Index 
 Vorige 
 Volgende 
 Volledige tekst 
Procedure : 2021/0182(NLE)
Stadium plenaire behandeling
Documentencyclus : A9-0308/2021

Ingediende teksten :

A9-0308/2021

Debatten :

Stemmingen :

PV 25/11/2021 - 8

Aangenomen teksten :

P9_TA(2021)0478

Aangenomen teksten
PDF 118kWORD 43k
Donderdag 25 november 2021 - Straatsburg
Verdrag van Den Haag (1980) betreffende de burgerrechtelijke aspecten van internationale ontvoering van kinderen: toetreding van Pakistan *
P9_TA(2021)0478A9-0308/2021

Wetgevingsresolutie van het Europees Parlement van 25 november 2021 over het voorstel voor een besluit van de Raad waarbij de lidstaten van de Europese Unie worden gemachtigd, in het belang van de Europese Unie, de toetreding van Pakistan tot het Verdrag van Den Haag van 1980 betreffende de burgerrechtelijke aspecten van internationale ontvoering van kinderen te aanvaarden (COM(2021)0368 – C9-0335/2021 – 2021/0182(NLE))

(Raadpleging)

Het Europees Parlement,

–  gezien het voorstel voor een besluit van de Raad (COM(2021)0368),

–  gezien artikel 38, vierde alinea, van het Verdrag van Den Haag van 1980 betreffende de burgerrechtelijke aspecten van internationale ontvoering van kinderen,

–  gezien artikel 81, lid 3, en artikel 218, lid 6, tweede alinea, punt b), van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, op grond waarvan het Parlement door de Raad is geraadpleegd (C9-0335/2021),

–  gezien het advies van het Hof van Justitie(1) over de exclusieve externe bevoegdheid van de Europese Unie voor een verklaring van aanvaarding van toetreding tot het Verdrag van Den Haag van 1980 betreffende de burgerrechtelijke aspecten van internationale ontvoering van kinderen,

–  gezien artikel 82 en artikel 114, lid 8, van zijn Reglement,

–  gezien het verslag van de Commissie juridische zaken (A9-0308/2021),

1.  hecht zijn goedkeuring aan de machtiging van de lidstaten van de Europese Unie om, in het belang van de Europese Unie, de toetreding van Pakistan tot het Verdrag van Den Haag van 1980 betreffende de burgerrechtelijke aspecten van internationale ontvoering van kinderen te aanvaarden;

2.  verzoekt zijn Voorzitter het standpunt van het Parlement te doen toekomen aan de Raad en aan de Commissie, alsmede aan de regeringen en parlementen van de lidstaten en het Permanent Bureau van de Haagse Conferentie voor Internationaal Privaatrecht.

(1) Advies van het Hof van Justitie van 14 oktober 2014, 1/13, ECLI:EU:C:2014:2303.

Laatst bijgewerkt op: 2 maart 2022Juridische mededeling - Privacybeleid