EP: Zet een koolstofprijs op bepaalde EU-import om klimaatambities te verhogen 

Persbericht 
 
 
  • Het moet alle producten onder het EU-emissiehandelssysteem omvatten 
  • Inkomsten gebruiken om EU-steun voor de doelen van de Green Deal te verhogen  
  • Het mechanisme moet niet misbruikt worden voor handelsprotectionisme 
: Parlement wil de uitstoot van broeikasgassen door EU-import terugdringen ©AFP/GREG BAKER  

De EU moet een prijs zetten op koolstof bij import uit landen met lagere klimaatdoelen. Zo worden klimaatambities verhoogd en ‘koolstoflekkage’ voorkomen.

Op woensdag nam het Europees Parlement een resolutie aan voor een met de Wereldhandelsorganisatie (WTO) verenigbaar EU-mechanisme voor koolstofcorrectie aan de grens. Dit ging met 444 stemmen voor, 70 tegen en 181 onthoudingen.


De resolutie onderstreept dat de hogere klimaatdoelen van de EU niet moeten leiden tot ‘koolstoflekkage’. De wereldwijde inzet voor het klimaat is er niet bij gebaat als EU-productie verschuift naar niet-EU-landen met lagere uitstootregels.


De Europarlementariërs steunen daarom een koolstofprijs op bepaalde geïmporteerde goederen van buiten de EU, wanneer deze landen niet ambitieus genoeg zijn in de aanpak van klimaatverandering. Hiermee wordt een wereldwijd gelijk speelveld gecreëerd en worden EU- en niet-EU-industrieën gestimuleerd om decarbonisatie te bevorderen in lijn met het Parijsakkoord.


De leden benadrukken dat het gaat om een systeem dat verenigbaar is met de WTO en niet misbruikt mag worden om protectionisme in de hand te werken. Het moet daarom ontworpen worden om specifiek de klimaatdoelen te halen. Inkomsten moeten gebruikt worden als deel van de eigen middelen om de doelen van de Green Deal te steunen met de EU-begroting.


Mechanisme koppelen aan hervormd emissiehandelssysteem

Het nieuwe systeem moet onderdeel zijn van een bredere EU-industriestrategie en moet de import van alle producten onder het EU-emissiehandelssysteem omvatten. De Europarlementariërs voegen hieraan toe dat het systeem al vanaf 2023, en na een effectbeoordeling, de elektriciteitssector en energie-intensieve industriële sectoren zoals cement, staal, aluminium, olieraffinage, papier, glas, chemische stoffen en meststoffen moet omvatten. Deze sectoren blijven aanzienlijke gratis emissierechten krijgen en zijn nog steeds goed voor 94 % van de industriële emissies van de EU.


De leden voegen eraan toe dat het koppelen van de koolstofprijs in het EU-mechanisme voor koolstofcorrectie aan de grens aan de prijs van EU-emissierechten onder het emissiehandelssysteem (16) beter werkt tegen koolstoflekkage. Zij onderstrepen echter dat het nieuwe mechanisme niet mag leiden tot dubbele bescherming voor EU-installaties.


Het plenaire debat is hier terug te kijken.


Quote

Rapporteur Yannick Jadot (Groenen/VEA, FR) zei na de stemming:


“Het EU-mechanisme voor koolstofcorrectie aan de grens is een grote kans om problemen rond klimaat, industrie, werkgelegenheid, veerkracht, soevereiniteit en verhuizingen te vereenzelvigen. We moeten stoppen naïef te zijn en een gelijke koolstofprijs op producten in te stellen, of deze nou gemaakt worden binnen of buiten de EU. Zo verzekeren we dat vervuilende sectoren ook deelnemen in de aanpak van klimaatverandering en innoveren richting nul uitstoot. Dit is onze beste kans om onder de 1.5°C opwarming te blijven, terwijl we onze handelspartners richting ambitieuze klimaatdoelen sturen, om zo toegang te krijgen tot de EU-markt.


Vervolgstappen

Naar verwachting presenteert de Europese Commissie in het tweede kwartaal van 2021 een wetgevend voorstel voor het EU-mechanisme voor koolstofcorrectie aan de grens, als onderdeel van de Europese Green Deal. Daarnaast komt er ook een voorstel over hoe de gegenereerde inkomsten onderdeel worden van de EU-begroting.


Achtergrond

Het Europees Parlement speelt een belangrijke rol in het aandringen op ambitieuzere EU-klimaatwetgeving. Het riep de klimaatnoodtoestand uit op 28 november 2019 en wil dat de EU en de lidstaten klimaatneutraal zijn in 2050. De uitstoot van broeikasgassen moet met 30% verminderd zijn in 2030.