Aantal interparlementaire delegaties, delegaties in gemengde interparlementaire commissies en delegaties in parlementaire samenwerkingscommissies en multilaterale parlementaire vergaderingen
Besluit van het Europees Parlement van 17 april 2019 over het aantal interparlementaire delegaties, delegaties in gemengde parlementaire commissies en delegaties in parlementaire samenwerkingscommissies en multilaterale parlementaire vergaderingen (2019/2698(RSO))
Het Europees Parlement,
– gezien het voorstel van de Conferentie van voorzitters,
– gezien de associatie- en samenwerkingsovereenkomsten en de andere overeenkomsten die de Europese Unie met derde landen heeft gesloten,
– gezien de artikelen 212 en 214 van zijn Reglement,
A. erop bedacht om via een permanente interparlementaire dialoog de parlementaire democratie te versterken;
1. besluit het aantal interparlementaire delegaties en hun regionale groeperingen als volgt vast te stellen:
Delegatie voor samenwerking met het Noorden en voor de betrekkingen met Zwitserland en Noorwegen, in de Gemengde Parlementaire Commissie EU-IJsland en in de Gemengde Parlementaire Commissie van de Europese Economische Ruimte (EER)
Delegatie in het Parlementair Stabilisatie- en Associatiecomité (SAPC) EU-Servië
Delegatie in het Parlementair Stabilisatie- en Associatiecomité EU-Albanië
Delegatie in het Parlementair Stabilisatie- en Associatiecomité EU-Montenegro
Delegatie voor de betrekkingen met Bosnië en Herzegovina en Kosovo
(b)
Rusland en de landen van het Oostelijk Partnerschap
Delegatie in de Parlementaire Samenwerkingscommissie EU-Rusland
Delegatie in het Parlementair Associatiecomité EU-Oekraïne
Delegatie in het Parlementair Associatiecomité EU-Moldavië
Delegatie voor de betrekkingen met Belarus
Delegatie in het Parlementair Partnerschapscomité EU-Armenië, de Parlementaire Samenwerkingscommissie EU-Azerbeidzjan en het Parlementair Associatiecomité EU‑Georgië
(c)
Maghreb, Masjrak, Israël en Palestina
Delegaties voor de betrekkingen met:
–
Israël
–
Palestina
–
de Maghreblanden en de Unie van de Arabische Maghreb, met inbegrip van de gemengde parlementaire commissies EU-Marokko, EU-Tunesië en EU-Algerije
–
de Masjraklanden
(d)
Arabisch schiereiland, Irak en Iran
Delegaties voor de betrekkingen met:
–
het Arabisch schiereiland
–
Irak
–
Iran
(e)
Noord-, Zuid- en Midden-Amerika
Delegaties voor de betrekkingen met:
–
Verenigde Staten
–
Canada
–
de Federale Republiek Brazilië
–
de landen in Midden-Amerika
–
de landen van de Andes-Gemeenschap
–
Mercosur
Delegatie in de Gemengde Parlementaire Commissie EU-Mexico
Delegatie in de Gemengde Parlementaire Commissie EU-Chili
Delegatie in de parlementaire commissie Cariforum-EU
(f)
Azië/Stille Oceaan
Delegaties voor de betrekkingen met:
–
Japan
–
de Volksrepubliek China
–
India
–
Afghanistan
–
de Zuid-Aziatische landen
–
de Zuidoost-Aziatische landen en de Associatie van Zuidoost-Aziatische staten (ASEAN)
–
het Koreaanse schiereiland
–
Australië en Nieuw-Zeeland
Delegatie in de parlementaire samenwerkingscommissies EU-Kazachstan, EU‑Kirgizstan, EU-Oezbekistan en EU-Tadzjikistan, en voor de betrekkingen met Turkmenistan en Mongolië
(g)
Afrika
Delegaties voor de betrekkingen met:
–
Zuid-Afrika
–
het Pan-Afrikaanse Parlement
(h)
Multilaterale vergaderingen
Delegatie in de Paritaire Parlementaire Vergadering ACS-EU
Delegatie in de Parlementaire Vergadering van de Unie voor het Middellandse Zeegebied
Delegatie in de Euro-Latijns-Amerikaanse Parlementaire Vergadering
Delegatie in de Parlementaire Vergadering Euronest
Delegatie voor de betrekkingen met de Parlementaire Vergadering van de NAVO;
2. besluit dat de op basis van economische partnerschapsovereenkomsten opgerichte parlementaire commissies uitsluitend samengesteld zullen zijn uit leden van de Commissie internationale handel en de Commissie ontwikkelingssamenwerking met waarborgen betreffende de leidende rol van de Commissie internationale handel als bevoegde commissie en dat zij hun werkzaamheden actief moeten coördineren met de Paritaire Parlementaire Vergadering ACS-EU;
3. besluit dat de Parlementaire Vergadering van de Unie voor het Middellandse Zeegebied, de Euro-Latijns-Amerikaanse Parlementaire Vergadering en de Parlementaire Vergadering Euronest uitsluitend samengesteld zullen zijn uit leden van de bilaterale of subregionale delegaties van elke Vergadering;
4. besluit dat de Delegatie voor de betrekkingen met de Parlementaire Vergadering van de NAVO uitsluitend samengesteld zal zijn uit leden van de Subcommissie veiligheid en defensie;
5. besluit dat de Conferentie van delegatievoorzitters na overleg met de Commissie buitenlandse zaken, de Commissie ontwikkelingssamenwerking en de Commissie internationale handel een ontwerp van een halfjaarlijkse activiteitenkalender moet opstellen. Deze kalender moet afgestemd zijn op het halfjaarlijkse vergaderrooster voor commissiedelegaties van de Conferentie van commissievoorzitters, en op het jaarlijkse werkprogramma van de coördinatiegroep democratieondersteuning en verkiezingen, om een consistente aanpak te verzekeren. Dit gezamenlijke ontwerp van een halfjaarlijkse activiteitenkalender moet dan ter goedkeuring bij de Conferentie van voorzitters worden ingediend. De Conferentie van voorzitters kan de voorgestelde ontwerpkalender wijzigen om te reageren op politieke gebeurtenissen en om de samenhang tussen alle externe activiteiten van het Parlement te waarborgen;
6. herinnert eraan dat uitsluitend officiële delegaties die door de Conferentie van voorzitters zijn gemachtigd, namens het Europees Parlement activiteiten mogen verrichten en het officiële standpunt van het Parlement mogen vertegenwoordigen;
7. besluit dat de fracties en de niet-ingeschreven leden voor elk soort delegatie een aantal vaste plaatsvervangers zullen aanwijzen dat niet groter mag zijn dan het aantal vaste leden die de fracties en de niet-ingeschreven leden vertegenwoordigen;
8. besluit dat gewone leden van permanente interparlementaire delegaties gerechtigd zijn deel te nemen aan interparlementaire bijeenkomsten buiten de vergaderplaatsen van het Parlement. Indien een gewoon lid niet aan een bezoek kan deelnemen, kan het lid door een van de vaste plaatsvervangende leden worden vervangen of, indien het plaatsvervangende lid niet beschikbaar is, door een lid van de interparlementaire bijeenkomst waartoe deze delegatie behoort, aangewezen door de fractie waarbij hij/zij is aangesloten. Indien er geen lid beschikbaar is van de interparlementaire bijeenkomst waartoe deze delegatie behoort, kunnen leden van de Commissie buitenlandse zaken, de Commissie ontwikkelingssamenwerking en de Commissie internationale handel gemachtigd worden om deel te nemen;
9. is van oordeel dat vóór interparlementaire vergaderingen met tegenhangers (SAPC, GPC, PAC, PSC, IPM enz.) en vóór delegatiereizen nauw overleg moet plaatsvinden met de relevante commissie(s) over mogelijke politieke onderwerpen of kwesties in verband met toetsing van de wetgeving die de door de delegatie behandeld moeten worden in bijeenkomsten met de tegenhangers van de betreffende landen;
10. zal inspanningen leveren opdat in de praktijk ook een of meerdere commissierapporteurs of -voorzitters deel kunnen nemen aan de werkzaamheden van delegaties, gezamenlijk interparlementaire commissies, parlementaire samenwerkingscommissies en multilaterale parlementaire vergaderingen; besluit dat de Voorzitter, op gezamenlijk verzoek van de betreffende delegatie- en commissievoorzitters, toestemming verleent voor dergelijke dienstreizen;
11. besluit dat dit besluit in werking zal treden tijdens de eerste vergaderperiode van de negende zittingsperiode;
12. verzoekt zijn Voorzitter dit besluit ter informatie te doen toekomen aan de Raad en de Commissie.