Drie buurlanden van het Oostelijk Partnerschap: Oekraïne, Moldavië en Belarus
Het Oostelijk Partnerschap van de EU werd in 2009 opgericht en bestaat uit zes landen die deel uitmaakten van de voormalige Sovjet-Unie: Armenië, Azerbeidzjan, Belarus, Georgië, Moldavië en Oekraïne. Het werd in het leven geroepen om de politieke, sociale en economische hervormingsinspanningen in deze landen te ondersteunen, en om democratisering en goed bestuur, energiezekerheid, milieubescherming en economische en sociale ontwikkeling te stimuleren. Op Belarus na nemen alle leden van het Partnerschap deel aan de Parlementaire Vergadering Euronest.
Oekraïne
De afgelopen tien jaar is Oekraïne een belangrijke partner voor de EU geweest, met een enorme geopolitieke betekenis en een ongekende invloed op het EU-beleid. Het Europees Parlement is een fervent voorstander van diens Europese weg en heeft sterke, nauwe banden opgebouwd met zijn Oekraïense tegenhanger, de Verchovna Rada.
In november 2013 vond in Oekraïne een demonstratie plaats vóór de EU en tegen het besluit van toenmalig president Viktor Janoekovitsj om de associatieovereenkomst met de EU niet te ondertekenen. Dit vormde grotendeels de aanleiding tot een reeks gebeurtenissen. De Euromaidan-beweging resulteerde in een regeringswisseling en parlementsverkiezingen, in oktober 2014, waarbij pro-Europese en hervormingsgezinde partijen aan de macht kwamen.
In maart 2014 annexeerde Rusland op illegale wijze de Krim en brachten door Rusland gesteunde separatisten in het oostelijke deel van Oekraïne een gewapend conflict op gang.
Ondanks de in 2015 bereikte akkoorden van Minsk en ondanks onderhandelingsstructuren zoals de Tripartiete Contactgroep Oekraïne (de Organisatie voor Veiligheid en Samenwerking in Europa (OVSE), Rusland en Oekraïne) en het Normandiëkwartet (Rusland, Oekraïne, Duitsland en Frankrijk) roept het geregeld uitbreken van gevechten vragen op omtrent de houdbaarheid van de wapenstilstand op de lange termijn. De economische sancties van de EU tegen Rusland waren gekoppeld aan de volledige naleving door Moskou van de akkoorden van Minsk en werden periodiek verlengd.
In juni 2017 kregen Oekraïense burgers met een biometrisch paspoort het recht om zonder visum naar de EU te reizen en daar maximaal negentig dagen te verblijven. Aanleiding voor deze visumvrijstelling vormde het feit dat aan de criteria van het actieplan visumliberalisering was voldaan.
De associatieovereenkomst tussen de EU en Oekraïne is op 1 september 2017 in werking getreden, maar werd al sinds 1 november 2014 voorlopig en gedeeltelijk toegepast. Een van de hoekstenen van de overeenkomst is de diepe en brede vrijhandelsruimte (DCFTA). Die is sinds 1 januari 2016 volledig operationeel.
Naast politieke steun hebben de EU en haar financiële instellingen tussen 2014 en februari 2022 meer dan 17 miljard EUR aan subsidies en leningen gemobiliseerd om het hervormingsproces in Oekraïne te ondersteunen. In het kader van een gezamenlijk vastgestelde hervormingsagenda heeft de EU nauwgezet toezicht gehouden op de vooruitgang op een aantal prioritaire vlakken: corruptiebestrijding, hervorming van het gerechtelijk apparaat, constitutionele en electorale hervormingen, energie-efficiëntie, hervorming van het openbaar bestuur en verbetering van het ondernemingsklimaat.
In april 2019 vonden er presidentsverkiezingen plaats, waarbij president Petro Porosjenko werd verslagen door een politieke nieuwkomer, Volodymyr Zelensky. President Zelensky ontbond het parlement en schreef in juli 2019 vervroegde verkiezingen uit, waarbij zijn partij, “Dienaar van het volk”, een absolute meerderheid van zetels behaalde. De functie van parlementsvoorzitter en die van eerste minister werden bijgevolg door leden van de partij ingenomen. In maart 2020 ging president Zelensky over tot een ingrijpende herschikking van de regering. Hierbij werd Denys Sjmyhal eerste minister.
In 2021 introduceerde president Zelensky een reeks verdere herschikkingen van de regering en versterkte hij de rol van de nationale veiligheids- en defensieraad van Oekraïne. Tegelijkertijd werd voorzitter Dmitro Razoemkov vervangen door Ruslan Stefanchuk na de controverse over de goedkeuring van de “de-oligarchisatiewet”, die de president begin november 2021 uiteindelijk heeft ondertekend.
Op 21 februari 2022 heeft de Russische Doema de onafhankelijkheid van de zelfverklaarde “Volksrepublieken” Donetsk en Loehansk officieel erkend. Drie dagen later, na maanden van intense militaire opbouw langs de grenzen van Oekraïne, vielen Russische troepen Oekraïne op verschillende fronten binnen. Tussen 24 februari 2022 – de eerste dag van de grootschalige gewapende aanval door de Russische Federatie – en 12 maart 2023 heeft het Bureau van de Hoge Commissaris van de VN voor de mensenrechten (OHCHR) 22 400 burgerslachtoffers in het land geregistreerd: 8 400 burgers werden gedood en 14 000 burgers waren gewond. De werkelijke cijfers liggen waarschijnlijk echter aanzienlijk hoger.
Sinds het begin van de invasie heeft de EU de niet-uitgelokte en ongerechtvaardigde militaire agressie van Rusland tegen Oekraïne in de sterkst mogelijke bewoordingen veroordeeld. Op 23 februari 2022 heeft de Raad van de EU een nieuw sanctiepakket aangenomen als reactie op de erkenning door Rusland van de oblasten Donetsk en Loehansk als onafhankelijke entiteiten en de bevelvoering van Russische strijdkrachten in die gebieden. Sinds 24 februari 2022 heeft de EU beperkende maatregelen in diverse sectoren sterk uitgebreid door opeenvolgende sanctiepakketten aan te nemen (tien sanctiepakketten tegen april 2023). Zij heeft ook een aanzienlijk aantal personen en entiteiten aan de sanctielijst toegevoegd. Het algemene doel van deze maatregelen is de druk op Rusland op te voeren om de oorlog te beëindigen.
Oekraïne heeft op 28 februari 2022 zijn officiële verzoek om toetreding tot de EU ingediend en kreeg op 23 juni 2022 de status van kandidaat-lidstaat na een unaniem besluit van de leiders van de 27 EU-lidstaten. Dit historische besluit was gebaseerd op de aanbeveling van de Europese Commissie van 17 juni 2022, waarin werd geadviseerd Oekraïne de status van kandidaat-lidstaat te verlenen op voorwaarde dat het land zeven specifieke hervormingen zou doorvoeren. De Europese Commissie volgt de vorderingen van Oekraïne bij het voldoen aan de voorwaarden in haar advies over het verzoek om toetreding. Haar uitgebreide verslag aan de Europese Raad, dat deel uitmaakt van het reguliere uitbreidingspakket, wordt in het najaar van 2023 verwacht.
De Raad van de Europese Unie heeft de richtlijn tijdelijke bescherming op 4 maart 2022 geactiveerd om mensen die de oorlog in Oekraïne ontvluchten snelle en doeltreffende hulp te bieden en te garanderen dat Oekraïense vluchtelingen in alle EU-lidstaten dezelfde normen en rechten genieten, waaronder het recht op huisvesting, medische zorg, werk en onderwijs. In mei 2022 werd het initiatief solidariteitscorridors tussen de EU en Oekraïne geïntroduceerd om Oekraïne in staat te stellen landbouwproducten uit te voeren en de goederen die het nodig heeft in te voeren. Bovendien hebben de EU en het Europees Parlement consequent steun verleend aan het door de VN tot stand gebrachte Zwarte Zee-graaninitiatief dat een kader schept om aanzienlijke hoeveelheden graan en voedselvoorraden uit drie belangrijke Oekraïense havens aan de Zwarte Zee via een overeengekomen Zwarte-Zeecorridor op de wereldmarkten te brengen.
Sinds het begin van de Russische aanvalsoorlog hebben de EU, haar lidstaten en haar financiële instellingen in het kader van een Team Europa-initiatief 37,8 miljard EUR vrijgemaakt om de economische, sociale en financiële weerbaarheid van Oekraïne te versterken en het land te helpen zich snel te herstellen. De steun neemt voornamelijk de vorm aan van macrofinanciële bijstand (met langetermijnleningen voor een totaalbedrag van 25,2 miljard EUR die in 2022 en 2023 zijn vastgelegd), maar omvat ook begrotingssteun, crisisrespons, noodhulp en humanitaire hulp. Tegelijkertijd is tot 17 miljard EUR aan EU-middelen beschikbaar gesteld om de lidstaten te helpen in de behoeften van de Oekraïense vluchtelingen te voorzien. In januari 2023 heeft de EU een multi-institutioneel donorcoördinatieplatform opgericht om ervoor te zorgen dat internationale donoren nauw samenwerken en dat de steun voor het herstel- en wederopbouwproces van Oekraïne op coherente, transparante en verantwoordelijke wijze wordt verleend.
Op 16 maart 2022 zijn de Oekraïense en Moldavische elektriciteitsnetten gesynchroniseerd met het continentale Europese net. De EU heeft een aantal maatregelen genomen om Oekraïne een stabiele energievoorziening te helpen garanderen. Zo heeft zij de levering van gas aan Oekraïne mogelijk gemaakt via fysieke reverse-flowcapaciteit en heeft zij Oekraïne in staat gesteld te profiteren van de gezamenlijke aankoop door de EU van gas, vloeibaar aardgas en waterstof.
Sinds 24 februari 2022 hebben de EU en haar lidstaten bijna 12 miljard EUR aan militaire bijstand aan Oekraïne verstrekt in de vorm van wapens en uitrusting. Hiervan is 4,6 miljard EUR gemobiliseerd in het kader van de Europese Vredesfaciliteit. Voorts is op 17 oktober 2022 de militaire bijstandsmissie van de Europese Unie ter ondersteuning van Oekraïne (EUMAM Oekraïne) opgezet om de militaire capaciteit van de Oekraïense strijdkrachten te versterken door middel van grootschalige opleiding. Op 20 maart 2023 heeft de Raad van de Europese Unie een driesporenplan goedgekeurd dat erop gericht is Oekraïne met spoed te voorzien van munitie en, desgevraagd, raketten, hetzij uit de bestaande nationale voorraden, hetzij door de gezamenlijke aanschaf van nieuw geproduceerde munitie.
De EU-adviesmissie (EUAM) Oekraïne is in december 2014 in het land aan de slag gegaan en coördineert de internationale steun voor de civiele veiligheidssector. Naast haar operationele activiteiten verstrekt zij de Oekraïense autoriteiten strategisch advies, inclusief opleiding, over de ontwikkeling van duurzame, verantwoordelijke en efficiënte veiligheidsdiensten die de rechtsstaat versterken. Na de inval van Rusland heeft de Europese Raad het mandaat van de EUAM zodanig gewijzigd dat zij Oekraïne kan bijstaan bij het onderzoeken en vervolgen van internationale misdrijven.
A. Standpunt van het Europees Parlement
In de loop van 2021 heeft het Europees Parlement resoluties aangenomen over de Russische militaire opbouw langs de grens met Oekraïne (één in april en één in december 2021). Ook heeft het eind januari 2022 een delegatie van leden van zijn Commissie buitenlandse zaken en zijn Subcommissie veiligheid en defensie naar Oekraïne gestuurd.
Na het begin van de grootschalige Russische aanvalsoorlog tegen Oekraïne op 24 februari 2022 heeft het Europees Parlement op 1 maart 2022 een buitengewone plenaire vergadering gehouden en een belangrijke resolutie aangenomen waarin het zijn standpunt uiteenzet:
- het veroordeelt in de krachtigste bewoordingen de illegale, niet-uitgelokte en ongerechtvaardigde militaire agressie tegen en invasie van Oekraïne door de Russische Federatie, alsook de betrokkenheid van Belarus bij deze agressie;
- het eist dat de Russische Federatie onmiddellijk alle militaire activiteiten in Oekraïne stopzet, alle militaire en paramilitaire strijdkrachten en militaire uitrusting onvoorwaardelijk terugtrekt uit het gehele internationaal erkende grondgebied van Oekraïne, en de territoriale integriteit, soevereiniteit en onafhankelijkheid van Oekraïne binnen zijn internationaal erkende grenzen volledig eerbiedigt;
- het onderstreept dat de militaire agressie en invasie een ernstige schending van het internationaal recht, met name het Handvest van de Verenigde Naties, vormen, en roept de Russische Federatie ertoe op de verantwoordelijkheden van een permanent lid van de VN-Veiligheidsraad inzake de handhaving van vrede en veiligheid weer op zich te nemen en haar verplichtingen uit hoofde van de Slotakte van Helsinki, het Handvest van Parijs voor een Nieuw Europa en het Memorandum van Boedapest weer na te komen;
- het beschouwt de Russische inval in Oekraïne niet alleen als een aanval op een soeverein land, maar ook als een aanval op de beginselen en het mechanisme van samenwerking en veiligheid in Europa en de op regels gebaseerde internationale orde, zoals gedefinieerd in het VN-Handvest;
- het verzoekt de EU-instellingen te werken aan de toekenning van de status van kandidaat-lidstaat aan Oekraïne, overeenkomstig artikel 49 van het Verdrag betreffende de Europese Unie en op basis van verdienste, en in de tussentijd te blijven werken aan de integratie van Oekraïne in de interne markt van de EU in overeenstemming met de associatieovereenkomst;
- het is ingenomen met de snelle vaststelling van sancties door de Raad, maar wijst op de noodzaak om aanvullende strenge sancties vast te stellen.
Het Europees Parlement heeft de situatie in Oekraïne op de voet gevolgd en een politiek standpunt ingenomen in een reeks van resoluties, met name in een op 7 april 2022 aangenomen resolutie, waarin het onder meer opriep tot:
- aanvullende strafmaatregelen, waaronder per direct een volledig embargo op de Russische invoer van olie, kolen, kernbrandstof, vergezeld van een plan om de energievoorziening van de EU veilig te stellen en de volledige afsluiting van de Nordstream 1- en 2-gaspijpleidingen;
- de uitsluiting van Rusland van de G20 en andere multilaterale organisaties zoals de Mensenrechtenraad van de VN, Interpol, de Wereldhandelsorganisatie, Unesco en andere;
- de uitsluiting van Russische banken van het betaalsysteem Swift en een verbod voor Russische schepen om territoriale wateren van de EU binnen te varen en in EU-havens aan te meren;
- de beëindiging van de samenwerking met Russische bedrijven bij bestaande en nieuwe nucleaire projecten en de beëindiging van de wetenschappelijke samenwerking met Russische energiebedrijven.
Andere relevante resoluties van het Europees Parlement zijn:
- de resoluties van 5 mei 2022 over de gevolgen van de oorlog tegen Oekraïne voor vrouwen en over de gevolgen van de illegale aanvalsoorlog van Rusland tegen Oekraïne voor de sectoren vervoer en toerisme in de EU;
- de resoluties van 19 mei 2022 over de sociale en economische gevolgen voor de EU van de Russische oorlog in Oekraïne – versterking van het vermogen van de EU om op te treden, over het voorstel voor een verordening tot tijdelijke liberalisering van de handel bovenop de handelsconcessies die op Oekraïense producten van toepassing zijn krachtens de Associatieovereenkomst en over het voorstel voor een verordening wat betreft het bij Eurojust verzamelen, bewaren en analyseren van bewijsmateriaal in verband met genocide, misdaden tegen de menselijkheid en oorlogsmisdaden;
- de aanbeveling aan de Raad van 8 juni 2022, waarin het Europees Parlement zijn oproep herhaalde om Oekraïne de status van kandidaat-lidstaat van de EU te verlenen, en de resolutie van 23 juni 2022 over de status van kandidaat-lidstaat van Oekraïne, Moldavië en Georgië, waarin het Parlement deze oproep herhaalde;
- de resolutie van 15 september 2022 over de mensenrechtenschendingen in de context van gedwongen uitzetting van Oekraïense burgers naar en gedwongen adoptie van Oekraïense kinderen in Rusland;
- de resolutie van 6 oktober 2022 over de escalatie door Rusland van zijn aanvalsoorlog tegen Oekraïne;
- de resolutie van 23 november 2022 over de erkenning van de Russische Federatie als staatssponsor van terrorisme – kort na de aanneming van deze resolutie werd het Europees Parlement het doelwit van een geraffineerde cyberaanval, waarbij een pro-Kremlin groepering de verantwoordelijkheid opeiste;
- de resolutie van 15 december 2022 waarin de Holodomor van 1932-1933 wordt erkend als genocide op het Oekraïense volk;
- de resolutie van 19 januari 2023 waarin wordt opgeroepen tot de oprichting van een speciaal tribunaal om Russische misdaden in Oekraïne te bestraffen en de militaire en politieke leiders van Rusland en Belarus ter verantwoording te roepen;
- de resolutie van 2 februari 2023 over de voorbereiding van de top EU-Oekraïne, waarin het Parlement zowel de EU-instellingen als de Oekraïense autoriteiten oproept om toe te werken naar het begin van de toetredingsonderhandelingen en een routekaart te steunen waarin de volgende stappen worden geschetst om de toetreding van Oekraïne tot de interne markt van de EU mogelijk te maken, met de nadruk op het bieden van tastbare voordelen voor de Oekraïense samenleving en burgers vanaf het begin van het proces;
- de resolutie van 16 februari 2023 over het feit dat het een jaar geleden is dat Rusland Oekraïne binnenviel en een aanvalsoorlog tegen dat land begon – in deze resolutie benadrukte het Europees Parlement dat Oekraïne zo lang als nodig is militaire steun moet krijgen, riep de EU en haar lidstaten op verdere actie te ondernemen om de Russische Federatie internationaal te blijven isoleren, ook wat betreft het lidmaatschap van Rusland van internationale organisaties en organen zoals de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties, en drong er bij Oekraïne, de Commissie en de Raad op aan ernaar te streven in dat jaar toetredingsonderhandelingen te beginnen.
Bovendien hebben de leiders van de fracties van het Europees Parlement (de Conferentie van voorzitters) op 9 juni 2022 een verklaring aangenomen waarin zij de Europese Raad krachtig oproepen Oekraïne de status van kandidaat-lidstaat van de EU te verlenen.
Na de toekenning van de prestigieuze Sacharovprijs voor de vrijheid van denken van het Europees Parlement aan de Oekraïense filmregisseur Oleg Sentsov in 2018, werd de prijs in 2022 toegekend “aan het dappere volk van Oekraïne, vertegenwoordigd door zijn president, gekozen vertegenwoordigers en het maatschappelijk middenveld”. De prijsuitreiking vond plaats op 14 december 2022 in Straatsburg. De bijeenkomst werd bijgewoond door Oleksandra Matviichuk, mensenrechtenadvocaat en voorzitter van de niet-gouvernementele organisatie Center for Civil Liberties (die ook de Nobelprijs voor de vrede van 2022 heeft gewonnen), Yuliia Paievska, oprichtster van de medische evacuatie-eenheid Taira’s Angels, Ivan Fedorov, burgemeester van Melitopol, en Yaroslav Bozhko, woordvoerder van de Yellow Ribbon Civil Resistance Movement. President Zelensky sprak tijdens de ceremonie door middel van een videoboodschap.
Het Europees Parlement heeft technische bijstand en bijstand in natura verleend aan het Oekraïense parlement, de Verchovna Rada, met name op het gebied van IT, communicatie, juridische bijstand en vertaling. Het heeft ook een aantal communicatie-instrumenten ontwikkeld, zoals de website Stand with Ukraine, die beschikbaar is in het Engels en het Oekraïens, en een Twitter-account van het Europees Parlement in het Oekraïens.
Het Parlement heeft ook een reeks concrete maatregelen genomen om het maatschappelijk middenveld en de bevolking van Oekraïne te bereiken en te steunen. Zo heeft het een hub voor het Oekraïense maatschappelijk middenveld geopend in het Station Europe-gebouw in Brussel en een initiatief gestart onder de naam “Generatoren van hoop”, in het kader waarvan het op 8 december 2022 een generator heeft gedoneerd en zeven generatoren rechtstreeks naar de Verchovna Rada heeft verscheept.
B. Interparlementaire samenwerking
Het uitbreken van een grootschalige oorlog en de toekenning van de officiële status van kandidaat-lidstaat van de EU aan Oekraïne hebben geleid tot een intensievere dialoog en meer persoonlijke bezoeken op alle niveaus, ook tussen de leiders van beide parlementen, fracties, parlementaire commissies en andere relevante organen, en binnen het Parlementair Associatiecomité EU-Oekraïne.
Op 1 april 2022 was de voorzitter van het Europees Parlement, Roberta Metsola, de eerste EU-leider die naar Oekraïne reisde sinds de Russische invasie. Zij bezocht Kiev, waar zij de Verchovna Rada toesprak en een ontmoeting had met president Zelensky, premier Denys Sjmyhal en vertegenwoordigers van de fracties van de Verchovna Rada. Ter gelegenheid van de Dag van de Oekraïense staat op 28 juli 2022 sprak voorzitter Metsola de Verchovna Rada toe via een videoboodschap waarin zij de toezeggingen van de EU om Oekraïne te helpen bij het herstel en de wederopbouw, opnieuw bevestigde. Op 5 september 2022 bezocht de Oekraïense premier Denys Sjmyhal het Europees Parlement en had hij een ontmoeting met voorzitter Metsola en de leiders van de fracties. Op 14 september 2022 woonde de echtgenote van president Zelensky, Olena Zelenska, het debat bij over de toespraak over de Staat van de Unie tijdens de plenaire vergadering van het Europees Parlement in Straatsburg.
De secretaris-generaal van het Europees Parlement, Klaus Welle, heeft Oekraïne van 19 tot 22 september 2022 bezocht op uitnodiging van zijn tegenhanger in de Verchovna Rada. Daar had hij een ontmoeting met onder anderen de eerste vicevoorzitter van de Verchovna Rada Oleksandr Korniyenko om de steun van het Europees Parlement aan de Rada te bespreken.
President Zelensky sprak de plenaire vergadering van het Europees Parlement toe tijdens de uitreiking van de Sacharovprijs op 14 december 2022, terwijl op dezelfde dag voorzitter Metsola de Verchovna Rada toesprak over de vorderingen van Oekraïne als kandidaat-lidstaat van de EU. Op 9 februari 2023 hield het Parlement een buitengewone plenaire vergadering (formele zitting) die door president Zelensky persoonlijk werd bijgewoond. Op 4 maart 2023 nam voorzitter Metsola deel aan de conferentie United for Justice in Lviv en had zij een ontmoeting met onder meer president Zelensky, Ruslan Stefanchuk, de voorzitter van de Verchovna Rada, en Andriy Kostin, de Oekraïense procureur-generaal. Zij en president Zelensky hadden ook een ontmoeting met studenten van de Nationale Ivan Franko-universiteit.
Op 2 december 2022 bracht een delegatie van leden van de Commissie buitenlandse zaken en de Subcommissie veiligheid en defensie van het Europees Parlement een bezoek aan Kiev voor een ontmoeting met belangrijke Oekraïense ambtenaren en leden van de Verchovna Rada. Op 20 februari 2023 brachten zes leden van de Bijzondere Commissie buitenlandse inmenging in alle democratische processen in de Europese Unie, met inbegrip van desinformatie, en ter versterking van de integriteit, transparantie en verantwoordingsplicht in het Europees Parlement (ING2) een bezoek aan Kiev. Daar volgden zij een intensief programma van ontmoetingen over buitenlandse inmenging, desinformatie en EU-steun aan Oekraïne in de context van de Russische aanvalsoorlog en de status van Oekraïne als kandidaat-lidstaat van de EU.
Het Parlementair Associatiecomité EU-Oekraïne is sinds het begin van de grootschalige Russische invasie regelmatig bijeengekomen. De 13e vergadering van het Parlementair Associatiecomité – een buitengewone vergadering – werd gehouden op 24 maart 2022, met Oekraïense parlementsleden die deze op afstand bijwoonden, en er werd een gezamenlijke verklaring aangenomen. Op 8 en 9 juni 2022 vond in Straatsburg een gewone vergadering van het Parlementair Associatiecomité EU-Oekraïne plaats, waarbij alle deelnemers persoonlijk aanwezig waren. Ook tijdens deze vergadering werd een gezamenlijke verklaring van het Parlementair Associatiecomité aangenomen. Verschillende ad-hocdelegaties van de Verchovna Rada hebben het Europees Parlement bezocht, terwijl ook het Bureau van het Parlementair Associatiecomité, dat uit zijn medevoorzitters en vicevoorzitters bestaat, verschillende keren online bijeen is gekomen.
Op initiatief van voorzitter Metsola en voorzitter Stefanchuk hebben de twee parlementen op 12 april 2023 voor het eerst samen vergaderd. Doel was het contact tussen hun parlementaire commissies te versterken in verband met de door Oekraïne gekozen weg naar Europese integratie en de agenda voor harmonisatie van de wetgeving.
Het wettelijke kader voor het optreden van het Europees Parlement op het vlak van ondersteuning en capaciteitsopbouw bestaat uit het memorandum van overeenstemming met de Verchovna Rada, dat op 3 juli 2015 werd ondertekend en is verlengd voor de duur van de nieuwe parlementaire zittingsperiode, en de administratieve samenwerkingsovereenkomst, die in maart 2016 door de secretarissen-generaal van beide parlementen werd ondertekend.
In het kader van de democratieondersteunende activiteiten van het Europees Parlement in Oekraïne voert het Parlement een vérstrekkend programma uit voor capaciteitsopbouw van de Verchovna Rada. Deze inspanningen bouwen voort op de aanbevelingen die tussen september 2016 en februari 2017 zijn opgesteld tijdens de missie ter beoordeling van de behoeften onder leiding van Pat Cox, voormalig voorzitter van het Europees Parlement, die nog steeds nauw betrokken is bij de uitvoering en follow-up van de aanbevelingen.
In 2017 startte het Europees Parlement een politiek dialoog- en bemiddelingsproces onder de naam Jean Monnet-dialoog. In het kader van de Jean Monnet-dialoog met Oekraïne worden de voorzitter van de Verchovna Rada en de leiders van de fracties regelmatig betrokken bij besprekingen over de uitvoering van deze aanbevelingen, alsmede over de interne hervorming van de Verchovna Rada.
Vooruitlopend op het streven van de Verchovna Rada naar een pretoetredingsagenda heeft het Europees Parlement onlangs een reeks onlineseminars voor Oekraïense parlementsleden opgezet. Deze zijn gericht op juridische harmonisatie, beste praktijken in wetgevingsprocessen, en ethiek en belangenconflicten. De twee parlementen werken ook nauwer samen op het gebied van de digitaliseringsagenda, strategische prognosecapaciteit en vertaaldiensten. Het Europees Parlement ontwikkelt een belangrijk parlementair mechanisme dat zal worden ingebed in de controlebevoegdheden van de Verchovna Rada en tot doel zal hebben de door Oekraïne ontvangen externe middelen te controleren. De werkzaamheden op dit gebied staan onder toezicht van een aangewezen leidend Europees parlementslid voor democratieondersteuning, Michael Gahler. Ook worden programma’s voorbereid om de positie van vrouwelijke parlementsleden te versterken en desinformatie aan te pakken.
C. Verkiezingswaarneming
Vrije en eerlijke verkiezingen vormen de hoeksteen van een geconsolideerde democratie. Het Europees Parlement heeft in 2014 en 2015 waarnemingsmissies gestuurd naar Oekraïne voor de presidentsverkiezingen, de parlementsverkiezingen en de lokale verkiezingen en in 2019 heeft het een waarnemingsmissie gestuurd voor de presidentsverkiezingen en voor de parlementsverkiezingen.
De EU en het Europees Parlement hebben de verkiezingen in de illegaal bezette gebieden nauwlettend gevolgd, met name de verkiezingen voor de Russische Doema in september 2021 waarbij de bezette Krim betrokken was. In zijn verklaring van 20 september 2021 benadrukte de vicevoorzitter van de Commissie/hoge vertegenwoordiger van de Unie voor buitenlandse zaken en veiligheidsbeleid dat de EU de zogenaamde verkiezingen op het bezette schiereiland de Krim niet erkent.
Volgens de grondwet van Oekraïne moeten in het najaar van 2023 gewone parlementsverkiezingen, in het voorjaar van 2024 presidentsverkiezingen en in het najaar van 2025 lokale verkiezingen worden gehouden. Er kunnen echter geen verkiezingen plaatsvinden zolang de staat van beleg van kracht is. De eerste naoorlogse verkiezingen zullen ongekende uitdagingen meebrengen, aangezien een aanzienlijk deel van de verkiezingsinfrastructuur beschadigd is en miljoenen kiezers binnen of buiten het land ontheemd zijn.
Er is reeds begonnen met de beoordeling van de gevolgen van de oorlog voor het electoraat en de verkiezingsinfrastructuur in Oekraïne en met de voorbereiding van het nieuwe verkiezingslandschap. De Oekraïense verkiezingsautoriteiten krijgen hulp van de internationale gemeenschap bij het organiseren van stemmingen in het buitenland. Het Europees Parlement houdt eind mei 2023 een parlementaire verkiezingsdialoog over dit onderwerp, in samenwerking met International Idea en de International Foundation for Electoral Systems, die Oekraïne grootschalige verkiezingsondersteuning biedt en het land helpt het beste model voor stemmen in het buitenland te bepalen, met de nadruk op Oekraïense vluchtelingen in het buitenland.
Moldavië
Op 27 juni 2014 ondertekenden de EU en Moldavië een associatieovereenkomst. Daarbij hoorde ook een DCFTA, die in juli 2016 van kracht werd. De associatieovereenkomst heeft de politieke en economische banden tussen Moldavië en de EU versterkt. In de overeenkomst wordt onder meer voorzien in hervormingen op gebieden die essentieel zijn voor een goed bestuur en voor de economische ontwikkeling, en heeft in meerdere sectoren tot meer samenwerking geleid. Met de ondertekening van de overeenkomst verbond Moldavië zich ertoe zijn binnenlands beleid aan te passen aan de wetten en praktijken van de EU. De routekaart voor de uitvoering van de Associatieovereenkomst is vastgesteld in de associatieagenda, waarvan de laatste versie – de herziene associatieagenda 2021-2027 – in augustus 2022 is overeengekomen. De EU is verreweg de belangrijkste handelspartner van Moldavië en neemt 52 % van de totale handel voor haar rekening. Zij is ook de grootste investeerder in het land.
Sinds de inwerkingtreding van de visumliberalisering voor korte verblijven in april 2014 hebben meer dan 2,5 miljoen Moldavische burgers met een biometrisch paspoort zonder visum naar het Schengengebied gereisd, wat het toerisme, de zakelijke betrekkingen en de contacten tussen mensen heeft bevorderd.
De democratische normen in Moldavië zijn enige tijd verslechterd, waardoor de EU de uitbetaling van haar macrofinanciële bijstand in 2018 heeft opgeschort. De begrotingssteun werd echter hervat in 2019 in het licht van de hernieuwde afspraak van Moldavië om het rechtsstelsel te hervormen en de rechtsstaat te handhaven.
Op 2 juni 2021 publiceerde de Commissie het EU-economisch herstelplan voor Moldavië, waarin 600 miljoen EUR wordt uitgetrokken om het sociaaleconomische herstel van het land na COVID-19 te ondersteunen, de groene en digitale transitie te bevorderen en het onbenutte economische potentieel van het land te benutten.
De Party of Action and Solidarity (PAS) van president Maia Sandu, die EU-gezind is, behaalde tijdens de vervroegde parlementsverkiezingen van 11 juli 2021 een grote overwinning. Het door de PAS gedomineerde parlement heeft de benoeming van Natalia Gavrilița tot premier goedgekeurd en ingestemd met haar ambitieuze programma om het voormalige Sovjetland uit een langdurige politieke en economische crisis te halen en het land dichter bij de EU te brengen – de belangrijkste prioriteit op het gebied van buitenlands beleid – door de associatieovereenkomst tussen de EU en Moldavië volledig uit te voeren.
De nabijgelegen ligging van Oekraïne heeft Moldavië bijzonder kwetsbaar gemaakt voor de Russische agressie tegen Oekraïne. Dit heeft het land zwaar getroffen. Tegen deze achtergrond heeft Moldavië de historische stap gezet om op 3 maart 2022 formeel het EU-lidmaatschap aan te vragen. Tijdens de bijeenkomst van de Europese Raad van 23 juni 2022 kreeg het land de status van kandidaat-lidstaat, waarmee een nieuwe strategische fase in de betrekkingen tussen de EU en Moldavië werd ingeluid.
In het licht van de oorlog in Oekraïne schaart de EU zich in solidariteit achter Moldavië. Sinds oktober 2021 heeft zij het land meer dan 1,09 miljard EUR steun verleend in de vorm van subsidies en leningen. De EU streeft ernaar de veerkracht, veiligheid, stabiliteit, economie en energiezekerheid van Moldavië te versterken, de samenwerking op het gebied van veiligheid en defensie te verbeteren en de inspanningen van Moldavië om hervormingen door te voeren en toe te treden tot de EU, te ondersteunen. In januari 2022 stelde de Commissie een macrofinancieel bijstandspakket van 150 miljoen EUR voor Moldavië voor (waarvan twee tranches in 2022-2023 werden uitbetaald) en op 24 januari 2023 stelde zij voor dit te verhogen met 145 miljoen EUR. Het Europees Parlement heeft dit voorstel op 9 mei 2023 goedgekeurd en de Raad zal dat eind mei 2023 doen. De uitbetaling van de macrofinanciële bijstand is afhankelijk van de uitvoering van zowel het IMF-programma als de in het memorandum van overeenstemming overeengekomen beleidsmaatregelen.
De Moldavische autoriteiten voeren nu hun hervormingsinspanningen op om de negen voorwaarden van het advies van de Commissie over het verzoek van Moldavië om toetreding tot de EU uit te voeren en te voldoen aan de doelstellingen van de associatieagenda EU-Moldavië, die een drijvende kracht blijft achter de hervormingen en de aanpassing aan het EU-acquis. De aanbevelingen in het analytisch verslag van de Commissie van februari 2023 vormen ook een leidraad voor de hervormings- en aanpassingsinspanningen van het land.
De zevende zitting van de Associatieraad tussen de EU en Moldavië vond plaats in Brussel op 7 februari 2023. Tijdens deze bijeenkomst herhaalden de EU en Moldavië hun verbintenis om hun politieke associatie te versterken en hun economische integratie te verdiepen. Moldavië onderstreepte ook dat vastbesloten te zijn aan de nodige eisen te voldoen om zo spoedig mogelijk met de toetredingsonderhandelingen te beginnen.
De Commissie zal in haar volgende uitbreidingspakket in oktober 2023 verslag uitbrengen over de voorbereidingen van Moldavië.
Op 10 februari 2023 trad premier Gavrilița af en werd Dorin Recean, een voormalig adviseur van president Sandu, aangesteld als nieuwe premier. De regering werd ook herschikt. De nieuwe regering volgt een EU-gezinde agenda, met een nieuwe focus op nationale veiligheid en op het versneld doorvoeren van hervormingen als onderdeel van het proces van toetreding tot de EU.
Sinds februari 2023 heeft Rusland zijn hybride oorlogsvoering tegen Moldavië opgevoerd en probeert het nu openlijk via zijn volmachten de EU-gezinde regering van Moldavië te destabiliseren door cyberaanvallen uit te voeren, desinformatie te verspreiden, sociale onrust te zaaien en valse bommeldingen te doen. President Sandu heeft publiekelijk gewaarschuwd voor een mogelijke door Rusland gesteunde gewapende staatsgreep in de mom van protesten van de oppositie. In reactie daarop versterkt de EU haar samenwerking met Moldavië op het gebied van veiligheid en defensie en zet zij in het kader van het gemeenschappelijk veiligheids- en defensiebeleid een EU-partnerschapsmissie (EUPM Moldavië) in het land in.
Moldavië zal gastheer zijn voor de tweede top van de Europese Politieke Gemeenschap, die op 1 juni 2023 in Chișinău zal plaatsvinden. Het besluit om de top in Moldavië te houden is een belangrijk politiek signaal dat het belang van het land voor de EU benadrukt. Het organiseren van de top is echter een grote uitdaging voor een land met beperkte administratieve capaciteit.
De regio Transnistrië, die zich van Moldavië heeft afgescheiden en zichzelf in 1990 onafhankelijk heeft verklaard, blijft een groot probleem voor Moldavië. Dit is een nog grotere uitdaging geworden in de context van de oorlog in Oekraïne, vanwege de aanwezigheid van Russische troepen en de afhankelijkheid van Moldavië van elektriciteit uit Transnistrië. De EU neemt als waarnemer deel aan het 5+2-onderhandelingsproces over de regeling van het conflict in Transnistrië. Hoewel het onderhandelingsproces de facto sinds 2022 is bevroren, blijft de EU pleiten voor een uitgebreide, vreedzame regeling op basis van de soevereiniteit en territoriale eenheid van Moldavië en een speciale status voor Transnistrië. Bovendien zijn de reeds gespannen betrekkingen tussen de autonome regio Gagaoezië en de centrale regering in Chișinău nog meer gespannen geraakt door de inval van Rusland in Oekraïne, en zullen die voor uitdagingen blijven zorgen.
A. Standpunt van het Europees Parlement
In zijn resolutie van 20 oktober 2020 erkent het Europees Parlement de verbeteringen die in Moldavië zijn doorgevoerd in de bevordering van democratische normen en de bestrijding van corruptie, maar herhaalt het zijn oproep tot een onafhankelijke, onpartijdige rechterlijke macht. Een maand nadat Moldavië zijn verzoek om toetreding tot de EU had ingediend, nam het Europees Parlement op 5 mei 2022 een resolutie aan waarin het de EU-instellingen opriep Moldavië de status van kandidaat-lidstaat van de EU te verlenen en het land in de interne markt van de EU te integreren. Het Parlement heeft de Commissie ook verzocht de financiële en technische bijstand aan Moldavië verder te verhogen, onder meer door middel van een nieuw voorstel voor macrofinanciële bijstand, maatregelen voor de liberalisering van vervoer en handel, en verdere steun voor vluchtelingenbeheer en humanitair werk.
Bij de goedkeuring van zijn verslag over de uitvoering van de associatieovereenkomst tussen de EU en Moldavië op 19 mei 2022 heeft het Europees Parlement opnieuw opgeroepen Moldavië de status van kandidaat-lidstaat te verlenen. In het verslag wordt onderstreept dat enkele belangrijke stappen zijn gezet om de hervormingen uit te voeren, maar dat er nog veel werk moet worden verzet, met name om de belangrijkste staatsinstellingen te versterken. Deze oproep werd herhaald in de resolutie van 23 juni 2022 over de status van kandidaat-lidstaat van Oekraïne, de Republiek Moldavië en Georgië.
Naar aanleiding van de toename van hybride bedreigingen waarmee Moldavië wordt geconfronteerd in de context van de oorlog van Rusland tegen Oekraïne, heeft het Europees Parlement op 19 april 2023 een resolutie aangenomen waarin het zijn onwrikbare steun voor de onafhankelijkheid, soevereiniteit en territoriale integriteit van het land in deze bijzonder moeilijke tijden herhaalt.
B. Interparlementaire samenwerking
Op 18 mei 2022 sprak president Sandu, op uitnodiging van voorzitter Metsola, de plenaire vergadering van het Europees Parlement in Brussel toe, midden in de oorlog in Oekraïne. Dit was een sterk teken van steun voor het land, dat onevenredig zwaar door de oorlog is getroffen. Voorzitter Metsola bezocht Moldavië op 11 november 2022 voor een ontmoeting met president Sandu en premier Gavriliţa en om het Moldavische parlement toe te spreken. Tijdens haar bezoek herhaalde zij met klem de steun van het Europees Parlement voor het EU-lidmaatschap van Moldavië.
In artikel 440 van de associatieovereenkomst tussen de EU en Moldavië is de oprichting van een Parlementair Associatiecomité (PAC) voorzien. De eerste vergadering van het PAC vond plaats op 16 oktober 2014 en de 13e vond op afstand plaats in Brussel op 23 maart 2023. Het PAC heeft de integratie van Moldavië in de EU uitdrukkelijk gesteund sinds het land in maart 2023 het EU-lidmaatschap heeft aangevraagd. In april 2023 riep het de EU-instellingen op Moldavië de status van kandidaat-lidstaat van de EU te verlenen. Tijdens de laatste twee vergaderingen van het PAC zijn krachtige verklaringen aangenomen waarin de EU-instellingen worden opgeroepen de toetredingsonderhandelingen eind 2023 te openen, zodra Moldavië de negen aanbevelingen van de Commissie heeft uitgevoerd, en waarin zij dringend worden opgeroepen Moldavië geleidelijk in de interne markt te integreren. Het Europees Parlement heeft Moldavië aangewezen als prioritair land voor zijn werkzaamheden ter ondersteuning van de democratie en voert samen met het parlement van Moldavië een breed scala aan activiteiten uit, zowel op politiek als op bestuurlijk niveau. Het kader voor deze activiteiten wordt geboden door het memorandum van overeenstemming dat in november 2021 is ondertekend door David Sassoli, voormalig voorzitter van het Europees Parlement, en Igor Grosu, voorzitter van het Moldavische parlement. Dit memorandum van overeenstemming wordt aangevuld door een routekaart.
Een aantal van de activiteiten van het Europees Parlement in Moldavië is gericht op bijstand voor maatregelen ter bestrijding van desinformatie en buitenlandse inmenging in democratische processen (het programma Triangle for Democracy), op de bevordering van een cultuur van dialoog en politiek debat in het Moldavische parlement (Jean Monnet-dialoog) en op capaciteitsopbouw op zowel politiek als bestuurlijk niveau.
C. Verkiezingswaarneming
Het Europees Parlement heeft een delegatie gestuurd naar de internationale verkiezingswaarnemingsmissie onder leiding van het Bureau voor Democratische Instellingen en Mensenrechten van de OVSE (OVSE/ODIHR) om toezicht te houden op de parlementsverkiezingen in Moldavië van 11 juli 2021. De waarnemers merkten op dat deze verkiezingen over het algemeen goed georganiseerd, vrij en concurrerend waren, ondanks enkele resterende tekortkomingen die bij toekomstige verkiezingen moeten worden aangepakt.
In december 2022 heeft het Moldavische parlement een nieuwe kieswet aangenomen waarin belangrijke aanbevelingen van internationale en lokale deskundigenorganisaties, waaronder de Commissie van Venetië, zijn verwerkt. De nieuwe wet is op 1 januari 2023 in werking getreden. Deze heeft betrekking op de aanbevelingen van de verkiezingswaarnemingsdelegatie van het Europees Parlement, die werd geleid door de voorzitter van de Commissie buitenlandse zaken van het Europees Parlement, David McAllister. De internationale gemeenschap zal echter pas weten of de aanbevelingen volledig zijn uitgevoerd als de nieuwe regels naar behoren worden gehandhaafd. Daarom kan het Europees Parlement een verkiezingswaarnemingsdelegatie naar Moldavië sturen om de doeltreffendheid en de handhaving van de wet te beoordelen tijdens de lokale verkiezingen in het najaar van 2023, die de eerste zullen zijn die onder de nieuwe regels plaatsvinden.
Belarus
De voorbije decennia verliepen de betrekkingen tussen de EU en Belarus soms moeizaam wegens de aanhoudende schendingen van de mensenrechten en burgerrechten in Belarus. Tussen 2014 en 2020 leek het land echter een opener houding aan te nemen tegenover de EU en het Oostelijk Partnerschap. De betrekkingen tussen Belarus en de westelijke landen waren enigszins verbeterd, en Belarus had een belangrijke rol gespeeld als gastheer voor de gesprekken over de crisis in Oekraïne, waarbij de EU als bemiddelaar optrad. Als reactie hierop volgde de EU ten aanzien van Belarus een beleid van “kritische betrokkenheid”, zoals omschreven in de conclusies van de Raad van 15 februari 2016, volgens welke tastbare stappen van Belarus om de fundamentele vrijheden, de rechtsstaat, mensenrechten – inclusief de vrijheid van meningsuiting en de media – en arbeidsrechten te verankeren, essentiële criteria zullen blijven om het toekomstige EU-beleid voor dit land vorm te geven. In 2017 werden er onderhandelingen gevoerd over een mobiliteitspartnerschap, en per 1 juli 2020 traden er visaversoepelingen en overnameovereenkomsten in werking om de contacten tussen mensen te stimuleren.
Ondanks de hervatting van de mensenrechtendialoog tussen de EU en Belarus, de oprichting van een coördinatiegroep tussen de EU en Belarus, bestaande uit hooggeplaatste deskundigen in 2016 en de goedkeuring van een mensenrechtenactieplan voor 2016-2019, en ondanks zijn actieve deelname aan bilaterale en multilaterale bijeenkomsten in het kader van het Oostelijk Partnerschap, heeft Belarus zijn toezeggingen op het gebied van de mensenrechten helaas niet waargemaakt. Het blijft het enige land op het Europese continent dat nog steeds de doodstraf voltrekt, waardoor het de jure is uitgesloten van de Raad van Europa. Er is regelmatig sprake van debatten over een moratorium op de doodstraf met het oog op mogelijke afschaffing ervan, maar dat lijkt een rookgordijn, omdat er tot nu toe geen concrete maatregelen zijn genomen.
Het gebruik van geweld tegen vreedzame demonstranten in februari en maart 2017 werd door de EU scherp veroordeeld. De vervroegde parlementsverkiezingen van 18 november 2019 werden ontsierd door een aantal wanpraktijken en tekortkomingen, als gevolg waarvan de oppositie niet vertegenwoordigd was in het parlement. De presidentsverkiezingen van 9 augustus 2020 werden door de internationale gemeenschap geacht noch vrij noch eerlijk te zijn verlopen en werden voorafgegaan door stelselmatige vervolging van oppositieleden, gevolgd door hard optreden tegen vreedzame demonstranten, vertegenwoordigers van de oppositie en journalisten op een schaal die nog niet eerder in de geschiedenis van het land was vertoond. Bijgevolg heeft de EU nieuwe reeksen sancties opgelegd (de laatste in juni 2022) tegen 195 personen en 35 entiteiten die verantwoordelijk worden gehouden voor of medeplichtig zijn aan verkiezingsfraude en gewelddadige onderdrukking, alsook het faciliteren van de ongerechtvaardigde en niet-uitgelokte aanvalsoorlog van Rusland tegen Oekraïne, en verklaarde zij bereid te zijn verdere beperkende maatregelen te treffen tegen de organen en hoge ambtenaren van het regime. Bovendien heeft de EU op centraal niveau de bilaterale samenwerking met de Belarussische autoriteiten tot een strikt minimum teruggeschroefd, haar steun aan de Belarussische bevolking en het maatschappelijk middenveld van Belarus verhoogd, en de bilaterale financiële bijstand dienovereenkomstig aangepast.
Als vergelding heeft het Belarussische regime zijn deelname aan het Oostelijk Partnerschap en aan bestaande structuren zoals de mensenrechtendialoog tussen de EU en Belarus en de coördinatiegroep EU-Belarus formeel opgeschort, en de EU-ambassadeur in Belarus verzocht het land te verlaten.
A. Standpunt van het Europees Parlement
Het Europees Parlement heeft een aantal resoluties aangenomen waarin het Belarus bekritiseert wegens de politieke gevangenen, de beperkingen van de mediavrijheid en het maatschappelijk middenveld, de niet-eerbiediging van de mensenrechten (inclusief het behoud van de doodstraf) en de onregelmatigheden bij de parlementsverkiezingen. In zijn resolutie van 19 april 2018 gaf het Europees Parlement aan de kritische betrokkenheid van de EU ten aanzien van Belarus te steunen, op voorwaarde dat er concrete stappen worden gezet in de richting van democratisering en eerbiediging van de fundamentele vrijheden en de mensenrechten. Het herhaalde in het bijzonder zijn oproep aan Belarus om zich achter een wereldwijd moratorium op de doodstraf te scharen, als eerste stap naar de definitieve afschaffing ervan. In zijn resolutie van 4 oktober 2018 hekelde het Parlement nogmaals de intimidatie en arrestatie van journalisten en onafhankelijke media, en herhaalde het zijn oproep tot meer respect voor de democratische beginselen, de rechtsstaat, de mensenrechten en de fundamentele vrijheden.
In reactie op de frauduleuze presidentsverkiezingen van 9 augustus 2020, en het daarop volgende gewelddadige optreden tegen oppositieleden, onafhankelijke media en vreedzame demonstranten, heeft het Europees Parlement resoluties aangenomen over de situatie in Belarus op 17 september 2020 en nogmaals op 26 november 2020. In deze resoluties namen de leden er nota van dat alle internationaal erkende normen bij deze verkiezingen op flagrante wijze zijn geschonden en dat een meerderheid van de Belarussen van mening was dat de kandidaat van de verenigde oppositie, Svetlana Tichanovskaja, was verkozen tot president van Belarus. Zij drongen aan op onmiddellijke EU-sancties tegen alle ambtenaren die verantwoordelijk zijn voor de verkiezingsfraude en repressie, onder wie voormalig president Aleksandr Loekasjenko. Zij betuigden hun steun aan de door mevrouw Tichanovskaja opgerichte coördinatieraad als interim-vertegenwoordiging van de bevolking die democratische verandering eist. De leden herhaalden deze principiële standpunten in hun aanbeveling van 21 oktober 2020 over de betrekkingen met Belarus.
Daarnaast hebben de voorzitter van de Delegatie voor de betrekkingen met Belarus van het Europees Parlement (D-BY) en de vaste rapporteur over Belarus een aantal gezamenlijke verklaringen uitgegeven waarin zij de constante verslechtering van de mensenrechtensituatie in Belarus betreurden en kritiek uitoefenden op het voortdurende machtsmisbruik van Loekasjenko. In december 2020 heeft het Europees Parlement een informatiebezoek gebracht aan Belarus om de behoeften van de Belarussische democratische krachten te inventariseren en te beoordelen hoe het Europees Parlement hen kan steunen, zowel op administratief als politiek niveau. Deze missie viel op symbolische wijze samen met de Sacharovprijsweek 2020, tijdens welke de democratische oppositie van Belarus werd geëerd. Als gevolg daarvan heeft het Europees Parlement onder auspiciën van zijn Subcommissie mensenrechten en in samenwerking met zijn Commissie buitenlandse zaken en de D-BY een platform opgezet tegen straffeloosheid van mensenrechtenschendingen in Belarus. Daarnaast heeft de Coördinatiegroep democratieondersteuning en verkiezingen een breed scala aan democratieondersteunende activiteiten voorgesteld die zijn toegesneden op Belarussische democratische activisten. In zijn resolutie van 10 juni 2021 over de systematische onderdrukking in Belarus en de gevolgen hiervoor voor de Europese veiligheid, naar aanleiding van de ontvoering uit een onderschept EU-passagiersvliegtuig door de Belarussische autoriteiten, heeft het Europees Parlement ook de wijdverbreide mensenrechtenschendingen in Belarus en de schandalige instrumentalisering van illegale migratie door het regime van Aleksandr Loekasjenko aan de kaak gesteld om de EU te destabiliseren. Deze principiële standpunten werden opnieuw bevestigd in de resolutie van het Europees Parlement van 7 oktober 2021 over de situatie in Belarus na een jaar van demonstraties en gewelddadige onderdrukking daarvan en, na een nieuwe golf van arrestaties, in zijn resolutie van 19 mei 2022 over de vervolging van de oppositie en de detentie van vakbondsleiders in Belarus, zijn resolutie van 24 november 2022 over de voortdurende onderdrukking van de democratische oppositie en het maatschappelijk middenveld in Belarus en zijn resolutie van 15 maart 2023 over de verdere onderdrukking van de bevolking van Belarus, en in het bijzonder de zaken van Andrzej Poczobut en Ales Bjaljatski.
B. Interparlementaire samenwerking
Het Europees Parlement heeft geen officiële betrekkingen met het parlement van Belarus, omdat het land er herhaaldelijk niet in is geslaagd vrije en eerlijke verkiezingen te houden en de internationale normen voor democratie en rechtsstaat na te leven, zoals geïllustreerd wordt door de nieuwe protestgolven en keiharde repressie na de frauduleuze parlementsverkiezingen van 18 november 2019 en de presidentsverkiezingen van 9 augustus 2020. Derhalve zijn de leden van het parlement van Belarus nog niet uitgenodigd om zitting te nemen in de Parlementaire Vergadering Euronest, omdat voldaan moet worden aan de OVSE-verkiezingsnormen alvorens te kunnen worden toegelaten. Niettemin zijn vertegenwoordigers van de Belarussische democratische krachten regelmatig uitgenodigd om de werkzaamheden van de Parlementaire Vergadering Euronest bij te wonen.
Bovendien onderhoudt het Europees Parlement een actieve en nauwe dialoog met de vertegenwoordigers van de democratische krachten van het land, onafhankelijke non-gouvernementele organisaties en het maatschappelijk middenveld, onder wie leden van de coördinatieraad en het door Svetlana Tichanovskaja opgerichte United Transitional Cabinet. Er vinden regelmatig vergaderingen van de D-BY plaats in Brussel en Straatsburg om de ontwikkeling van de betrekkingen tussen de EU en Belarus te bespreken en de politieke en economische situatie in het land alsook de laatste ontwikkelingen op het gebied van de democratie, de schendingen van de mensenrechten en de rechtsstaat te beoordelen. De D-BY heeft in juni 2015 en juli 2017 ook een bezoek gebracht aan Minsk, evenals het bureau van de D-BY in oktober 2018 en februari 2020.
C. Verkiezingswaarneming
Belarus heeft het Europees Parlement sinds 2001 niet uitgenodigd om verkiezingen waar te nemen. Zoals de gewoonte is in dergelijke gevallen, is het Europees Parlement afhankelijk van de evaluatie die in het land wordt verricht door de Parlementaire Vergadering van de Raad van Europa en de Parlementaire Vergadering van de OVSE/ODIHR. Helaas waren deze twee internationale waarnemers niet uitgenodigd als waarnemers bij de presidentsverkiezingen van 9 augustus 2020, hoewel het regime van Belarus eerder had toegezegd hen uit te zullen nodigen.
Florian Carmona / Levente Csaszi / Vanessa Cuevas Herman