Index 
 Vorige 
 Volgende 
 Volledige tekst 
Procedure : 2017/2973(RSP)
Stadium plenaire behandeling
Kies een document :

Ingediende teksten :

RC-B8-0668/2017

Debatten :

PV 12/12/2017 - 11
CRE 12/12/2017 - 11

Stemmingen :

PV 14/12/2017 - 8.6
Stemverklaringen

Aangenomen teksten :

P8_TA(2017)0500

Aangenomen teksten
PDF 182kWORD 54k
Donderdag 14 december 2017 - Straatsburg
Situatie van de Rohingya
P8_TA(2017)0500RC-B8-0668/2017

Resolutie van het Europees Parlement van 14 december 2017 over de situatie van de Rohingya (2017/2973(RSP))

Het Europees Parlement,

–  gezien zijn eerdere resoluties over Myanmar en de situatie van Rohingya-moslims, met name die van 14 september 2017(1), 7 juli 2016(2) en 15 december 2016(3), en van 13 juni 2017 over staatloosheid in Zuid- en Zuidoost-Azië(4),

–  gezien de conclusies van de Raad over Myanmar/Birma van 16 oktober 2017,

–  gezien de uitspraken die de vicevoorzitter van de Commissie/hoge vertegenwoordiger van de Unie voor buitenlandse zaken en veiligheidsbeleid (VV/HV), Federica Mogherini, op 19 november 2017 heeft gedaan in Cox's Bazar, Bangladesh,

–  gezien de verklaring van de VV/HV van 6 september 2017 over de situatie in de deelstaat Rakhine, de verklaring van de VV/HV van 11 september 2017 over de laatste ontwikkelingen in de deelstaat Rakhine, Myanmar en het grensgebied in Bangladesh, de verklaring van de VV/HV van 20 november 2017 namens de Europese Unie over Myanmar/Birma en de verklaring van de VV/HV van 23 november 2017 over de ondertekening van een bilaterale repatriëringsovereenkomst tussen de regeringen van Myanmar en Bangladesh,

–  gezien het bezoek van de EU-commissaris voor Humanitaire Hulp en Crisisbeheersing, Christos Stylianides, aan het noorden van de deelstaat Rakhine in mei 2017,

–  gezien de gezamenlijke mededeling van de Commissie en de VV/HV aan het Europees Parlement en de Raad van 1 juni 2016, getiteld "Elementen voor een strategie van de EU ten aanzien van Myanmar/Birma: een speciaal partnerschap voor democratie, vrede en welvaart" (JOIN(2016)0024),

–  gezien het gezamenlijke persbericht van 25 november 2016 over de derde mensenrechtendialoog EU-Myanmar,

–  gezien de conclusies van de Raad over staatloosheid van 4 december 2015,

–  gezien het memorandum van overeenstemming tussen Myanmar en Bangladesh over de repatriëring van Rohingya van Bangladesh naar Myanmar, dat werd ondertekend op 23 november 2017,

–  gezien de verklaring van de voorzitter van de VN-Veiligheidsraad over geweld in de deelstaat Rakhine van 6 november 2017,

–  gezien de ontwerpresolutie over de mensenrechtensituatie in Myanmar die door de Derde Commissie van de Algemene Vergadering van de VN is goedgekeurd op 16 november 2017,

–  gezien het verslag van de Hoge Commissaris van de Verenigde Naties voor de mensenrechten van 20 juni 2016 met als titel "Situation of human rights of Rohingya Muslims and other minorities in Myanmar" (Situatie van de mensenrechten van Rohingya-moslims en andere minderheden in Myanmar) en het verslag van de Speciaal Rapporteur van de VN over de mensenrechtensituatie in Myanmar van 18 maart 2016,

–  gezien de 27e speciale zitting van de VN-Mensenrechtenraad over de mensenrechtensituatie van de minderheid van Rohingya-moslims en andere minderheden in de deelstaat Rakhine in Myanmar,

–  gezien het VN-verdrag van 1951 betreffende de status van vluchtelingen en het aanvullende protocol hierbij van 1967,

–  gezien het Verdrag betreffende de status van staatlozen van 1954 en het Verdrag tot beperking der staatloosheid van 1961,

–  gezien het mondiale actieplan 2014-2024 van de Hoge Commissaris van de VN voor de Vluchtelingen (UNHCR) om een einde te maken aan staatloosheid,

–  gezien de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens van 1948,

–  gezien het eindverslag van de Adviescommissie inzake de deelstaat Rakhine,

–  gezien het Internationale Verdrag inzake burgerlijke en politieke rechten en het Internationaal Verdrag inzake economische, sociale en culturele rechten, beide van 1966,

–  gezien het Handvest van de ASEAN,

–  gezien artikel 123, leden 2 en 4, van zijn Reglement,

A.  overwegende dat er in de deelstaat Rakhine in Myanmar ongeveer één miljoen Rohingya wonen, een overwegend islamitische minderheid die het slachtoffer is van onderdrukking en aanhoudende ernstige schendingen van de mensenrechten, zoals bedreiging van hun leven en veiligheid, het ontzeggen van het recht op gezondheid en onderwijs, ondervoeding en voedselonzekerheid, dwangarbeid, seksueel geweld en beperkingen van hun politieke rechten;

B.  overwegende dat de Rohingya een van de meest vervolgde minderheden ter wereld zijn, en overwegende dat zij geen gebruik kunnen maken van hun volledige burgerrechten en staatloos zijn geworden op grond van de Birmese wet op het staatsburgerschap van 1982; overwegende dat het grootste deel van de Rohingya gedwongen in kampen woont, met ernstige beperkingen op het vrije verkeer binnen en buiten de deelstaat Rakhine;

C.  overwegende dat de meest recente aanvallen op beveiligingsposten in augustus 2017 een zwaar overtrokken reactie van het leger van Myanmar hebben uitgelokt: het begaan van ernstige mensenrechtenschendingen jegens de Rohingya;

D.  overwegende dat sinds augustus 2017 meer dan 646 000 Rohingya gevlucht zijn naar buurland Bangladesh om zichzelf in veiligheid te brengen, maar daar in erbarmelijke omstandigheden verkeren; overwegende dat het totale aantal Rohingya-vluchtelingen in Bangladesh tegen het einde van 2017 naar verwachting meer dan een miljoen zal bedragen; overwegende dat tientallen mensen, onder wie vrouwen en kinderen, onderweg zijn omgekomen en dat meer dan 400 000 mensen gezondheidszorg en voedselhulp nodig hebben; overwegende dat Rohingya worden vermoord, verkracht en gemarteld en dat hun dorpen worden platgebrand met als doel de sociale structuur van de Rohingya blijvend te beschadigen en de bevolking te traumatiseren;

E.  overwegende dat de grens tussen Myanmar en Bangladesh gemilitariseerd gebied is en dat er landmijnen zijn geplaatst om te voorkomen dat mensen de grens oversteken;

F.  overwegende dat volgens VN-agentschappen de toegang van humanitaire organisaties sterk beperkt blijft, zo ook voor de verstrekking van voedsel, water en medicijnen aan de Rohingya;

G.  overwegende dat de Hoge Commissaris van de VN voor de mensenrechten, Zeid Ra'ad Al-Hussein, op 10 september 2017 heeft verklaard dat de situatie in Myanmar "een schoolvoorbeeld van etnische zuiveringen lijkt te zijn" en op 5 december 2017 dat genocide van de Rohingya-moslims door strijdkrachten in Myanmar niet kan worden uitgesloten; overwegende dat Amnesty International de situatie van de minderheden in de deelstaat Rakhine als "apartheid" heeft bestempeld en dat de VN-Mensenrechtenraad "de naar alle waarschijnlijkheid tegen de menselijkheid gepleegde misdaden" in Myanmar heeft veroordeeld;

H.  overwegende dat op de donorconferentie die op 23 oktober 2017 in Genève is gehouden door de UNHCR, het OCHA, de IOM, de Europese Unie en de regering van Koeweit toezeggingen voor hulp aan Bangladesh en Myanmar zijn gedaan voor een totaal bedrag van 344 miljoen USD, waarvan meer dan de helft afkomstig was van de EU;

I.  overwegende dat de regeringen van Myanmar en Bangladesh een niet-bindend memorandum van overeenstemming hebben ondertekend dat de veilige terugkeer moet garanderen van Rohingya-vluchtelingen die naar Bangladesh zijn gevlucht; overwegende dat de VV/HV de ondertekening van het memorandum van overeenstemming een belangrijke stap heeft genoemd bij de aanpak van een van de ernstigste humanitaire en mensenrechtencrises van deze tijd; overwegende dat het onduidelijk is hoeveel potentiële gerepatrieerde Rohingya er in kampen en tijdelijke opvanglocaties zullen worden ondergebracht; overwegende dat er geen duidelijk tijdschema is voor een terugkeer naar een veilige leef- en woonsituatie of voor de erkenning van hun burgerschapsrechten;

1.  is sterk gekant tegen de aanhoudende gewelddadigheden en moorden, het stelselmatige gebruik van geweld en het verlies van levens, bestaansmiddelen en onderdak in de deelstaat Rakhine; drukt zijn ernstige bezorgdheid uit over de humanitaire en mensenrechtensituatie, en geeft blijk van oprecht medeleven met en hartgrondige steun voor de Rohingya; herinnert eraan dat de autoriteiten van Myanmar de plicht hebben alle burgers zonder onderscheid te beschermen tegen geweld, onderzoeken in te stellen naar ernstige schendingen van de mensenrechten en de schuldigen te vervolgen, in overeenstemming met de normen en verplichtingen op het gebied van de mensenrechten;

2.  roept een onmiddellijke halt toe aan het geweld tegen, het vermoorden, intimideren en verkrachten van Rohingya en aan het platbranden van hun huizen door de veiligheidstroepen van Myanmar;

3.  dringt er bij de autoriteiten van Myanmar op aan samen te werken met internationale hulporganisaties, de EU en de VN om onmiddellijk ongehinderde internationale humanitaire toegang tot de deelstaat Rakhine te verlenen, inclusief specifieke steun voor kwetsbare groepen als kinderen, ouderen en slachtoffers van seksueel geweld; dringt er bij de regering van Myanmar op aan maatregelen uit te voeren overeenkomstig Resolutie 2106 (2013) van de VN-Veiligheidsraad om gevallen van seksueel geweld te voorkomen en daarop te reageren;

4.  verzoekt de autoriteiten van Myanmar onafhankelijke waarnemers toe te laten, met name de VN-onderzoeksmissie die in maart 2017 is ingesteld door de VN-Mensenrechtenraad, om toe te zien op onafhankelijke en onpartijdige onderzoeken naar de beschuldigingen van ernstige mensenrechtenschendingen door alle partijen; dringt er bij alle partijen op aan erop toe te zien dat mensenrechtenschendingen niet ongestraft blijven; is van oordeel dat als er bewijs is voor mensenrechtenschendingen de daders een eerlijk proces moeten krijgen, berecht moeten worden door een onafhankelijke, niet-militaire rechtbank zonder de doodstraf opgelegd te krijgen; dringt aan op permanent optreden van de VN-Veiligheidsraad, met inbegrip van een verwijzing naar het Internationale Strafhof, als Myanmar niet in staat is tot vervolging over te gaan of een zaak naar een eigen rechtbank te verwijzen of dat niet wil;

5.  verzoekt de regering van Myanmar om nationale en internationale mediaorganisaties volledige, ongehinderde toegang te verschaffen tot de deelstaat Rakhine en de veiligheid en beveiliging van hun werknemers te waarborgen;

6.  herhaalt zijn oproep aan de regering van Myanmar om onmiddellijk te stoppen met het inzetten van landmijnen en alle bestaande landmijnen te verwijderen, zo ook de landmijnen die onlangs aan de grens met Bangladesh zijn geplaatst; dringt er bij de internationale gemeenschap op aan daartoe de nodige technische bijstand te verlenen; looft de inspanningen van Bangladesh tijdens de humanitaire crisis in een van zijn buurlanden; is ingenomen met de bescherming die Bangladesh aan Rohingya-vluchtelingen heeft geboden, en spoort het land aan samen met de UNHCR steun te blijven bieden; verzoekt Bangladesh humanitaire operaties door internationale ngo's verder te faciliteren door de administratieve rompslomp te beperken, het registratieproces te vereenvoudigen en de beperkingen van het vrije verkeer te verminderen;

7.  neemt kennis van het memorandum van overeenstemming tussen Myanmar en Bangladesh over repatriëring; dringt er bij de partijen op aan de vrijwillige, veilige en waardige terugkeer van de Rohingya naar hun plaatsen van herkomst ten volle te eerbiedigen zonder enige vorm van discriminatie en met volledig toezicht door de VN; dringt erop aan dat de autoriteiten van Myanmar geloofwaardige garanties bieden dat teruggekeerde personen niet zullen worden vervolgd of onder dwang zullen worden ondergebracht in aparte kampen op basis van etnische of religieuze gronden, en dat zij onafhankelijk en onpartijdig toezicht door mensenrechtenorganisaties waarborgen; bevestigt het beginsel van non-refoulement en verwijst naar de beoordeling van de UNHCR van 24 november 2017 dat "de omstandigheden in de Birmese deelstaat Rakhine momenteel geen veilige en duurzame terugkeer mogelijk maken"; verzoekt de EU om door middel van een intergouvernementele top samen met de VN het voortouw te nemen bij de internationale inspanningen; stelt voor om tijdens deze top de voortgang te evalueren van de repatriëring van de Rohingya en het herstel van hun burgerrechten, en de procedure in gang te zetten voor een onafhankelijk onderzoek naar misdaden tegen de menselijkheid;

8.  verzoekt de EU en haar lidstaten de financiële en materiële steun voor de opvang van vluchtelingen te verhogen, en er tegelijk voor te zorgen dat deze bijstand geen onaanvaardbare oplossingen voor vluchtelingen en repatrianten tot gevolg heeft; verzoekt de internationale actoren financiële steun op poten te zetten waarmee een duurzaam antwoord wordt geformuleerd voor de noden van ontheemde Rohingya en de gemeenschappen waar zij worden opgevangen, via toegang tot passende en verbeterde diensten; vestigt in het bijzonder de aandacht op de dringende behoefte aan financiering ter hoogte van het geschatte bedrag van 10 miljoen USD, van gespecialiseerde medische en geestelijke gezondheidszorg voor slachtoffers van verkrachting en gendergerelateerd geweld; dringt er bij de Commissie op aan een diepgaand onderzoek in te stellen naar de omvang van het seksuele geweld en andere misdaden tegen de Rohingya;

9.  is uiterst bezorgd vanwege de meldingen dat er in Myanmar en Bangladesh Rohingya-vrouwen en -meisjes worden verhandeld, en dringt er bij de autoriteiten van beide landen op aan samen te werken met de UNHCR en met mensenrechtenorganisaties om een einde te maken aan de mensenhandel en de getroffen vrouwen en meisjes bescherming en ondersteuning te bieden;

10.  dringt er bij de regering van Myanmar op aan de aanhoudende en stelselmatige discriminatie aan te pakken; benadrukt dat het onmogelijk is een eind te maken aan hun benarde situatie als de diepere oorzaken niet worden aangepakt; merkt in verband hiermee op dat de ontzegging van rechten aan minderheden in Myanmar verder reikt dan de Rohingya en ook andere etnische groepen treft, waaronder in de deelstaten Kachin en Shan;

11.  is ingenomen met het eindverslag van de Adviescommissie inzake de deelstaat Rakhine, die is opgericht op verzoek van de staatsadviseur; dringt er bij de autoriteiten van Myanmar op aan zo spoedig mogelijk een uitvoeringsorgaan in het leven te roepen om de aanbevelingen van Annan volledig uit te voeren; spoort de EU, de VN en andere internationale actoren ertoe aan het proces te steunen;

12.  benadrukt de aanbeveling van de Adviescommissie met betrekking tot de noodzaak om de wettelijke bepalingen inzake burgerschap in overeenstemming te brengen met internationale normen en verdragen waarbij Myanmar partij is; dringt er bij de regering van Myanmar op aan de wet op het staatsburgerschap te wijzigen en de Rohingya-ingezetenen van wettelijk erkende burgerschapsdocumenten te voorzien waarmee zij worden aanvaard als een etnische minderheid en hun recht op zelfidentificatie gerespecteerd wordt; dringt er bij de regering op aan identiteitskaarten af te geven zonder vermelding van religieuze overtuiging;

13.  benadrukt dat de segregatie van de Rohingya in Myanmar moet worden beëindigd; wenst dat de avondklok voor de Rohingya wordt opgeheven en alle onnodige controlepunten worden ontmanteld; dringt er bij de regering van Myanmar op aan erop toe te zien dat de Rohingya vrij kunnen reizen in de deelstaat Rakhine en de rest van het land en dat met name hun recht op toegang tot gezondheidszorg, voeding, onderwijs en werkgelegenheid wordt gehandhaafd;

14.  roept alle partijen op om doeltreffende democratische instellingen op te bouwen, te werken aan een sterk maatschappelijk middenveld, de fundamentele rechten en vrijheden te eerbiedigen en goed bestuur, de rechtsstaat en een onafhankelijke en onpartijdige rechterlijke macht te bevorderen;

15.  verzoekt de EU en haar lidstaten dringend gerichte sancties op te leggen aan personen bij de militaire en veiligheidsdiensten die verantwoordelijk zijn voor de voortduring van de wijdverbreide schendingen van de mensenrechten in Myanmar;

16.  betreurt het dat de VN-Veiligheidsraad geen overeenstemming heeft weten te bereiken over krachtige maatregelen, en verzoekt de EU en haar lidstaten de druk op te voeren op de landen die concrete maatregelen tegenhouden, waaronder China en Rusland;

17.  dringt er bij de EU en haar lidstaten op aan het huidige wapenembargo tegen Myanmar uit te breiden; verzoekt de VN-Veiligheidsraad verder om een mondiaal, alomvattend wapenembargo tegen Myanmar, waarmee alle directe en indirecte leveringen, de verkoop of overdracht, met inbegrip van doorvoer en overlading van alle wapens, munitie en andere militaire en veiligheidsuitrusting, alsmede de verstrekking van opleidingen of andere vormen van bijstand op militair en veiligheidsgebied, worden opgeschort;

18.  verzoekt de regering van Myanmar, zo ook staatsadviseur Aung San Suu Kyi, om elke aansporing tot godsdienst- of rassenhaat ondubbelzinnig te veroordelen en maatschappelijke discriminatie en vijandigheden jegens de Rohingya-minderheden te bestrijden, en om het universele recht van vrijheid van godsdienst of geloofsovertuiging te eerbiedigen;

19.  verzoekt de ASEAN en de regionale regeringen actie te blijven ondernemen en meer druk uit te oefenen op de regering van Myanmar en het leger van het land om een einde te maken aan alle rechtenschendingen en alle burgers in de deelstaat Rakhine en in heel Myanmar te beschermen;

20.  herinnert eraan dat de Sacharovprijs wordt toegekend aan personen die onder andere de mensenrechten verdedigen, de rechten van minderheden beschermen en het internationaal recht eerbiedigen; wijst erop dat overwogen kan worden de Sacharovprijs in te trekken wanneer winnaars na de toekenning van de prijs die criteria schenden;

21.  spoort de belangrijkste internationale en regionale spelers, met name China, aan om via alle beschikbare bilaterale, multilaterale en regionale platforms aan te dringen op beëindiging van de wreedheden en een vreedzame oplossing tot stand te brengen;

22.  verzoekt de VV/HV en de lidstaten de druk op de autoriteiten van Myanmar en veiligheidsdiensten beduidend op te voeren om een einde te maken aan het geweld en de discriminatie tegen de Rohingya en samen te werken met de VN, ASEAN en regionale overheden om de segregatie in Myanmar een halt toe te roepen;

23.  verzoekt de VV/HV het Parlement te informeren over het optreden van de EU-delegatie op de bijeenkomst van de ministers van Buitenlandse Zaken van de ASEM in Nay Pyi Taw op 21 november 2017; dringt erop aan dat de mensenrechtendialoog tussen de EU en Myanmar nieuw leven wordt ingeblazen om met name kwesties met betrekking tot de Rohingya-gemeenschap te bespreken;

24.  verzoekt de Commissie na te denken over de consequenties in de context van de aan Myanmar toegekende handelspreferenties, en onder andere te overwegen een onderzoek in te stellen met behulp van de mechanismen die zijn voorzien in de regeling "alles behalve wapens";

25.  dringt er bij de EU en haar lidstaten op aan steun te verlenen aan het mondiale actieplan 2014-2024 van de UNHCR om een einde te maken aan staatloosheid;

26.  verzoekt zijn Voorzitter deze resolutie te doen toekomen aan de regering en het parlement van Myanmar, de regering en het parlement van Bangladesh, de vicevoorzitter van de Commissie/hoge vertegenwoordiger van de Unie voor buitenlandse zaken en veiligheidsbeleid, de Commissie, de regeringen en parlementen van de lidstaten, de secretaris-generaal van de ASEAN, de intergouvernementele mensenrechtencommissie van de ASEAN, de Speciaal Rapporteur van de VN voor de mensenrechtensituatie in Myanmar, de Hoge Commissaris van de VN voor vluchtelingen en de VN-Mensenrechtenraad.

(1) Aangenomen teksten, P8_TA(2017)0351.
(2) Aangenomen teksten, P8_TA(2016)0316.
(3) Aangenomen teksten, P8_TA(2016)0506.
(4) Aangenomen teksten, P8_TA(2017)0247.

Juridische mededeling - Privacybeleid