:
In EUR
Begrotingsonderdeel / programma
Naam
OB 2018 (incl. NvW 1)
Begroting 2018
Verschil
2.0.10
Europees Landbouwgarantiefonds (ELGF) - marktgerelateerde uitgaven en rechtstreekse betalingen
-229 900 000
05 03 01 10
Basisbetalingsregeling (BBR)
16 556 000 000
16 326 100 000
-229 900 000
2.0. PPVA
Proefprojecten en voorbereidende acties
15 600 000
Totaal
-214 300 000
De verlaging van de vastleggingskredieten is volledig toe te schrijven aan de hogere bestemmingsontvangsten die beschikbaar zijn als gevolg van het ELGF-overschot van 31 oktober 2017, die de volledige behoeften van de sector zullen dekken, overeenkomstig de bijwerking in nota van wijzigingen 1/2018. Met betrekking tot deze bijgewerkte behoeften worden in nota van wijzigingen 1/2018 de betalingen opgetrokken voor:
— Jonge landbouwers, met 34 miljoen EUR (begrotingspost 05 03 01 13),
— Landbouwpraktijken die gunstig zijn voor klimaat en milieu, met 95 miljoen EUR (begrotingspost 05 03 01 11),
— Andere maatregelen in de sectoren varkensvlees, pluimvee, eieren, producten van de bijenteelt en andere dierlijke producten, met 60 miljoen EUR (begrotingspost 05 02 15 99),
— Nationale steunprogramma's voor de wijnsector, met 7 miljoen EUR (begrotingspost 05 02 09 08), en
— Opslagmaatregelen voor mageremelkpoeder, met 2 miljoen EUR (begrotingspost 05 02 12 02).
Als gevolg hiervan wordt de overeengekomen hoogte van de vastleggingskredieten bepaald op 59 285,3 miljoen EUR, waardoor er een marge van 981,7 miljoen EUR overblijft onder het uitgavenplafond van rubriek 2.
Rubriek 3 – Veiligheid en burgerschap
De vastleggingskredieten worden vastgesteld op het niveau dat de Commissie heeft voorgesteld in de ontwerpbegroting, als gewijzigd bij nota van wijzigingen 1/2018, maar met de wijzigingen waarover het bemiddelingscomité overeenstemming heeft bereikt, en die zijn opgenomen in de volgende tabel:
In EUR
Begrotingsonderdeel / programma
Naam
OB 2018 (incl. NvW 1)
Begroting 2018
Verschil
3.0.11
Creatief Europa
3 500 000
15 04 01
Versterking van de financiële capaciteit van het mkb en kleine en zeer kleine organisaties in de Europese culturele en creatieve sectoren, en bevordering van beleidsontwikkeling en nieuwe zakelijke modellen
34 528 000
35 528 000
1 000 000
15 04 02
Subprogramma Cultuur — Grensoverschrijdende acties ondersteunen en transnationale verspreiding en mobiliteit bevorderen
68 606 000
71 106 000
2 500 000
3.0.8
Levensmiddelen en diervoeders
-6 500 000
17 04 01
Een hogere diergezondheidsstatus en een hoog niveau van bescherming van dieren in de Unie garanderen
161 500 000
160 000 000
-1 500 000
17 04 02
De tijdige detectie en uitroeiing van voor planten schadelijke organismen garanderen
25 000 000
22 000 000
-3 000 000
17 04 03
Doeltreffende, doelmatige en betrouwbare controles garanderen
57 483 000
55 483 000
-2 000 000
3.0. DAG
Gedecentraliseerde agentschappen
10 535 000
18 02 04
Agentschap van de Europese Unie voor samenwerking op het gebied van rechtshandhaving (Europol)
116 687 271
120 377 271
3 690 000
18 03 02
Europees Ondersteuningsbureau voor asielzaken (EASO)
85 837 067
90 837 067
5 000 000
33 03 04
Europese Eenheid voor justitiële samenwerking (Eurojust)
36 506 468
38 351 468
1 845 000
3.0. PPPA
Proefprojecten en voorbereidende acties
12 650 000
Totaal
20 185 000
Als gevolg hiervan wordt de overeengekomen hoogte van de vastleggingskredieten bepaald op 3 493,2 miljoen EUR, zodat geen marge overblijft onder het uitgavenplafond van rubriek 3, en het gebruik van 837,2 miljoen EUR door middel van het Flexilibiteitsinstrument.
Rubriek 4 – Europa als wereldspeler
De vastleggingskredieten worden vastgesteld op het niveau dat de Commissie heeft voorgesteld in de ontwerpbegroting, als gewijzigd bij nota van wijzigingen 1/2018, maar met de wijzigingen waarover het bemiddelingscomité overeenstemming heeft bereikt, en die zijn opgenomen in de volgende tabel:
In EUR
Begrotingsonderdeel / programma
Naam
OB 2018 (incl. NvW 1)
Begroting 2018
Verschil
4.0.1
Instrument voor pretoetredingssteun (IPA II)
-95 000 000
Steun aan Turkije — Steun voor economische, sociale en territoriale ontwikkeling en geleidelijke aanpassing aan het acquis van de Unie
148 000 000
131 000 000
-17 000 000
22 02 01 01
Steun voor Albanië, Bosnië en Herzegovina, Kosovo(2), Montenegro, Servië en de voormalige Joegoslavische republiek Macedonië — Politieke hervormingen en een daarmee verband houdende geleidelijke afstemming op het acquis van de Unie
189 267 000
199 267 000
10 000 000
22 02 03 01
Steun voor Turkije — Steun voor politieke hervormingen en een daarmee verband houdende geleidelijke afstemming op het acquis van de Unie
217 400 000
167 400 000
-50 000 000
22 02 03 02
Steun voor Turkije — Steun voor economische, sociale en territoriale ontwikkeling en een daarmee verband houdende geleidelijke afstemming op het acquis van de Unie
274 384 000
236 384 000
-38 000 000
4.0.2
Europees nabuurschapsinstrument (ENI)
50 000 000
22 04 01 03
Mediterrane landen — Vertrouwensopbouw, veiligheid en het voorkomen en oplossen van conflicten
262 072 675
296 072 675
34 000 000
22 04 01 04
Ondersteuning van het vredesproces en financiële bijstand aan Palestina en aan de Organisatie van de Verenigde Naties voor hulpverlening aan Palestijnse vluchtelingen (UNRWA)
293 379 163
299 379 163
6 000 000
22 04 02 02
Oostelijk Partnerschap — Armoedebestrijding en duurzame ontwikkeling
351 556 726
361 556 726
10 000 000
4.0.3
Instrument voor ontwikkelingssamenwerking (DCI)
20 000 000
21 02 07 03
Menselijke ontwikkeling
193 374 058
205 874 058
12 500 000
21 02 20
Erasmus+ — Bijdrage uit de instrumenten voor ontwikkelingssamenwerking (DCI)
94 928 673
102 428 673
7 500 000
4.0.4
Partnerschapsinstrument voor samenwerking met derde landen (PI)
-3 000 000
19 05 01
Samenwerking met derde landen ter bevordering van uniale en wederzijdse belangen
126 263 000
123 263 000
-3 000 000
4.0. AAEP
Andere acties en programma’s
-1 083 000
13 07 01
Financiële steun ten behoeve van de bevordering van de economische ontwikkeling van de Turks-Cypriotische gemeenschap
32 473 000
34 473 000
2 000 000
21 02 40
Grondstoffenovereenkomsten
5 583 000
2 500 000
-3 083 000
4.0. PPVA
Proefprojecten en voorbereidende acties
8 900 000
4.0. SPEC
Op grond van de prerogatieven van de Commissie en specifieke aan de Commissie verleende bevoegdheden gefinancierde acties
1 000 000
19 06 01
Communicatie over de Unie inzake externe betrekkingen
12 000 000
15 000 000
3 000 000
21 08 01
Evaluatie van de resultaten van de steun van de Unie, vervolgmaatregelen en audit
30 676 000
29 176 000
-1 500 000
21 08 02
Coördinatie en bewustmaking op het gebied van ontwikkelingskwesties
13 036 000
12 536 000
-500 000
Totaal
-19 183 000
Als gevolg hiervan wordt de overeengekomen hoogte van de vastleggingskredieten bepaald op 9 568,8 miljoen EUR, waardoor er een marge van 256,2 miljoen EUR overblijft onder het uitgavenplafond van rubriek 4.
Rubriek 5 – Administratie
Het aantal posten in de organigrammen van de instellingen en de kredieten die de Commissie heeft voorgesteld in de ontwerpbegroting, als gewijzigd bij nota van wijzigingen 1/2018, worden goedgekeurd door het bemiddelingscomité, maar met de volgende uitzonderingen:
— De afdeling van het Parlement, waarvan de lezing wordt goedgekeurd;
— De afdeling van de Raad, waarvan de lezing wordt goedgekeurd;
— De Europese Dienst voor extern optreden, waarvoor 800 000 EUR wordt toegewezen aan de nieuw gecreëerde begrotingspost 2 2 1 4 Strategische communicatiecapaciteit. Bedoeling is de Europese Dienst voor extern optreden behoorlijk uit te rusten met betrekking tot strategische communicatie-instrumenten, contracten op het gebied van strategische communicatiedeskundigheid, ondersteuning van de taalpluraliteit van strategische communicatieproducten en het opzetten en onderhouden van een netwerk van deskundigen in de lidstaten en de buurlanden om desinformatie tegen te gaan. Begrotingspost 3 0 0 4 Andere administratieve uitgaven verlaagd met 800 000 EUR teneinde begrotingsneutraliteit te waarborgen.
Bovendien zijn de gevolgen voor de begroting 2018 van de automatische salarisaanpassing die zal worden toegepast vanaf 1 juli 2017, geïntegreerd in alle afdelingen van de instellingen, op de volgende manier:
In EUR
Parlement
-2 796 000
Raad
-948 000
Commissie (inclusief pensioenen)
-13 179 600
Hof van Justitie
-868 800
Rekenkamer
-357 000
Europees Economisch en Sociaal Comité
1 -193 000
Comité van de Regio's
-146 000
Europese Ombudsman
-24 600
Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming
-13 459
Europese Dienst voor extern optreden
-878 400
Totaal
-19 404 859
Ten slotte zijn extra verlagingen geïdentificeerd van 5 miljoen EUR voor alle instellingen voor uitgaven in verband met gebouwen, op de volgende manier:
In EUR
Raad
1 -378 623
Commissie (inclusief pensioenen)
-3 637 499
Hof van Justitie
-270 611
Rekenkamer
-96 409
Europees Economisch en Sociaal Comité
-89 461
Comité van de Regio's
-63 393
Europese Ombudsman
1 -7 016
Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming
-9 526
Europese Dienst voor extern optreden
-447 462
Totaal
-5 000 000
Bijgevolg wordt, rekening houdend met de proefprojecten en voorbereidende acties (3,5 miljoen EUR) die worden voorgesteld in bovenstaand punt 1.2, de overeengekomen hoogte van de vastleggingskredieten bepaald op 9 665,5 miljoen EUR, waardoor er een marge overblijft van 362,5 miljoen EUR onder het uitgavenplafond van rubriek 5, na het gebruik van 318,0 miljoen EUR van de marge ter compensatie van het gebruik van de marge voor onvoorziene uitgaven in 2017.
Speciale instrumenten EFG, EAR en EUSF
De vastleggingskredieten voor het Europees Fonds voor aanpassing aan de globalisering (EFG) en voor de reserve voor noodhulp (EAR) worden vastgesteld op het door de Commissie in de ontwerpbegroting 2018 voorgestelde niveau, als gewijzigd bij nota van wijzigingen 1/2018. De reserve voor het Solidariteitsfonds van de Europese Unie (EUSF) wordt geschrapt (artikel 40 02 44).
1.4. Betalingskredieten
De totale hoogte van de betalingskredieten op de begroting 2018 wordt vastgesteld op het niveau van de ontwerpbegroting, als gewijzigd bij nota van wijzigingen 1/2018, met de volgende aanpassingen als overeengekomen door het bemiddelingscomité:
1. In de eerste plaats wordt rekening gehouden met het overeengekomen niveau van vastleggingskredieten voor niet-gesplitste uitgaven, waarvoor het niveau van betalingskredieten gelijk is aan de hoogte van de vastleggingskredieten. Dit omvat de bijkomende verlaging van de landbouwuitgaven met 229,9 miljoen EUR. Het gecombineerde gevolg is een daling van 255,3 miljoen EUR;
2. De betalingskredieten voor alle nieuwe proefprojecten en voorbereidende acties voorgesteld door het Parlement worden vastgesteld op 50 % van de overeenkomstige vastleggingskredieten of op het door het Parlement voorgestelde niveau indien dit lager is. Bij de verlenging van bestaande proefprojecten en voorbereidende acties is het niveau van betalingskredieten het niveau dat in het begrotingsontwerp is vastgelegd plus 50 % van de overeenkomstige nieuwe vastleggingskredieten, of het door het Parlement voorgestelde niveau indien dit lager is. Het gecombineerde gevolg is een verhoging van 50,0 miljoen EUR;
3. De aanpassingen van de volgende begrotingsonderdelen zijn overeengekomen naar aanleiding van de ontwikkeling van vastleggingskredieten voor gesplitste uitgaven:
In EUR
Begrotingsonderdeel / programma
Naam
OB 2018 (incl. NvW 1)
Begroting 2018
Verschil
1.1.14
Europees Solidariteitskorps
-22 501 000
15 05 01
Europees Solidariteitskorps
51 177 000
28 676 000
-22 501 000
1.1.5
Onderwijs, opleiding en sport (Erasmus+)
12 000 000
15 02 01 01
Bevordering van uitmuntendheid en samenwerking in de Europese onderwijs- en opleidingssector en het belang daarvan voor de arbeidsmarkt
1 845 127 000
1 857 127 000
12 000 000
1.1. GA
Gedecentraliseerde agentschappen
-3 965 555
02 05 11
Europees GNSS-Agentschap
30 993 525
31 338 525
345 000
12 02 06
Europese Autoriteit voor effecten en markten (ESMA)
15 947 170
11 636 615
-4 310 555
1.1. AAEP
Andere acties en programma’s
1 -900 000
26 02 01
Procedures voor de plaatsing en de bekendmaking van overheidsopdrachten voor leveringen, voor de uitvoering van werken en voor dienstverlening
8 200 000
7 300 000
-900 000
3.0. GA
Gedecentraliseerde agentschappen
10 535 000
18 02 04
Agentschap van de Europese Unie voor samenwerking op het gebied van rechtshandhaving (Europol)
116 687 271
120 377 271
3 690 000
18 03 02
Europees Ondersteuningsbureau voor asielzaken (EASO)
85 837 067
90 837 067
5 000 000
33 03 04
Europese Eenheid voor justitiële samenwerking (Eurojust)
36 506 468
38 351 468
1 845 000
4.0.1
Instrument voor pretoetredingssteun (IPA II)
-76 300 000
05 05 04 02
Steun voor economische, sociale en territoriale ontwikkeling en geleidelijke aanpassing aan het acquis van de Unie
120 000 000
107 200 000
-12 800 000
22 02 01 01
Steun voor Albanië, Bosnië en Herzegovina, Kosovo(3), Montenegro, Servië en de voormalige Joegoslavische republiek Macedonië — Politieke hervormingen en een daarmee verband houdende geleidelijke afstemming op het acquis van de Unie
219 000 000
221 500 000
2 500 000
22 02 03 01
Steun voor Turkije — Steun voor politieke hervormingen en een daarmee verband houdende geleidelijke afstemming op het acquis van de Unie
86 000 000
48 500 000
-37 500 000
22 02 03 02
Steun voor Turkije — Steun voor economische, sociale en territoriale ontwikkeling en een daarmee verband houdende geleidelijke afstemming op het acquis van de Unie
291 000 000
262 500 000
-28 500 000
4.0.2
Europees nabuurschapsinstrument (ENI)
12 500 000
22 04 01 03
Mediterrane landen — Vertrouwensopbouw, veiligheid en het voorkomen en oplossen van conflicten
125 000 000
133 500 000
8 500 000
22 04 01 04
Ondersteuning van het vredesproces en financiële bijstand aan Palestina en aan de Organisatie van de Verenigde Naties voor hulpverlening aan Palestijnse vluchtelingen (UNRWA)
260 000 000
261 500 000
1 500 000
22 04 02 02
Oostelijk Partnerschap — Armoedebestrijding en duurzame ontwikkeling
320 000 000
322 500 000
2 500 000
4.0.3
Instrument voor ontwikkelingssamenwerking (DCI)
16 900 000
21 02 07 03
Menselijke ontwikkeling
170 000 000
179 400 000
9 400 000
21 02 20
Erasmus+ — Bijdrage uit de instrumenten voor ontwikkelingssamenwerking (DCI)
95 995 100
103 495 100
7 500 000
4.0. AAEP
Andere acties en programma’s
1 000 000
13 07 01
Financiële steun ten behoeve van de bevordering van de economische ontwikkeling van de Turks-Cypriotische gemeenschap
25 000 000
26 000 000
1 000 000
4.0. SPEC
Op grond van de prerogatieven van de Commissie en specifieke aan de Commissie verleende bevoegdheden gefinancierde acties
1 500 000
19 06 01
Communicatie over de Unie inzake externe betrekkingen
13 700 000
15 200 000
1 500 000
Totaal
-49 231 555
4. De betalingskredieten worden extra verlaagd op de volgende begrotingsonderdelen:
In EUR
Begrotingsonderdeel / programma
Naam
OB 2018 (incl. NvW 1)
Begroting 2018
Verschil (%)
1.2.12
Overgangsregio's
-55 000 000
04 02 61
Europees Sociaal Fonds — Overgangsregio's — Doelstelling investeren in groei en werkgelegenheid
1 345 000 000
1 305 000 000
-40 000 000
13 03 61
Europees Fonds voor regionale ontwikkeling (EFRO) — Overgangsregio's — Doelstelling investeren in groei en werkgelegenheid
2 750 463 362
2 735 463 362
-15 000 000
1.2.13
Concurrentiekracht (meer ontwikkelde regio's)
-90 000 000
04 02 62
Europees Sociaal Fonds — Meer ontwikkelde regio's — Doelstelling investeren in groei en werkgelegenheid
2 882 000 000
2 847 000 000
-35 000 000
13 03 62
Europees Fonds voor regionale ontwikkeling (EFRO) — Meer ontwikkelde regio's — Doelstelling investeren in groei en werkgelegenheid
3 497 060 077
3 442 060 077
-55 000 000
1.2.2
Europese territoriale samenwerking
-90 500 000
13 03 64 01
Europees Fonds voor regionale ontwikkeling (EFRO) — Europese territoriale samenwerking
1 004 701 248
914 201 248
-90 500 000
1.2.31
Technische bijstand
-4 500 000
13 03 65 01
Europees Fonds voor regionale ontwikkeling (EFRO) — Operationele technische bijstand
72 000 000
69 000 000
-3 000 000
13 03 66
Europees Fonds voor regionale ontwikkeling (EFRO) — Innovatieve acties op het gebied van duurzame stedelijke ontwikkeling
43 321 859
41 821 859
-1 500 000
Totaal
-240 000 000
1. De reserve voor het Solidariteitsfonds van de Europese Unie (artikel 40 02 44) wordt geschrapt (-88,0 miljoen EUR).
Deze maatregelen leveren een niveau van betalingskredieten op van 144 681,0 miljoen EUR, dat wil zeggen een daling van 582,5 miljoen EUR ten opzichte van de ontwerpbegroting, als gewijzigd bij nota van wijzigingen 1/2018.
1.5. Reserve
Er zijn geen reserves naast die van de ontwerpbegroting, als gewijzigd bij nota van wijzigingen 1/2018, met uitzondering van begrotingsonderdeel 22 02 03 01 Steun voor Turkije — politieke hervormingen en een daarmee verband houdende geleidelijke afstemming op het acquis van de Unie, waarvoor 70 000 000 EUR aan vastleggingskredieten en 35 000 000 EUR aan betalingskredieten in de reserve worden geplaatst in afwachting van de vervulling van de volgende voorwaarde:
"Het bedrag zal worden vrijgegeven wanneer Turkije volgens het jaarverslag van de Commissie meetbare toereikende vorderingen boekt op het gebied van de rechtsstaat, de democratie, de mensenrechten en de persvrijheid."
De toelichting van post 22 02 03 01 wordt dienovereenkomstig gewijzigd.
1.6. Begrotingstoelichting
Tenzij specifiek anders bepaald in de voorgaande paragrafen, zijn door het Europees Parlement of de Raad aangebrachte wijzigingen in de tekst van begrotingstoelichtingen goedgekeurd, met uitzondering van de begrotingslijnen in de twee onderstaande tabellen:
— Begrotingsonderdelen waarvoor de door het Europees Parlement aangebrachte wijzigingen zijn goedgekeurd met de wijzigingen die de Commissie heeft voorgesteld in haar brief inzake de uitvoerbaarheid.
Begrotingsonderdeel
Naam
06 02 01 01
Het wegwerken van knelpunten, de interoperabiliteit van de spoorwegen verbeteren, het aanleggen van ontbrekende schakels en het verbeteren van grensoverschrijdende tracés.
09 05 01
Subprogramma Media — Transnationaal en internationaal opereren en transnationale verspreiding en mobiliteit bevorderen
18 04 01 01
Europa voor de burger — Het gedenken en de capaciteit voor burgerparticipatie op het niveau van de Unie versterken
21 02 07 03
Menselijke ontwikkeling
22 02 03 02
Steun voor economische, sociale en territoriale ontwikkeling en geleidelijke aanpassing aan het acquis van de Unie
— Begrotingsonderdelen waarvoor de begrotingstoelichting die wordt voorgesteld in de ontwerpbegroting, als gewijzigd bij nota van wijzigingen 1/2018 en de actualisering van het ELGF, wordt goedgekeurd.
Begrotingsonderdeel
Naam
02 02 01
Ondernemerschap bevorderen en het concurrentievermogen en de toegang tot markten van ondernemingen in de Unie verbeteren
02 03 04
Instrumenten voor het bestuur van de interne markt
05 02 08 03
Actiefondsen van de producentenorganisaties
05 03 01 01
Bedrijfstoeslagregeling (BTR)
05 03 01 10
Basisbetalingsregeling (BBR)
05 04 60 01
Bevordering van de duurzame ontwikkeling van het platteland en van een territoriaal en ecologisch evenwichtigere, klimaatvriendelijkere en innovatievere landbouwsector van de Unie
08 02 02 02
Verbeteren van de toegang tot risicokapitaal voor investeringen in onderzoek en innovatie
09 05 05
Multimedia-acties
13 03 61
Europees Fonds voor regionale ontwikkeling (EFRO) — Overgangsregio's — Doelstelling investeren in groei en werkgelegenheid
13 03 62
Europees Fonds voor regionale ontwikkeling (EFRO) — Meer ontwikkelde regio's — Doelstelling investeren in groei en werkgelegenheid
13 06 01
Bijstand aan lidstaten in het geval van een grote natuurramp die ernstige gevolgen heeft voor de levensomstandigheden van de burgers, het natuurlijke milieu of de economie
18 02 01 02
Voorkoming en bestrijding van grensoverschrijdende georganiseerde misdaad en betere beheersing van veiligheidsgerelateerde risico’s en crises
18 03 01 01
Versterking en ontwikkeling van het gemeenschappelijk Europees asielstelsel en bevordering van solidariteit en eerlijke verdeling van de verantwoordelijkheden tussen de lidstaten
21 04 01
Versterking van de eerbiediging en naleving van de mensenrechten en de fundamentele vrijheden en ondersteuning van democratische hervormingen
23 02 01
Vertrekking van snelle, doeltreffende en op behoeften gebaseerde humanitaire hulp en voedselhulp
33 02 07
Europees Instituut voor gendergelijkheid (EIGE)
Hierbij moet worden aangetekend dat de amendementen die door het Europees Parlement of de Raad zijn ingediend niet kunnen leiden tot wijziging of uitbreiding van het bereik van een bestaande rechtsgrond of inbreuk kunnen maken op de administratieve autonomie van instellingen, en dat de desbetreffende actie gefinancierd moet kunnen worden met de beschikbare middelen.
1.7. Nieuwe begrotingslijnen
De begrotingsnomenclatuur die de Commissie heeft voorgesteld in de ontwerpbegroting, als gewijzigd bij nota van wijzigingen 1/2018, wordt goedgekeurd, met de opname van:
— de nieuwe proefprojecten en voorbereidende, die worden voorgesteld in bovenstaand punt 1.2; en
— de nieuwe begrotingspost 2 2 1 4 binnen de afdeling van de Europese Dienst voor extern optreden, dat wordt voorgesteld in bovenstaand punt 1.3.
2. Begroting 2017
Ontwerp van gewijzigde begroting (OGB) 6/2017 wordt goedgekeurd als voorgesteld door de Commissie.
3. Verklaringen
3.1. Gezamenlijke verklaring van het Parlement, de Raad en de Commissie over betalingskredieten
Het Europees Parlement en de Raad herinneren eraan dat in het licht van de uitvoering moet worden gezorgd voor een ordelijke ontwikkeling van de betalingen ten opzichte van de vastleggingskredieten om een abnormaal niveau van onbetaalde rekeningen aan het eind van het jaar te voorkomen.
Het Europees Parlement en de Raad verzoeken de Commissie nauwlettend te blijven toezien op de uitvoering van de programma's voor 2014-2020. Daartoe verzoeken zij de Commissie om tijdig geactualiseerde cijfers over de stand van uitvoering en de ramingen met betrekking tot de in 2018 benodigde betalingskredieten voor te leggen.
De Raad en het Europees Parlement zullen te zijner tijd de nodige besluiten voor naar behoren gerechtvaardigde behoeften nemen, om te voorkomen dat een buitensporig bedrag aan onbetaalde rekeningen wordt geaccumuleerd en te waarborgen dat aan betalingsverzoeken naar behoren wordt voldaan.
3.2. Gezamenlijke verklaring van het Parlement, de Raad(4) en de Commissie over het jongerenwerkgelegenheidsinitiatief
Het Parlement, de Raad en de Commissie brengen in herinnering dat het terugdringen van de werkloosheid, en met name de jeugdwerkloosheid, voor elk van de drie instellingen hoog op de politieke agenda blijft staan, en geven daarom nogmaals uiting aan hun vastbeslotenheid om de daartoe beschikbare middelen, en in het bijzonder het jongerenwerkgelegenheids-initiatief, optimaal te benutten.
Daarom zijn zij ingenomen met de verhoging van het voor 2018 aan dit initiatief toegewezen bedrag. Het is echter niet alleen van essentieel belang te zorgen voor een adequate financiering in de EU-begroting, maar ook voor de juiste procedures voor een doeltreffende uitvoering ervan.
In dit verband is een doeltreffende samenwerking tussen het Parlement, de Raad en de Commissie nodig opdat de getroffen maatregelen het grootst mogelijk effect zouden sorteren.
De Raad en het Europees Parlement verbinden zich er derhalve toe de wijziging in de verordening gemeenschappelijke bepalingen die nodig is voor de goedkeuring van de begroting 2018, prioritair te behandelen.
De Commissie zal de snelle goedkeuring van de wijzigingen in de programma's voor de uitvoering van het jongerenwerkgelegenheidsinitiatief bevorderen.
3.3. Unilaterale verklaring van de Commissie over het jongerenwerkgelegenheidsinitiatief
Het terugdringen van de jeugdwerkloosheid blijft hoog op de politieke agenda staan. De Commissie verbindt zich ertoe de tendens in de uitvoering van het jongeren-werkgelegenheids¬initiatief nauwlettend te volgen. Indien deze tendens versnelt en het absorptievermogen een verhoging toelaat, zal de Commissie voorstellen de middelen voor het jongerenwerkgelegenheidsinitiatief te verhogen via een gewijzigde begroting die uit de overkoepelende marge voor vastleggingen wordt gefinancierd overeenkomstig artikel 14 van de MFK-verordening.
In dat geval verwacht de Commissie dat de Raad en het Europees Parlement een dergelijk ontwerp van gewijzigde begroting snel behandelen.
3.4. Unilaterale verklaring van de Raad over de vermindering van het personeelsbestand met 5 %
De Raad herinnert eraan dat het beoogde jaar voor de volledige uitvoering van de vermindering van het personeelsbestand met 5 % 2017 was. Aangezien echter niet alle instellingen, organen en instanties de beoogde reductie hebben uitgevoerd, dringt de Raad aan op verdere inspanningen in 2018 om de afspraak na te komen.
Het is van essentieel belang dat de vermindering van het personeelsbestand met 5% door alle instellingen, organen en instanties wordt uitgevoerd, en dat zij wordt gemonitord tot zij volledig heeft plaatsgevonden. Met het oog daarop verzoekt de Raad de Commissie het resultaat van deze exercitie te blijven beoordelen teneinde er lering uit te trekken voor de toekomst.
Deze benaming laat de standpunten over de status onverlet en is in overeenstemming met Resolutie 1244(1999) van de VN-Veiligheidsraad en het advies van het Internationaal Gerechtshof over de onafhankelijkheidsverklaring van Kosovo.
Deze benaming laat de standpunten over de status onverlet en is in overeenstemming met Resolutie 1244(1999) van de VN-Veiligheidsraad en het advies van het Internationaal Gerechtshof over de onafhankelijkheidsverklaring van Kosovo.