Resolutie van het Europees Parlement van 14 december 2023 over bevordering van innovatie en industrieel en technologisch concurrentievermogen door middel van een gunstig klimaat voor start-ups en scale-ups (2023/2110(INI))
Het Europees Parlement,
– gezien de artikelen 101 t/m 109 en artikel 173 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie (VWEU),
– gezien Protocol nr. 27 bij het Verdrag betreffende de Europese Unie en het VWEU betreffende de interne markt en de mededinging,
– gezien de mededeling van de Commissie van 22 november 2016 getiteld “De toekomstige leiders van Europa: het starters- en opschalingsinitiatief” (COM(2016)0733),
– gezien Verordening (EU) 2021/695 van het Europees Parlement en de Raad van 28 april 2021 tot vaststelling van Horizon Europa – het kaderprogramma voor onderzoek en innovatie, tot vaststelling van de regels voor deelname en verspreiding en tot intrekking van Verordeningen (EU) nr. 1290/2013 en (EU) nr. 1291/2013(1) (Horizon Europe Regulation),
– gezien de mededeling van de Commissie van 5 mei 2021 getiteld “Actualisering van de nieuwe industriestrategie van 2020: een sterkere eengemaakte markt tot stand brengen voor het herstel van Europa” (COM(2021)0350),
– gezien de mededeling van de Commissie van 5 juli 2022 getiteld “Een nieuwe Europese innovatieagenda” (COM(2022)0332),
– gezien zijn resolutie van 22 november 2022 over de uitvoering van de Europese Innovatieraad(2),
– gezien zijn resolutie van 13 juli 2023 over de staat van de kmo-Unie(3),
– gezien de mededeling van de Commissie van 12 september 2023 getiteld “Steunpakket voor kleine en middelgrote ondernemingen” (COM(2023)0535),
– gezien artikel 54 van zijn Reglement,
– gezien het verslag van de Commissie industrie, onderzoek en energie (A9-0383/2023),
A. overwegende dat hoewel de EU-instellingen verschillende mededelingen over start-ups hebben gepubliceerd, er nog geen concrete definities van een start-up en een scale-up zijn vastgesteld;
B. overwegende dat start-ups en scale-ups worden gekenmerkt door beperkte personele middelen en een relatief beperkt vermogen om te voldoen aan complexe regelgevingsstelsels of financieringsprocedures; overwegende dat hun zakelijke behoeften en specifieke uitdagingen vaak verschillen van die van gevestigde kleine en middelgrote ondernemingen (kmo’s);
C. overwegende dat de Europese Innovatieraad (EIC) is opgericht bij de Horizon Europa-verordening;
D. overwegende dat de Commissie verschillende initiatieven ontplooit om ondernemerschap, innovatie en digitale transformatie in de EU te bevorderen, zoals het starters- en opschalingsinitiatief, het “Eco-innovation Scoreboard”, de kennis- en innovatiegemeenschappen (KIG’s), het Europees platform voor clustersamenwerking, het digitale decennium en de strategie voor de digitale eengemaakte markt, alsook financieringsprogramma’s die gericht zijn op innovatie op andere beleidsgebieden;
E. overwegende dat er merkbare historische verschillen bestaan tussen de investeringscultuur in Europa en die in andere regio’s in de wereld, met name wat durfkapitaal en business angel-investeringen betreft;
F. overwegende dat de EU ernaar streeft haar industriële en technologische concurrentiepositie op de wereldmarkt te verbeteren door veerkrachtige en gediversifieerde toeleveringsketens tot stand te brengen en het voortouw te nemen in de groene en digitale transitie, en erkent derhalve dat zij haar positie moet versterken door de groei van start-ups en scale-ups te blijven ondersteunen, aangezien zij innovatie kunnen bevorderen en de doelstellingen van de groene en de digitale transitie ten goede kunnen komen;
G. overwegende dat de EU het potentieel van start-ups en scale-ups erkent om innovatie, economische groei en werkgelegenheid binnen de EU aan te jagen, maatschappelijke uitdagingen aan te pakken, duurzaamheid te bevorderen en bij te dragen aan de verwezenlijking van de doelstellingen van de Europese Green Deal, het programma Digitaal Europa, de nieuwe Europese innovatieagenda en de geactualiseerde industriestrategie van de EU;
H. overwegende dat het bevorderen van sectoroverschrijdende innovatie en het aanmoedigen van samenwerking en kennisuitwisseling tussen verschillende industrieën absoluut noodzakelijk is voor het aanjagen van creativiteit, efficiëntie en transformatieve groei binnen het landschap van start-ups en scale-ups;
I. overwegende dat start-ups en scale-ups momenteel worden gehinderd door een gebrek aan integratie van de eengemaakte markt, discrepanties in de regelgeving en buitensporige administratieve lasten; overwegende dat het Europese concurrentievermogen achterblijft bij dat van andere ontwikkelde economieën, wat een bedreiging vormt voor het potentieel van Europa om groei en welvaart te genereren;
J. overwegende dat afgezwakte staatssteun- en mededingingsregels in de Unie het risico met zich meebrengen dat de belemmeringen voor markttoegang toenemen, met name voor start-ups en scale-ups, en een belemmering kunnen vormen voor de concurrerende toewijzing van kapitaal op basis van verdienste;
K. overwegende dat het bevorderen van een inclusief ecosysteem voor start-ups van het grootste belang is, aangezien diversiteit in teams en leiderschap een katalysator is voor innovatie, creativiteit en veerkracht;
L. overwegende dat een robuuste digitale infrastructuur en grootschalige connectiviteit voor start-ups en scale-ups fundamentele voorwaarden en essentiële hulpmiddelen vormen voor inclusieve digitale innovatie; overwegende dat er in dit opzicht sprake is van belangrijke regionale verschillen binnen de EU; overwegende dat er behoefte is aan meer investeringen en vorderingen met betrekking tot de digitale infrastructuur om gelijke tred te kunnen houden met zich ontwikkelende technologieën en om de EU in staat te stellen wereldwijd een voortrekkersrol te blijven spelen op het gebied van innovatie;
M. overwegende dat in het verslag van 2023 over de stand van het digitale decennium(4) wordt benadrukt dat er meer vooruitgang nodig is bij de digitale transformatie van bedrijven, met name wat betreft het gebruik van AI, big data en cloud computing;
N. overwegende dat het vermogen om te innoveren, zich aan te passen en lacunes op de markt op te sporen en zo concurrerende producten of diensten aan te bieden aan klanten op uiteindelijk winstgevende schaal een centraal aspect van succesvol ondernemen is; overwegende dat dit voor beleidsmakers betekent dat de doeltreffendste actie ter bevordering van start-ups en scale-ups in de Unie erin bestaat een gunstig regelgevingsklimaat te ondersteunen dat de markttoegang, de uitbreiding van ondernemingen en de toegang tot kapitaal vergemakkelijkt, met als doel innovatie te stimuleren, gezonde concurrentie te bevorderen en de consumenten maximale voordelen te bieden;
Definities
1. verzoekt de Commissie om in nauwe samenwerking met de lidstaten geharmoniseerde en brede definities voor te stellen van respectievelijk een start-up en een scale-up, op basis van schaalbaarheid, waarbij rekening moet worden gehouden met de onderlinge verschillen en hun specifieke status ten opzichte van kmo’s, om te voorkomen dat start-ups of scale-ups onbedoeld worden uitgesloten als gevolg van restrictieve definities;
2. verzoekt de Commissie start-ups en scale-ups binnen kmo’s te definiëren en deze definitie te gebruiken in de context van beleid en statistieken;
3. is bezorgd dat het uitblijven van passende definities de doeltreffendheid van het bestaande beleid en de bestaande wetgeving kan ondermijnen; merkt op dat start-ups en kmo’s weliswaar een aantal overlappende belangen hebben, maar dat zij aanzienlijk van elkaar verschillen zodra de fase van fondsenwerving, groei en maturiteit aanbreekt; merkt voorts op dat start-ups te maken hebben met onzekerheid en een hoog risico op mislukking, en afhankelijk zijn van ecosystemen en een andere categorie investeerders; is daarom van mening dat het simpelweg classificeren van start-ups als kmo’s hun groei, toegang tot markten en investeringsmogelijkheden beperkt;
4. is ervan overtuigd dat specifieke definities de mogelijkheden voor steun zullen vergroten door middel van maatregelen die zijn toegesneden op de specifieke behoeften en kenmerken van start-ups en scale-ups door hun toegang tot Europese kapitaalmarkten en particuliere investeerders te verbeteren; dringt er bij de Commissie en de lidstaten op aan hun respectieve inspanningen voor het aantrekken van particulier kapitaal voor start-ups en scale-ups beter te coördineren teneinde de achtereenvolgende “valleien des doods” te overbruggen en de respectieve kloven te dichten; verzoekt de Commissie een alomvattende Europese strategie voor start-ups en scale-ups te ontwikkelen om innovatie te bevorderen en de uitdagingen aan te pakken waarmee individuele innovatoren, oprichters, start-ups en scale-ups in de EU worden geconfronteerd;
Toegang tot financiering
5. wijst op de uitdagingen waarmee Europese start-ups worden geconfronteerd bij de toegang tot financiering, waaronder moeilijkheden bij het snel opschalen van bedrijven in heel Europa; spoort overheden, financiële instellingen en particuliere beleggers aan om samen te werken en strategieën te ontwikkelen ter bevordering van een risicotolerantere beleggingscultuur;
6. wijst op de aanzienlijke gevolgen die laattijdige betalingen hebben voor de kasstroom van start-ups en scale-ups; merkt op dat digitale oplossingen kunnen worden gebruikt om een grotere transparantie van facturen en snellere betalingen van facturen te vergemakkelijken;
7. wijst op de rol van institutionele beleggers, zoals pensioenfondsen en verzekeringsmaatschappijen, en roept ertoe op het voor hen mogelijk te maken een groter deel van hun portefeuille te investeren in durfkapitaal en aanloopinvesteringen, aangezien dit een essentiële bron van langetermijnfinanciering voor start-ups zou zijn; herinnert eraan dat de uitvoering van Richtlijn (EU) 2019/1023(5) betreffende preventieve herstructureringsstelsels en tweede kansen tot doel heeft een verandering in de risicomijdende beleggingscultuur in Europa te bewerkstelligen;
8. herinnert aan de katalyserende rol die gerichte overheidssteun in de vorm van subsidies, leningen of leninggaranties vervult bij het dichten van de financieringskloof voor start‑ups en scale-ups wanneer er geen of ontoereikende particuliere investeringen voorhanden zijn; is van mening dat openbare instellingen in de EU slechts bij uitzondering hun toevlucht moeten nemen tot investeringen in eigen vermogen als beleidsinstrument en dit in de regel alleen moeten doen om tekortkomingen van de markt te verhelpen; verwacht van de Commissie dat zij bij de beoordeling van vrijstellingen van staatssteunregels, de regels inzake concentratiecontrole en de versoepeling van de bepalingen inzake het mededingingsbeleid zoveel mogelijk rekening houdt met de belangen van start-ups en scale-ups bij de toegang tot concurrerende markten;
9. benadrukt dat in markteconomieën het belangrijkste mechanisme voor het financieren van de kapitaalbehoeften van bedrijven – onder meer die van start-ups en scale-ups – wordt gevormd door private schuld- en aandelenmarkten; pleit met klem voor de voltooiing van de kapitaalmarktenunie met het oog op het mobiliseren van particulier kapitaal en het verbeteren van het grensoverschrijdend verkeer van dergelijk kapitaal binnen de Unie; pleit voor een alomvattende aanpak van regionale verschillen en hindernissen die de toegang tot financiering binnen het Europees ecosysteem voor start‑ups belemmeren, waarbij de uiteenlopende financiële landschappen in de lidstaten en regio’s moeten worden erkend;
10. verzoekt de Commissie de deelname van innovatieve start-ups en scale-ups aan EU‑financieringsprogramma’s te ondersteunen en te vergemakkelijken en te zorgen voor een gemakkelijkere toegang tot en eenvoudigere aanvraagprocedures voor EU‑financieringsprogramma’s en -aanbestedingen, alsook voor een betere, snellere en gemakkelijkere uitstroom van deze middelen; wijst op het huidige financiële landschap waarin start-ups problemen ondervinden bij de toegang tot gerichte financiering via subsidies, garanties en leningen als gevolg van bureaucratische belemmeringen en lange wachttijden na subsidieverlening; benadrukt dat de bestaande financieringsstructuur van de EU moet worden afgestemd op de specifieke vereisten van start-ups om ervoor te zorgen dat relevante financiële steun niet gepaard gaat met onnodige administratieve lasten; wijst er in het bijzonder op dat de uitbetaling van goedgekeurde middelen moet worden versneld en dat de wachttijd tussen de goedkeuring van een subsidie en de ontvangst van de middelen tot een minimum moet worden beperkt;
11. erkent dat de culturele en creatieve sectoren en industrieën vanwege hun unieke behoeften behoefte hebben aan toegankelijke en op maat gesneden financiële mechanismen; dringt aan op gerichte financiering voor start-ups en scale-ups in de culturele en creatieve sectoren en industrieën;
12. spoort de lidstaten en de Commissie aan voorrang te geven aan investeringen in de digitale infrastructuur in stedelijke en plattelandsgebieden, door een toekomstgerichte aanpak te hanteren ter ondersteuning van de groei en duurzaamheid van start-ups en scale-ups, en tegelijkertijd het digitaal leiderschap van Europa te bevorderen;
13. verzoekt de Commissie en de lidstaten na te gaan met welke belemmeringen start-ups en scale-ups te maken hebben bij de toegang tot financiering, en de procedures voor financieringsaanvragen aan te passen om de toegang tot financiering te vergemakkelijken; dringt erop aan dat de inspanningen gericht zijn op het versnellen van de harmonisatie van de kapitaalmarkten in de hele Unie;
14. dringt er bij de Commissie op aan de financieringsmechanismen voor start-ups en scale‑ups te versterken, met inbegrip van overheidsopdrachten en de verstrekking van subsidies, leningen, garanties en crowdfunding, waarbij erop moet worden gelet dat particuliere investeringen niet worden verdrongen; dringt er bij de Commissie op aan de bestaande middelen te heroriënteren om zich doeltreffender te richten op Europese start‑ups en scale-ups, onder meer door middel van een speciale oproep tot het indienen van projecten voor deep tech en groene technologie; benadrukt dat er een vrijwillig pan‑Europees verwijzingssysteem voor kredieten moet worden ontwikkeld voor start‑ups en scale-ups die worden afgewezen voor bankleningen; benadrukt dat initiatieven als VentureEU moeten worden uitgebreid om meer particuliere investeringen in start-ups en scale-ups op de lange termijn aan te trekken; dringt er bij de Commissie op aan de lidstaten aan te moedigen de stimulansen voor vroegtijdige investeringen door business angels en investeerders te versterken; verzoekt de Commissie relevante beste praktijken in de EU onder de loep te nemen en aanbevelingen uit te brengen ter bevordering van een gemeenschappelijk kader;
15. moedigt overheidsinstanties en particuliere investeerders aan gerichtere subsidies en leningen tegen lage rente te verstrekken aan start-ups en scale-ups in verschillende groeistadia, met behoud van concurrerende mechanismen voor de toewijzing van kapitaal en met de grootst mogelijke zorg om particuliere investeringen niet te verdringen;
16. pleit voor stimulansen en financieringsmechanismen ter ondersteuning van sectoroverschrijdende projecten, zodat start-ups en scale-ups onconventionele samenwerkingsvormen kunnen verkennen en gebruik kunnen maken van uiteenlopende vormen van expertise, met name op het gebied van onder meer hernieuwbare energie, biotechnologie, slimme steden en de culturele en creatieve sectoren en industrieën;
Europese Innovatieraad
17. is ingenomen met de oprichting van de Europese Innovatieraad (EIC), die tot doel heeft via subsidies en financiële instrumenten innovatieve start-ups en scale-ups te ondersteunen die, ondanks een deugdelijke businesscase, niet in staat zijn geweest financiering te verkrijgen als gevolg van marktfalen; dringt erop aan dat er met betrekking tot het EIC-fonds bijzondere aandacht wordt besteed aan geografisch evenwicht; is ingenomen met het verbredingsactieplan van de EIC en de algemene doelstelling om de deelname van verbredingslanden te verhogen tot een aandeel van ten minste 15 % van de financiering van alle EIC-instrumenten, zoals aanbevolen door het EIC-college; verzoekt de Commissie de door het EIC-college aanbevolen maatregelen volledig uit te voeren om ervoor te zorgen dat het EIC-fonds een werkelijk Europese impact heeft;
18. benadrukt dat de EIC een geloofwaardige marktspeler moet zijn; herinnert eraan dat investeringen van de EIC gericht moeten zijn op het aantrekken van particuliere investeerders in plaats van hen te verdringen; dringt in het licht van de toenemende activiteiten van de EIC aan op een duidelijke strategie voor het beheer van het EIC‑fonds, onder meer met betrekking tot de methoden en criteria voor de toewijzing van kapitaal en de evaluatie van de prestaties van de fondsbeheerders; waardeert het door de Europese Investeringsbank (EIB) uitgevoerde zorgvuldigheidsonderzoek van hoge kwaliteit en dringt er bij de Commissie op aan ervoor te zorgen dat deze kwaliteit gehandhaafd blijft, in overeenstemming met de marktnormen; is ingenomen met de inspanningen van het EIC-college om belangenconflicten proactief aan te pakken door middel van duidelijke en transparante regels en moedigt dergelijke inspanningen aan; is ingenomen met de gedragscode voor consultants die diensten aanbieden aan kandidaten voor EIC-oproepen;
Europese Investeringsbank
19. moedigt de EIB-groep, met inbegrip van het Europees Investeringsfonds, en nationale ontwikkelingsbanken aan om de financiële steun aan start-ups en scale-ups te verhogen, waaronder aan die in opkomende sectoren en sectoren met een groot potentieel, vooral op het gebied van energie, klimaatveerkracht en digitale transformatie in de EU; merkt op dat veel start-ups niet voldoende op de hoogte zijn van wat de EIB te bieden heeft en onderstreept dat betere communicatie- en outreachactiviteiten van de EIB essentieel zijn om ervoor te zorgen dat start-ups en scale-ups ten volle kunnen profiteren van de instrumenten en financiële steun van de EIB;
20. erkent met name dat de EIB-groep een cruciale rol vervult bij het verstrekken van financiële instrumenten en middelen ter ondersteuning van cleantech-start-ups en -scale-ups in de Unie; steunt specifieke steun van de EIB in de vorm van leningen voor start-ups en scale-ups die betrokken zijn bij de groene en digitale transitie om de financieringskloof voor investeringen in infrastructuur en productiecapaciteit aan te pakken, onder voorwaarden; benadrukt de cruciale rol van de EIB bij de inzet van de Unie voor de Europese Green Deal en de Overeenkomst van Parijs;
Openbare aanbestedingen
21. dringt aan op de ontwikkeling van efficiënte en transparante mechanismen om de toegang tot overheidsopdrachten voor start-ups en scale-ups te vergemakkelijken, aangezien zij niet over dezelfde juridische en administratieve capaciteit, hetzelfde trackrecord of dezelfde ervaring met de omgang met overheidsdiensten beschikken als gevestigde ondernemingen, en om hun deelname aan innovatieve oplossingen voor uitdagingen in de publieke sector aan te moedigen;
Regeldruk
22. is ingenomen met de doelstelling van de Commissie om de lasten in verband met rapportagevereisten met 25 % te verminderen zonder de beleidsdoelstellingen te ondermijnen; is van mening dat de Commissie in dit verband rekening moet houden met de specifieke en structurele beperkingen van start-ups en scale-ups om de kostendruk te verminderen en het concurrentievermogen te bevorderen; dringt aan op een evenwichtige benadering van EU-wetgeving met betrekking tot het bevorderen van groei, ondernemerschap en de dubbele transitie; pleit voor de consistente toepassing van het “denk eerst klein”-beginsel bij interne beraadslagingen en in relevante wetgevingsvoorstellen en beleidsinitiatieven;
23. benadrukt het belang van het stroomlijnen en bevorderen van het eenmaligheidsbeginsel voor het delen van gegevens tussen overheidsdiensten, en van het beginsel dat digitaal de norm is binnen administratieve procedures, zowel op het niveau van de EU als dat van de lidstaten; is van mening dat de standaardisering en digitalisering van procedures en formulieren, in overeenstemming met deze beginselen, start-ups en scale-ups in hoge mate zullen helpen bij het terugdringen van de administratieve lasten op de lange termijn; verzoekt de Commissie en de lidstaten vorderingen te maken bij de toepassing van deze beginselen;
24. dringt aan op de vaststelling van startersvriendelijke regelgeving en kaders die de groei, schaalbaarheid en grensoverschrijdende activiteiten van start-ups en scale-ups vergemakkelijken en tegelijkertijd consumentenbescherming, gegevensbescherming en eerlijke concurrentie waarborgen; onderstreept dat het belangrijk is dat de nalevingskosten voor start-ups en scale-ups worden beperkt; dringt er bij de Commissie op aan om kmo’s, start-ups en scale-ups meer te ondersteunen bij het omgaan met complexe regelgeving, door programma’s ter bevordering van rechtswinkels uit te breiden, bijvoorbeeld in het kader van de digitale innovatiecentra van het programma Digitaal Europa;
25. dringt er bij de Commissie op aan een “start-uptoets” te ontwikkelen en goed te keuren, naar het voorbeeld van de kmo-toets die zij in 2021 heeft goedgekeurd, om het effect van wetgeving die gericht is op innovatie, financiering en concurrentievermogen beter te kunnen beoordelen; neemt kennis van het voorstel van de voorzitter van de Commissie om een concurrentievermogenstoets in te voeren voor nieuwe EU-wetgeving, die door een onafhankelijke raad moet worden uitgevoerd; is van mening dat deze concurrentievermogenstoets een speciaal kader moet hebben voor start-ups, scale-ups en kmo’s om ervoor te zorgen dat regelgeving het opstarten van nieuwe bedrijven in Europa stimuleert;
26. verzoekt de Commissie het effect op start-ups van aankomende wetgeving die gericht is op kmo’s, industrie en innovatie opnieuw te evalueren, rekening houdend met de specifieke behoeften en kenmerken van start-ups;
27. neemt kennis van nieuwe instrumenten voor betere regelgeving en het “one in, one out” -beginsel; is van mening dat de Commissie en de lidstaten nog ambitieuzer moeten zijn op het gebied van vereenvoudiging van de regelgeving en verlaging van de nalevingskosten, onder meer door de consistente toepassing van het EU-recht in alle lidstaten en door overlappende wetgeving op de interne markt aan te pakken, met name voor start-ups en scale-ups; acht deze vereenvoudiging van essentieel belang voor het bevorderen van innovatie en het concurrentievermogen;
Aanwerving van talent
28. wijst erop dat de waargenomen kloof op het gebied van benodigd talent dringend moet worden gedicht en er dringend een ecosysteem tot stand moet worden gebracht waarin talent niet alleen ruimschoots aanwezig is, maar ook volledig in de technologiesector is geïntegreerd; wijst met bezorgdheid op het feit dat de EU over het algemeen minder bachelorstudies op het gebied van AI aanbiedt dan in sommige landen die veel kleiner zijn het geval is; is van mening dat er behoefte is aan een gerichte aanpak op EU-niveau om dit probleem te verhelpen; merkt in dit kader op dat het actieplan voor digitaal onderwijs, het initiatief “Europese Universiteiten” en, in bredere zin, de Europese onderwijsruimte, kunnen worden uitgebreid om de totstandbrenging van strategische samenwerkingen tussen academische instellingen en industrieën verder te vergemakkelijken, teneinde ervoor te zorgen dat afgestudeerden goed voorbereid zijn op de dynamische arbeidsmarkt en uitgerust zijn met de hiervoor benodigde vaardigheden; nodigt de lidstaten uit de investeringen in opleidingen en onderwijs op te schroeven door onderwijs- en opleidingsprogramma’s tot stand te brengen die zijn toegesneden op technologische en ondernemersvaardigheden, met inbegrip van initiatieven voor een leven lang leren voor ondernemers die reeds in de sector actief zijn, met name voor scale-ups;
29. dringt er bij de Commissie en de lidstaten op aan initiatieven te ondersteunen die digitale en industriële vaardigheden, samenwerking, kennisdeling, ondernemerschap en mentorschap op alle onderwijsniveaus bevorderen en mensen de nodige kennis en competenties bijbrengen om zich in het digitale tijdperk te ontplooien; herinnert aan het belang van vaardigheden op het gebied van wetenschap, technologie, engineering en wiskunde (STEM);
30. spoort de Commissie en de lidstaten aan voorlichtingscampagnes te ontwikkelen die zijn gericht op het bevorderen van werkgelegenheid in de digitale en industriële sectoren, met bijzondere aandacht voor het aantrekken van meer vrouwelijk talent in deze sectoren;
31. dringt er bij de Commissie op aan start-ups en scale-ups op te nemen in haar vaardigheden- en talentenprogramma’s en de aandacht te vestigen op de kansen die start-ups en scale-ups bieden aan jonge afgestudeerden, met inbegrip van werkgelegenheid; is van mening dat de bestaande onderwijsprogramma’s en -initiatieven in de Unie, meer in het bijzonder Erasmus+, voor deze doelstellingen kunnen worden ingezet;
32. benadrukt dat het in tijden van krappe EU-arbeidsmarkten voor geschoolde werknemers van essentieel belang is de aanwerving van internationaal talent te vergemakkelijken; benadrukt dat het van belang is het beginsel van non-discriminatie in acht te nemen, diversiteit en inclusiviteit in het ecosysteem voor start-ups en scale-ups te bevorderen, en gelijke kansen voor iedereen te waarborgen, onder meer voor jongeren, gevestigde professionals en ondervertegenwoordigde groepen; neemt in dit verband kennis van het initiatief van de Commissie om de EU-talentenpool op te zetten;
Markttoegang en concurrentie
33. is ervan overtuigd dat het creëren van omstandigheden waarin innovatieve bedrijven in een eenvoudige, duidelijke en voorspelbare omgeving actief kunnen zijn, van essentieel belang is voor hun vermogen om binnen de eengemaakte markt te groeien en uit te breiden, aangezien toegang tot een bredere markt hun vermogen tot het aantrekken van beleggers zal doen toenemen; wijst op het belang van beleidskaders die samenwerking vergemakkelijken en ondersteunen door hindernissen als gevolg van inconsistente nationale regelgeving weg te nemen en de nodige stimulansen te bieden om de actieve deelname van alle belanghebbenden binnen het innovatie-ecosysteem te bevorderen; dringt aan op mechanismen om de risico’s van internationale expansie te beperken, zodat start-ups en scale-ups de nodige steun en begeleiding krijgen om de onzekerheden die inherent zijn aan wereldwijde markten het hoofd te bieden;
34. merkt op dat volgens de “Deep Tech Finder” van het Europees Octrooibureau meer dan 10 % van de Europese start-ups die Europese octrooien hebben aangevraagd reeds EIC‑middelen heeft ontvangen; is ervan overtuigd dat er meer bekendheid moet worden gegeven aan het belang van intellectuele eigendom; is van mening dat de hervorming van het eenheidsoctrooi(6) een goed voorbeeld is waarmee wordt beoogd uniforme bescherming in alle deelnemende landen te bieden op basis van een onestopshop-benadering, door de administratieve lasten te verlagen en te zorgen voor consistentie in de jurisprudentie; verzoekt de lidstaten die de overeenkomst betreffende een eengemaakt octrooigerecht nog niet hebben geratificeerd, dit te doen ten behoeve van het ecosysteem voor start-ups;
35. neemt kennis van de doelstellingen van de EU met betrekking tot de verordening voor een nettonulindustrie(7) en verzoekt de Commissie na te gaan hoe aanvullende initiatieven kunnen worden voorgesteld om het concurrentievermogen van start-ups en scale-ups die betrokken zijn bij de waardeketens voor nettonultechnologie te vergroten en bij te dragen aan hun positie in het mondiale speelveld van de nettonultechnologie; verzoekt de Commissie om in samenwerking met de lidstaten te evalueren hoe respectievelijk start-ups en scale-ups kunnen bijdragen tot de decarbonisatiedoelstellingen van de EU en om in het kader van de planningprocessen, zoals de nationale energie- en klimaatplannen, rekening te houden met hun rol;
36. wijst erop dat het nodig is een technologielandschap te bevorderen dat zowel concurrentievermogen als innovatie behelst; is van mening dat de reguleringsmechanismen zich in overeenstemming met de technologische vorderingen en marktverschuivingen moeten aanpassen en ontwikkelen teneinde concurrentievermogen en innovatie te ondersteunen, met name met betrekking tot Europese start-ups; verzoekt de Commissie en de lidstaten alomvattende plannen en strategieën op te stellen voor de benutting van door start-ups en scale-ups geboden technologische innovatie, teneinde het concurrentievermogen te vergroten en de klimaatdoelstellingen te verwezenlijken;
Toegang tot gegevens
37. moedigt de Commissie aan om realtime inzichten in publieke gegevens mogelijk te maken die een betere besluitvorming mogelijk maken en innovatie stimuleren voor start-ups en scale-ups, en tegelijkertijd persoonsgegevens en andere gegevens van gevoelige aard te beschermen, in overeenstemming met de huidige EU-datawetgeving; verzoekt de Commissie om binnen het kader voor toegang tot financiële gegevens samen te werken met het bedrijfsleven om consistente en geharmoniseerde normen voor financiële datasets vast te stellen, alsook een kader om te zorgen voor een betrouwbaardere, efficiëntere en innovatievere uitwisseling van financiële gegevens tussen bedrijven, derden en overheden;
38. verzoekt de Commissie te zorgen voor een geharmoniseerde en doeltreffende uitvoering van recente digitale regelgeving, met name de digitaledienstenverordening(8), de digitalemarktenverordening(9), de datagovernanceverordening(10), de dataverordening(11) en de aankomende verordening artificiële intelligentie(12); verzoekt de Commissie en de lidstaten een door Europa geleid ecosysteem van marktplaatsen voor niet-persoonsgegevens te bevorderen; stelt voor kaders te ontwikkelen voor het harmoniseren van de behandeling van gegevensreeksen als activa binnen financiële boekhouding en verslaglegging;
Innovatie-ecosysteem en ondersteunende structuren
39. is ingenomen met de aankondigingen over de benoeming van een kmo-gezant van de EU; benadrukt voorts dat deze gezant een uitgebreide analyse moet uitvoeren en periodiek verslag moet uitbrengen over de status van Europese start-ups en scale-ups, onder meer over hun dagelijkse hindernissen en dilemma’s; spoort de Commissie aan binnen haar relevante directoraten-generaal contactpunten op te zetten voor start-ups en scale-ups met het oog op een betere coördinatie van het desbetreffende beleid; verzoekt de Commissie een specifiek netwerk van adviseurs voor scale-ups op te zetten als onderdeel van het Enterprise Europe Network;
40. benadrukt dat het van essentieel belang is een inclusief ecosysteem voor start-ups tot stand te brengen dat voor iedereen, met inbegrip van jongeren, gevestigde professionals en ondervertegenwoordigde groepen, in banen met gelijke kansen voorziet; verzoekt de Commissie en de lidstaten proactieve initiatieven en beleid te ontwikkelen voor het actief bevorderen van inclusiviteit door het aanpakken van systematische belemmeringen, vertekening en vooroordelen en door een gelijk speelveld voor ondervertegenwoordigde groepen te bevorderen; pleit voor de ontwikkeling van relevante mentorschapsprogramma’s, netwerkmogelijkheden en educatieve en andere initiatieven die specifiek zijn toegesneden op ondervertegenwoordigde groepen;
41. dringt erop aan dat expertise wordt gebundeld door middel van strategische partnerschappen, samenwerking en het delen van kennis en middelen tussen de academische wereld, actoren uit het bedrijfsleven en overheidsinstanties, waarbij gebruik wordt gemaakt van hun gezamenlijke sterke punten en expertise binnen de context van slimme specialisatiestrategieën;
42. beveelt aan om regionale ecosystemen voor start-ups die lokale universiteiten, ondernemers, bedrijven en overheidsinstanties samenbrengen te versterken, onder andere via innovatiehubs, incubators, accelerators en venture builders, om de sterke punten en middelen van elke regio te benutten; verzoekt de Commissie voor betere coördinatie te zorgen tussen locatiegebonden innovatiebeleid en op excellentie gebaseerd innovatiebeleid op Unieniveau; neemt kennis van de succesverhalen van ecosystemen voor start-ups en de lessen die uit hun ervaringen zijn getrokken; pleit ervoor dat dergelijke regionale ecosystemen voor start-ups uitgroeien tot een forum voor ecosysteemleiders voor het uitwisselen van ideeën en beste praktijken;
o o o
43. verzoekt zijn Voorzitter deze resolutie te doen toekomen aan de Raad, de Commissie en de regeringen van de lidstaten.
Richtlijn (EU) 2019/1023 van het Europees Parlement en de Raad van 20 juni 2019 betreffende preventieve herstructureringsstelsels, betreffende kwijtschelding van schuld en beroepsverboden, en betreffende maatregelen ter verhoging van de efficiëntie van procedures inzake herstructurering, insolventie en kwijtschelding van schuld, en tot wijziging van Richtlijn (EU) 2017/1132 (Richtlijn betreffende herstructurering en insolventie) (PB L 172 van 26.6.2019, blz. 18).
Tot dusver is meer dan 35 % van de Europese aanvragen voor een eenheidsoctrooi afkomstig van kmo’s, in vergelijking met 20 % van de aanvragen voor gewone Europese octrooien.
Voorstel van de Commissie van 16 maart 2023 voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad tot vaststelling van een kader van maatregelen ter versterking van het Europese ecosysteem voor de productie van nettonultechnologieproducten (“verordening voor een nettonulindustrie”) (COM(2023)0161).
Verordening (EU) 2022/2065 van het Europees Parlement en de Raad van 19 oktober 2022 betreffende een eengemaakte markt voor digitale diensten en tot wijziging van Richtlijn 2000/31/EG (digitaledienstenverordening) (PB L 277 van 27.10.2022, blz. 1).
Verordening (EU) 2022/1925 van het Europees Parlement en de Raad van 14 september 2022 over betwistbare en eerlijke markten in de digitale sector, en tot wijziging van Richtlijnen (EU) 2019/1937 en (EU) 2020/1828 (digitalemarktenverordening) (PB L 265 van 12.10.2022, blz. 1).
Verordening (EU) 2022/868 van het Europees Parlement en de Raad van 30 mei 2022 betreffende Europese datagovernance en tot wijziging van Verordening (EU) 2018/1724 (Datagovernanceverordening) (PB L 152 van 3.6.2022, blz. 1).
Voorstel van de Commissie van 23 februari 2022 voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad betreffende geharmoniseerde regels inzake eerlijke toegang tot en eerlijk gebruik van data (Dataverordening) (COM(2022)0068).
Voorstel van de Commissie van 21 april 2021 voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad tot vaststelling van geharmoniseerde regels betreffende artificiële intelligentie (wet op de artificiële intelligentie) en tot wijziging van bepaalde wetgevingshandelingen van de Unie (COM(2021)0206).