Maatregelen op het gebied van consumentenbescherming
De Europese maatregelen op het gebied van consumentenbescherming zijn bedoeld om de gezondheid, de veiligheid en de economische en juridische belangen van Europese consumenten te beschermen, ongeacht waar in de Europese Unie zij wonen, reizen of aankopen doen. Er zijn zowel EU-voorschriften met betrekking tot fysieke transacties als met betrekking tot elektronische handel, en er zijn algemene voorschriften en specifieke voorschriften voor bepaalde producten zoals geneesmiddelen, genetisch gemodificeerde organismen, tabak, cosmetica, speelgoed en explosieven.
Rechtsgrond
De artikelen 114 en 169 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie (VWEU).
Doelstellingen
Ervoor zorgen dat alle consumenten in de Europese Unie - ongeacht waar in de Unie zij wonen, reizen of aankopen doen - een hoog gemeenschappelijk niveau van bescherming genieten tegen risico’s en gevaren voor hun veiligheid en economische belangen, en de consumenten meer mogelijkheden bieden om voor hun eigen belangen op te komen.
Wat is er bereikt?
A. Bescherming van de gezondheid en veiligheid van consumenten
1. Maatregelen van de Unie op het gebied van de volksgezondheid en het tabaksgebruik (2.2.4)
2. Levensmiddelen (2.2.6)
3. Geneesmiddelen (2.2.5)
4. Stelsel voor algemene productveiligheid en markttoezicht
In Richtlijn 2001/95/EG zijn veiligheidsnormen voor consumentenproducten vastgesteld. Als een product een groot risico vormt, moet het worden gemeld via Rapex, een systeem voor snelle informatie-uitwisseling tussen de lidstaten en de Commissie. Deze richtlijn zal op 13 december 2024 worden vervangen door een nieuwe verordening inzake algemene productveiligheid, die gericht is op alomvattend risicobeheer, verbeterde traceerbaarheid, strenger toezicht, specifieke verantwoordelijkheden voor ondernemingen en onlinemarktplaatsen, verplichte melding van ongevallen en gestructureerde terugroepprocedures met rechtsmiddelen voor consumenten.
5. Veiligheid van cosmetische producten, explosieven voor civiel gebruik en speelgoed
Met Verordening (EG) nr. 1223/2009, die sinds 11 juli 2013 van kracht is, wordt de veiligheid van cosmetische producten door middel van de juiste etikettering gewaarborgd. De Richtlijnen 2014/28/EU, 2013/29/EU, 2008/43/EG en Beschikking 2004/388/EG hebben betrekking op de veiligheid van civiele explosieven. Richtlijn 2009/48/EG gaat over de veiligheid van speelgoed, waarbij de relevante normen worden vastgesteld door het Europees Comité voor Normalisatie. Tijdens de evaluatie van de richtlijn speelgoedveiligheid werden bepaalde potentiële risico’s vastgesteld als gevolg van schadelijke chemicaliën en werd geconcludeerd dat er op de markt van de Unie nog steeds veel onveilig speelgoed wordt verkocht. Dat gaf in juli 2023 aanleiding tot de publicatie van een voorstel voor een nieuwe verordening betreffende de veiligheid van speelgoed.
6. Betaalbare communicatie voor bedrijven en consumenten (2.1.8)
B. Bescherming van de economische belangen van consumenten
1. Diensten van de informatiemaatschappij, elektronische verkoop, elektronische en grensoverschrijdende betalingen
Aanbieders van onlinediensten in de EU, met inbegrip van verschillende onlineactiviteiten, worden gereguleerd via de richtlijn inzake elektronische handel (2000/31/EG). Deze richtlijn is bijgewerkt op grond van de digitaledienstenverordening, die op 19 oktober 2022 werd aangenomen. Gelijke kosten voor grensoverschrijdende betalingen in euro’s tussen de lidstaten worden in andere handelingen gewaarborgd, zoals Richtlijn (EU) 2015/2366 en Verordening (EU) nr. 2021/1230.
2. Televisie zonder grenzen
In Richtlijn 2010/13/EU wordt voorzien in vrij verkeer met betrekking tot uitzendingen, de bescherming van openbare belangen, zoals culturele diversiteit, en de bescherming van minderjarigen. De richtlijn heeft betrekking op reclame voor alcohol, tabak en medicijnen, evenals telewinkelen en expliciete inhoud. Gebeurtenissen van groot maatschappelijk belang moeten gratis worden uitgezonden, ongeacht exclusieve rechten die zijn gekocht door op abonnementsbasis aangeboden tv-kanalen.
3. Op afstand gesloten overeenkomsten en buiten verkoopruimten gesloten overeenkomsten, de verkoop van en de garanties voor goederen en oneerlijke bedingen in overeenkomsten
Sinds 13 juni 2014 worden oudere richtlijnen vervangen en gewijzigd door de richtlijn consumentenrechten (2011/83/EU). Met deze richtlijn worden regels vastgesteld inzake informatieverstrekking, herroepingsrechten en contractuele bepalingen, met als doel de consumentenrechten te versterken. Richtlijn (EU) 2023/2673 betreffende de verkoop op afstand van financiële diensten aan consumenten omvat specifieke bepalingen inzake precontractuele informatie en het herroepingsrecht met betrekking tot sluiting van overeenkomsten inzake financiële diensten. Hiermee worden nieuwe maatregelen ingevoerd, zoals de “herroepingsknop” en manieren om donkere patronen aan te pakken. Bescherming tegen oneerlijke bedingen in overeenkomsten tussen verkopers van goederen of dienstverrichters enerzijds en consumenten anderzijds wordt gewaarborgd door Richtlijn 93/13/EEG van de Raad.
4. Oneerlijke handelspraktijken en vergelijkende en misleidende reclame
Richtlijn 2005/29/EG heeft betrekking op oneerlijke handelspraktijken van ondernemingen jegens consumenten, met inbegrip van misleidende activiteiten en dwang. Misleidende en vergelijkende reclame wordt gereguleerd door Richtlijn 2006/114/EG. Er werden herzieningen voorgesteld om lacunes aan te pakken, hetgeen heeft geleid tot Richtlijn (EU) 2019/2161, waarmee de regels inzake consumentenbescherming werden gemoderniseerd en aangescherpt.
5. Aansprakelijkheid voor producten met gebreken en prijsaanduidingen
In Richtlijn 1999/34/EG worden producenten verantwoordelijk gesteld voor schade die veroorzaakt is door producten met gebreken, waarbij de consument binnen drie jaar moet bewijzen dat er sprake is van schade, gebreken en oorzakelijk verband. In Richtlijn 98/6/EG is het weergeven van verkoop- en eenheidsprijzen verplicht gesteld om productvergelijkingen te vergemakkelijken. In Richtlijn 1999/44/EG worden productgaranties gewaarborgd, waarbij handelaars gebreken die zich binnen twee jaar na levering voordoen, moeten verhelpen. Deze richtlijn werd in 2011 bijgewerkt en later vervangen door Richtlijn (EU) 2019/771.
6. Consumentenkrediet en hypothecair krediet
In Richtlijn 2008/48/EG wordt de informatie over consumentenkrediet gestandaardiseerd en wordt consumenten een herroepingstermijn van 14 dagen geboden en de mogelijkheid om het krediet vervroegd af te lossen. In november 2026 wordt de richtlijn consumentenkrediet bij Richtlijn (EU) 2023/2225 ingetrokken. Met deze richtlijn wordt het toepassingsgebied uitgebreid, de reclame-informatie gestroomlijnd, de precontractuele informatie verfijnd, de regels voor kredietwaardigheidsbeoordeling verbeterd en de toegankelijkheid van financiële voorlichting en schuldadvies in de lidstaten bevorderd. Richtlijn 2014/17/EU bevat richtsnoeren voor consumentenkredietovereenkomsten die gekoppeld zijn aan voor woning bestemd onroerend goed. Doel is een eengemaakte hypotheekmarkt tot stand te brengen ten behoeve van consumenten waarmee hoge normen worden opgelegd aan kredietverstrekkers en kredietbemiddelaars[1].
7. Pakketreizen, in deeltijd gebruikt vastgoed en diensten voor kortetermijnverhuur van accommodatie
Dankzij Richtlijn (EU) 2015/2302 (richtlijn pakketreizen) worden consumenten beschermd bij het boeken van vakantiepakketten of gecombineerde reizen. De richtlijn bevat belangrijke rechten voor consumenten die vakantiepakketten boeken, waaronder het recht op terugbetaling en het recht op bijstand bij insolventie van de reisorganisator. Bij de uitbraak van de COVID-19-pandemie werden deze rechten bijzonder relevant. Daarom publiceerde de Commissie interpretatieve richtsnoeren over de toepassing van de richtlijn. Daarnaast evalueerde ze de richtlijn opnieuw en stelde ze in november 2023 een herziening voor om reizigers doeltreffender te beschermen en bepaalde aspecten te vereenvoudigen en te verduidelijken. Richtlijn 2008/122/EG is gericht op het gebruik van producten in deeltijd en er wordt voorzien in duidelijke contractinformatie en een herroepingstermijn van 14 dagen.
8. Vervoer
Verordening (EG) nr. 261/2004 en Verordening (EG) nr. 2027/97 hebben betrekking op de schadevergoeding voor passagiers in verband met vluchten en de aansprakelijkheid van vervoerders na ongevallen. Verordening (EG) nr. 80/2009 heeft betrekking op geautomatiseerde boekingssystemen voor het luchtvervoer, waarbij gelijke deelname en informatieverspreiding worden gewaarborgd. Er worden ook gemeenschappelijke criteria voor vlieg- en vrachttarieven vastgesteld. In Verordening (EG) nr. 300/2008 zijn naar aanleiding van de terroristische aanslagen van 9/11 normen voor de beveiliging van de luchtvaart vastgesteld.
9. Interne energiemarkten
Met het vierde energiepakket, dat in 2019 is goedgekeurd, werden nieuwe regels voor de elektriciteitsmarkt ingevoerd op het gebied van hernieuwbare energie en investeringen, stimulansen voor consumenten en beperkingen op subsidies voor elektriciteitscentrales, zoals capaciteitsmechanismen. Richtlijn (EU) 2019/944 betreffende gemeenschappelijke regels voor de interne markt voor elektriciteit bevat verschillende maatregelen op het gebied van consumentenbescherming, waaronder het vrij bepalen van de prijzen voor de levering van elektriciteit, marktgebaseerde prijsconcurrentie tussen leveranciers, de bescherming van energiearme en kwetsbare huishoudelijke afnemers en het recht van eindafnemers op elektriciteit. Afnemers kunnen ook vragen om de installatie van een slimme elektriciteitsmeter zonder dat daar aanvullende kosten aan verbonden zijn. Huishoudens en kleine ondernemers hebben gratis toegang tot ten minste één instrument waarmee zij het aanbod van de leveranciers, onder meer voor dynamischeprijscontracten, kunnen vergelijken. Zij moeten binnen maximaal drie weken gratis kunnen overstappen naar een andere leverancier en kunnen deelnemen aan collectieve overstapregelingen.
10. Netwerk van Europese consumentencentra (ECC-net of “euroloketten”) en de portaalsite “Your Europe”
Het ECC-net helpt consumenten bij grensoverschrijdende transacties en werkt samen met Europese netwerken zoals EBG-NET (financieel), Solvit (interne markt) en het Europees justitieel netwerk. De portaalsite Your Europe biedt gedetailleerde consumenteninformatie over een breed scala aan onderwerpen. Met de verordening tot oprichting van één digitale toegangspoort (Verordening (EU) 2018/1724) werden verbeteringen doorgevoerd.
C. Bescherming van de juridische belangen van de consument
1. Alternatieve procedures voor geschillenbeslechting en onlinegeschillenbeslechting
Alternatieve geschillenbeslechting (ADR) biedt consumenten en ondernemers buitengerechtelijke oplossingen om conflicten op te lossen via derden zoals bemiddelaars. In verschillende EU-richtlijnen en -resoluties worden beginselen voor alternatieve geschillenbeslechting vastgelegd, worden goedkopere en snellere rechtsmiddelen voor consumenten geboden, worden opties voor het verkrijgen van een (rechterlijk) bevel tegen grensoverschrijdende commerciële inbreuken geïntroduceerd en worden mogelijkheden geboden voor zowel online als offline geschillenbeslechting. Met Verordening (EU) nr. 524/2013 is een EU-breed platform voor onlinebeslechting van consumentengeschillen opgericht, dat sinds februari 2016 toegankelijk is. In oktober 2023 stelde de Commissie voor Richtlijn 2013/11/EU betreffende alternatieve beslechting van consumentengeschillen te wijzigen om het toepassingsgebied ervan uit te breiden, de bevoegdheden van in de lidstaten gevestigde ADR-entiteiten te versterken, grensoverschrijdende ADR-procedures te vergemakkelijken en consumenten er beter over te informeren.
2. Europees justitieel netwerk in burgerlijke en handelszaken en de verplichting tot samenwerking voor nationale autoriteiten
Bij Besluit 2001/470/EG is een Europees justitieel netwerk opgericht om burgers bij grensoverschrijdende geschillen bij te staan, de justitiële samenwerking te verbeteren en praktische informatie te verstrekken. Verordening (EU) 2017/2394 omvat een kader voor samenwerking tussen de nationale instanties die verantwoordelijk zijn voor handhaving van de wetgeving inzake consumentenbescherming. Op grond van de verordening wordt een netwerk van publieke handhavingsinstanties opgezet die samen schendingen van de consumentenregels aanpakken in gevallen waarbij de handelaar en de consument in verschillende landen gevestigd zijn.
3. Representatieve vorderingen ter bescherming van de collectieve belangen van consumenten
In Richtlijn 2014/104/EU wordt toegestaan dat degenen die schade hebben geleden door overtredingen van de mededingingswetgeving schadevergoeding kunnen vorderen. Richtlijn (EU) 2020/1828 betreffende representatieve vorderingen moet ervoor zorgen dat consumenten hun collectieve belangen in de EU kunnen behartigen via representatieve vorderingen, d.w.z. de rechtsvorderingen die door vertegenwoordigende entiteiten worden ingesteld. Hiermee wordt het vorige systeem voor het doen staken van inbreuken uitgebreid zodat er meer EU-instrumenten voor collectieve belangenbehartiging van consumenten onder vallen, en worden schadevergoedingsmethoden vastgesteld.
D. Maatregelen naar aanleiding van de uitbraak van COVID-19
Tijdens de pandemie hebben de Commissie en de consumentenbeschermingsautoriteiten in de lidstaten, als gevolg van een toename van het aantal onregelmatigheden online, een gemeenschappelijk standpunt inzake samenwerking op het gebied van consumentenbescherming uitgebracht, waarin zij er bij onlineplatforms op aandringen illegale marketing aan te pakken. Zij benadrukten ook het belang van de bestrijding van desinformatie door middel van een gezamenlijke mededeling. In het kader van grenscontroles en reisbeperkingen heeft de Commissie op 18 maart 2020 richtsnoeren uitgebracht om de consistente toepassing van de consumentenrechten in de EU te waarborgen.
De rol van het Europees Parlement
Het Parlement spant zich in om de EU-wetgeving inzake consumentenbescherming te verbeteren en zorgt voor een evenwicht tussen markt- en consumentenbelangen. Deze inspanningen worden gestuurd door de Nieuwe consumentenagenda 2020-2025, de “new deal” voor consumenten, de Europese Green Deal en het actieplan voor de circulaire economie. Europese consumenten profiteren van maatregelen ter versterking van de interne markt van de EU, met name van het initiatief voor de digitale eengemaakte markt. Dit initiatief omvat regelgeving inzake roamingtarieven, internetconnectiviteit, overdraagbaarheid van online-inhoud, grensoverschrijdende pakketbezorging, algemene gegevensbescherming en geoblocking, de richtlijn tot vaststelling van het Europees wetboek voor elektronische communicatie en het vrije verkeer van niet-persoonsgebonden gegevens en de richtlijn inzake auteursrechten in de digitale eengemaakte markt[2].
In een resolutie van november 2020 pleitte het Parlement voor een actualisering van de richtlijn inzake algemene productveiligheid (RAPV) om ervoor te zorgen dat de regels inzake markttoezicht relevant zijn voor zowel offline- als onlineproducten en om de uitdagingen van opkomende technologieën zoals artificiële intelligentie en robotica aan te pakken. In een onderzoek uit 2022 voor de Commissie interne markt en consumentenbescherming (IMCO) werd erop gewezen dat de RAPV moet worden herzien om rekening te houden met die nieuwe technologieën. Daarnaast heeft het Parlement de consumentenbescherming in het digitale tijdperk besproken en de nadruk gelegd op krachtige maatregelen voor onlinemarktplaatsen door middel van de digitaledienstenverordening, zoals benadrukt tijdens een workshop over de elektronische handel in februari 2020 en in een aantal onderzoeken[3]. Deskundigen en belanghebbenden hebben erop aangedrongen dat in de digitaledienstenverordening krachtige maatregelen moeten worden vastgesteld ter bescherming van de consumenten in verband met onlinemarktplaatsen.
Recent onderzoek heeft betrekking op verschillende aspecten van consumentenbescherming. In een onderzoek[4] uit oktober 2020 werd gesproken over “lootboxes” in videospelen en hun potentieel om de drempel naar gokken te verlagen, met name onder jongeren. De commissie IMCO heeft in december 2022 een ontwerpuitvoeringsverslag over consumentenbescherming bij onlinevideospelen goedgekeurd.
In januari 2021 werd een briefing[5] gepubliceerd over “De terugbetaling en vergoeding in geval van annulering of vertraging van vervoer: rechten en de handhaving ervan”, met details over consumentenrechten uit hoofde van de EU-wetgeving voor annuleringen van vervoer, met name in verband met de COVID-19-pandemie. In een ander onderzoek[6] werd het effect van gerichte reclame op de keuze van de consument onderzocht en werd gewezen op de voordelen van gepersonaliseerde advertenties, maar werden er ook zorgen geuit over de transparantie, de gerichtheid op kwetsbare consumenten en “donkere patronen” die consumentenbeslissingen kunnen manipuleren. De IMCO-commissie heeft in maart 2022 een openbare hoorzitting gehouden om de risico’s van donkere patronen voor consumenten aan te pakken.
Op 28 oktober 2021 hield de commissie IMCO een openbare hoorzitting over “dual quality”-producten op de interne markt (producten met een identieke verpakking/branding/marketing maar met een uiteenlopende kwaliteit/verschillen in samenstelling). Tijdens die hoorzitting wezen deskundigen van consumentenverenigingen en bedrijfsorganisaties op de problemen waartoe “dual quality”-producten hebben geleid, zowel voor consumenten als voor het bedrijfsleven, onder meer wat betreft de voorlichting aan consumenten over de verschillende kenmerken van de producten. Zij bespraken ook manieren om de voorlichting aan consumenten over dit fenomeen te verbeteren.
In februari 2022 keurde het Parlement een resolutie over de uitvoering van de richtlijn speelgoedveiligheid goed, waarin het een oproep deed die richtlijn te herzien om ervoor te zorgen dat alleen veilig speelgoed op de markt van de Unie wordt verkocht.
Wat oneerlijke praktijken betreft, heeft de commissie IMCO in april 2022 een openbare hoorzitting gehouden over de handhaving van consumentenrechten bij de aanschaf van goederen van buiten de EU en de uitdagingen die met die aanschaf gepaard gaan.
In februari 2022 werd een onderzoek[7] gepubliceerd over het effect van influencers op reclame en consumentenbescherming, waarbij bezorgdheid werd geuit over misleidende inhoud en de promotie van onveilige producten in de snel groeiende marketingindustrie door influencers. De digitaledienstenverordening en de digitalemarktenverordening zijn bedoeld om de transparantie te vergroten en regels voor online-aanbieders van platformdiensten (poortwachters) vast te stellen – cruciale onderwerpen als het gaat om de activiteiten van influencers. In een ander onderzoek[8] uit september 2022 werden voorschotten in rekening-courant in de EU geanalyseerd, waaruit aanzienlijke verschillen in rentevoeten tussen de lidstaten naar voren kwamen. De auteurs pleitten voor strengere en billijkere regelgeving, met name waar de rentevoeten het hoogst zijn.
In november 2022 werd een onderzoek gepubliceerd over de steeds vaker voorkomende praktijk van gepersonaliseerde prijsstelling, waarbij de prijzen worden afgestemd op individuele consumenten op basis van gegevensanalyse en vaak zonder dat zij zich hier volledig bewust van zijn. Met deze strategie wordt misbruik gemaakt van de bereidheid van consumenten om te betalen, zodat verkopers hun winst kunnen maximaliseren. Dit geeft aanleiding tot ethische bezwaren en een mogelijke weerstand van de consument als gevolg van vermeende oneerlijkheid en het effect op de prijstransparantie en -vergelijking. Momenteel is gepersonaliseerde prijsstelling op grond van de EU-wetgeving toegestaan, behalve wanneer deze in strijd is met de antidiscriminatiewetgeving. Bepalingen in nieuwe EU-richtlijnen, zoals artikel 6, lid 1, punt e), van de richtlijn consumentenrechten, vereisen enige openbaarmaking van gepersonaliseerde prijsstellingspraktijken, maar deze bepalingen worden als onvoldoende beschouwd. Gezien het verzet van consumenten tegen dit soort prijzen zou prijsdiscriminatie die leidt tot prijzen die hoger zijn dan normaal via toekomstige regelgeving kunnen worden verboden. Nieuwe regels kunnen ook dienen om de informatieverplichtingen uit te breiden en te verduidelijken en de handhaving te vergemakkelijken door de bewijslast om te keren in gevallen van vermoedelijke gepersonaliseerde prijsstelling.
Meer informatie over dit onderwerp vindt u op de website van de Commissie interne markt en consumentenbescherming.
Barbara Martinello