Index 
 Vorige 
 Volgende 
 Volledige tekst 
Procedure : 2017/0149(NLE)
Stadium plenaire behandeling
Documentencyclus : A8-0360/2017

Ingediende teksten :

A8-0360/2017

Debatten :

Stemmingen :

PV 30/11/2017 - 8.15

Aangenomen teksten :

P8_TA(2017)0466

Aangenomen teksten
PDF 250kWORD 47k
Donderdag 30 november 2017 - Brussel
Toetreding van San Marino tot het Verdrag van 's-Gravenhage van 1980 betreffende de burgerrechtelijke aspecten van internationale ontvoering van kinderen *
P8_TA(2017)0466A8-0360/2017

Wetgevingsresolutie van het Europees Parlement van 30 november 2017 over het voorstel voor een besluit van de Raad waarbij Kroatië, Nederland, Portugal en Roemenië worden gemachtigd om, in het belang van de Europese Unie, de toetreding van San Marino tot het Verdrag van 's-Gravenhage van 1980 betreffende de burgerrechtelijke aspecten van internationale ontvoering van kinderen te aanvaarden (COM(2017)0359 – C8-0232/2017 – 2017/0149(NLE))

(Raadpleging)

Het Europees Parlement,

–  gezien het voorstel voor een besluit van de Raad (COM(2017)0359),

–  gezien artikel 38, vierde alinea, van het Verdrag van 's-Gravenhage van 1980 betreffende de burgerrechtelijke aspecten van internationale ontvoering van kinderen,

–  gezien artikel 81, lid 3, en artikel 218, lid 6, tweede alinea, onder b), van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, op grond waarvan het Parlement door de Raad is geraadpleegd (C8-0232/2017),

–  gezien het advies van het Hof van Justitie(1) over de exclusieve externe bevoegdheid van de Europese Unie voor een verklaring van aanvaarding van toetreding tot het Verdrag van ’s-Gravenhage van 1980 betreffende de burgerrechtelijke aspecten van internationale ontvoering van kinderen,

–  gezien artikel 78 quater en artikel 108, lid 8, van zijn Reglement,

–  gezien het verslag van de Commissie juridische zaken (A8-0360/2017),

1.  hecht zijn goedkeuring aan de machtiging aan Kroatië, Nederland, Portugal en Roemenië om, in het belang van de Europese Unie, de toetreding van San Marino tot het Verdrag van 's-Gravenhage van 1980 betreffende de burgerrechtelijke aspecten van internationale ontvoering van kinderen te aanvaarden;

2.  verzoekt zijn Voorzitter het standpunt van het Parlement te doen toekomen aan de Raad, de Commissie en de regeringen en parlementen van de lidstaten alsook aan het Permanent Bureau van de Haagse Conferentie voor Internationaal Privaatrecht.

(1) Advies van het Hof van Justitie van 14 oktober 2014, 1/13, ECLI:EU:C:2014:2303.

Juridische mededeling - Privacybeleid