Vergoedingen 

Naast hun salaris hebben de leden van het Europees Parlement — net als leden van nationale parlementen — recht op vergoedingen voor de kosten die zij maken in het kader van de uitoefening van hun parlementaire taken, waarvoor ze vaak van huis zijn. Alle onderstaande cijfers gelden per 01/01/2024.


Vergoeding voor algemene uitgaven

De vergoeding voor algemene uitgaven (4 950 euro per maand) is een forfaitair bedrag waarmee de leden kosten kunnen dekken zoals het huren van kantoren in de lidstaat waar zij verkozen zijn, IT-hardware en -software, kantoorbenodigdheden, mobiele telefoons/abonnementen en internetabonnementen.


Voor de leden van het Europees Parlement is het belangrijk om dergelijke activiteiten lokaal te kunnen organiseren in hun kiesdistrict en niet alleen in Brussel en Straatsburg. De regels en doelstellingen van de vergoeding voor algemene uitgaven zijn vastgelegd in het Statuut van de leden en de uitvoeringsbepalingen zijn vastgesteld door het Bureau.

Het forfaitaire bedrag wordt gebruikt om de onafhankelijkheid van het mandaat te waarborgen en omdat deze vorm van betaling het kosteneffectiefst is.

Bij de laatste herziening is de transparantie verhoogd en de lijst van de soorten kosten die worden gedekt, vereenvoudigd. De leden van het Europees Parlement kunnen hun uitgaven op transparante en toegankelijke wijze online publiceren.

De leden ontvangen de helft van de vergoeding als zij zonder behoorlijke motivering minder dan de helft van de plenaire vergaderingen in één parlementair jaar (september tot augustus) bijwonen.

Dagvergoeding

De dagvergoeding (350 euro per dag), ook wel “verblijfsvergoeding” genoemd, is een forfaitair bedrag voor accommodatie, maaltijden en daarmee verband houdende kosten per dag dat een lid in het Europees Parlement aanwezig is in verband met officiële werkzaamheden.

De leden van het Europees Parlement moeten een presentielijst tekenen. Voor de Voorzitter en de fractieleiders van het Parlement gelden uitzonderingen.

De vergoeding wordt gehalveerd als een lid meer dan de helft van de hoofdelijke stemmingen mist op een dag waarop in de plenaire vergadering wordt gestemd, zelfs als hij aanwezig is en de presentielijst heeft getekend.

Voor vergaderingen buiten de EU wordt de vergoeding gehalveerd.

Reiskosten

Van en naar het Europees Parlement:

Het Europees Parlement vergoedt de reiskosten om de EP-leden in staat te stellen deel te nemen aan vergaderingen van het Europees Parlement, zoals plenaire vergaderingen, commissievergaderingen en fractievergaderingen. Deze vinden voornamelijk plaats in Brussel of Straatsburg.

De leden van het Europees Parlement krijgen na indiening van een betaalbewijs de werkelijke kosten van de reistickets voor het bijwonen van de vergaderingen vergoed.

Daarbij wordt maximaal een vliegticket in businessclass (tariefklasse “D” of soortgelijk), een treinkaartje in eerste klas of 0,58 euro per kilometer voor autoreizen vergoed. Het Europees Parlement geeft de tickets af.

Daarnaast zijn er vaste vergoedingen op basis van de afstand en de duur van de reis om overige reiskosten te dekken (tolgelden voor autosnelwegen, kosten voor extra bagage, reserveringskosten enz.).



Aanvullende reizen:

Bij de uitoefening van hun taken kan het zijn dat de leden moeten reizen binnen en buiten de lidstaat waarin zij zijn verkozen.


Officiële reizen:

Tijdens de uitoefening van hun mandaat kunnen de EP-leden om verschillende redenen buiten de werklocaties van het EP reizen, waarbij zij de instelling vertegenwoordigen. Het gaat daarbij met name om onderzoeksmissies van commissies, commissiedelegaties en officiële delegaties naar derde landen. Deze reizen worden georganiseerd volgens het Reglement van het EP en de regeling van het Bureau. De reiskosten vallen onder de begroting van de commissie of delegatie die de reis organiseert.

Individuele reizen:

Daarnaast kunnen de leden van het Europees Parlement zelf reizen organiseren om officiële taken uit te voeren. De leden moeten vaak reizen in de lidstaat waar zij verkozen zijn of daarbuiten, zowel voor hun officiële taken als om andere redenen (bijvoorbeeld om een conferentie bij te wonen of een werkbezoek af te leggen).

Voor werkzaamheden in de eigen lidstaat vergoedt het Parlement alleen reiskosten, met een jaarlijks maximum per land.

Voor werkzaamheden in het buitenland — die geen deel uitmaken van officiële vergaderingen van het Parlement — kunnen de leden van het Europees Parlement verzoeken om vergoeding van reis-, verblijfs- en aanverwante kosten in andere landen tot een maximumbedrag van 4 886 euro per jaar.

Ziektekosten

De leden hebben recht op vergoeding van twee derde van hun medische kosten. Behalve het percentage van de vergoeding zijn de gedetailleerde regels en procedures van dit systeem gelijk aan die voor ambtenaren van de EU


Overbruggingstoelage

Aan het einde van hun ambtstermijn hebben de leden van het Europees Parlement recht op een overbruggingstoelage, die gelijk is aan één maandsalaris per jaar dat zij deel uitmaakten van het EP, gedurende maximaal twee jaar.

Wanneer een voormalig EP-lid een andere functie op zich neemt, wordt de overbruggingstoelage verlaagd met het salaris van deze nieuwe functie.

Een lid dat ook recht heeft op een ouderdoms- of invaliditeitspensioen, moet een keuze maken: de toelage én het pensioen ontvangen kan niet.

Overige rechten

De leden van het Europees Parlement kunnen gebruikmaken van officiële voertuigen om vergaderingen of evenementen in Brussel of Straatsburg bij te wonen.