
Geboortedatum : , Den Haag
5de zittingsperiode Joke SWIEBEL
Fracties
- 20-07-1999 / 19-07-2004 : Fractie van de Partij van de Europese Sociaal-democraten - Lid
National parties
- 20-07-1999 / 19-07-2004 : Partij van de Arbeid (Nederland)
Leden
- 21-07-1999 / 14-01-2002 : Commissie vrijheden en rechten van de burger, justitie en binnenlandse zaken
- 21-07-1999 / 14-01-2002 : Commissie rechten van de vrouw en gelijke kansen
- 06-10-1999 / 14-01-2002 : Delegatie voor de betrekkingen met Australië en Nieuw-Zeeland
- 17-01-2002 / 19-07-2004 : Commissie vrijheden en rechten van de burger, justitie en binnenlandse zaken
- 17-01-2002 / 19-07-2004 : Commissie rechten van de vrouw en gelijke kansen
- 07-02-2002 / 19-07-2004 : Delegatie voor de betrekkingen met Australië en Nieuw-Zeeland
Plaatsvervanger
- 22-07-1999 / 05-09-2001 : Commissie juridische zaken en interne markt
- 06-07-2000 / 05-09-2001 : Tijdelijke commissie Echelon-interceptiesysteem
all-activities
Bijdragen aan plenaire debatten
Toespraken tijdens de plenaire vergadering en schriftelijke verklaringen met betrekking tot plenaire debatten. Artikel 204 en artikel 171, lid 11, van het Reglement
Verslag(en) - als rapporteur
Een rapporteur wordt in de bevoegde parlementaire commissie benoemd om een verslag op te stellen over voorstellen van wetgevende of begrotingsaard, of andere kwesties. Bij het opstellen van hun verslag kunnen rapporteurs overleggen met relevante deskundigen en belanghebbenden. Zij zijn ook verantwoordelijk voor het opstellen van compromisamendementen en onderhandelingen met schaduwrapporteurs. Voor de verslagen die op het niveau van de commissie worden goedgekeurd, volgen een bespreking en stemming in de plenaire vergadering. Artikel 55 van het Reglement
Ontwerpresolutie(s)
Ieder lid kan een individuele ontwerpresolutie indienen over kwesties die binnen het toepassingsgebied van de EU vallen. Deze ontwerpresolutie wordt ter overweging toegezonden aan de bevoegde commissie. Artikel 143 van het Reglement
Parlementaire vraag/vragen
Vragen met verzoek om mondeling antwoord gevolgd door een debat kunnen worden ingediend door een commissie, een fractie of ten minste 5% van de leden van het Parlement. De adressaten zijn de andere EU-instellingen. De Conferentie van voorzitters beslist of, en in welke volgorde, de vragen op de definitieve ontwerpagenda van de plenaire vergadering worden ingeschreven. Artikel 128