EU-burgers vertrouwen traditionele media het meest, aldus nieuwe Eurobarometer 

Persbericht 
 
 
  • 72 % van de respondenten geeft aan onlangs iets te hebben gelezen, gezien of gehoord over de Europese Unie, en 57 % over het Europees Parlement.  
  • Televisie is de belangrijkste nieuwsbron (75 %), vooral bij oudere generaties.  
  • De publieke omroep is de meest vertrouwde nieuwsbron in de EU (49 %), gevolgd door de geschreven pers (39 %) en commerciële tv- en radiozenders (27 %). 

De media zijn belangrijk om de Europese burgers te informeren over de werkzaamheden van de EU en de Europese instellingen.

    In een specifieke Eurobarometerenquête die vandaag is gepubliceerd, worden de mediagewoonten van burgers, hun mate van vertrouwen in diverse mediabronnen en hun kijk op de dreiging van desinformatie gepeild.

    Bewustzijn en onthouden van berichtgeving

    De burgers zijn het meest geïnteresseerd in de nationale politiek. De helft van de respondenten selecteerde deze optie. Het onderwerp Europese en internationale zaken volgt op korte afstand (46 %), op gelijke hoogte met het lokale nieuws (47 %).

    72 % van de respondenten herinnert zich onlangs iets te hebben gelezen, gezien of gehoord over de Europese Unie in de gedrukte pers of op internet, televisie of de radio. 57 % heeft onlangs iets gezien, gelezen of gehoord over het Europees Parlement.

    De mate waarin nieuwsberichten over de EU worden onthouden, varieert van 57 % in Frankrijk tot 90 % in Roemenië. Voor berichten over het EP varieert het cijfer van 39 % in Frankrijk tot 85 % in Malta.

    Mediagewoonten

    75 % van de respondenten kijkt televisie om zich te informeren. Daarom geldt dit medium als de belangrijkste nieuwsbron, vooral bij 55+’ers. Het wordt op afstand gevolgd door online nieuwsplatforms (43 %), de radio (39 %) en socialemediaplatforms en blogs (26 %). Op de vijfde plaats staat de geschreven pers. Voor een op de vijf ondervraagden (21 %) zijn kranten en tijdschriften de voornaamste nieuwsbron. Jongeren daarentegen maken vaker gebruik van socialemediaplatforms en blogs om toegang te krijgen tot nieuwsberichten (46 % van de jongeren tussen de 15 en 24 jaar ten opzichte van 15 % van de 55+’ers).

    Traditionele nieuwsbronnen, en met name televisie, zijn weliswaar populair, maar 88 % van de respondenten geeft aan weleens een smartphone, computer of laptop te gebruiken om zich online te informeren. 43 % van de ondervraagden raadpleegt de website van de traditionele nieuwsbron (bijv. de website van een krant) om online nieuws te raadplegen. 31 % leest artikelen of posts die op hun sociale media verschijnen. Jongeren vinden het bijzonder belangrijk om op deze manier aan nieuws te komen (43 % van de jongeren tussen de 15 en 24 jaar tegenover 24 % van de 55+’ers).

    Voor online nieuws wordt nog altijd maar zelden betaald: 70 % van de mensen die online toegang hebben tot nieuwsmateriaal gebruikt alleen nieuwsinhoud en -diensten die gratis zijn.

    Meest vertrouwde mediabronnen

    De burgers hebben meer vertrouwen in traditionele zenders en de gedrukte pers, ook al worden ze op internet geraadpleegd, dan op online nieuwsplatforms en socialemediakanalen. 49 % van de respondenten verwacht dat de publieke omroep hun betrouwbare informatie aanbiedt, of dat nu via de tv en de radio gebeurt of online. 39 % is die mening toegedaan voor de geschreven pers. Daartegenover staat dat commerciële televisie- en radiozenders door slechts 27 % van de respondenten als betrouwbare mediabron worden aangemerkt. Polen is het enige land waar deze zenders het meest worden vertrouwd. Een radicalere afwijking van de traditionele nieuwsbronnen is te vinden in Hongarije, waar respondenten hebben aangegeven dat zij mensen, groepen of vrienden die zij op sociale media volgen het meest vertrouwen.

    Het belang van vertrouwen komt ook tot uiting in de antwoorden van respondenten op de vraag in welke gevallen zij online een nieuwsartikel zouden openen. Voor 54 % van hen is het belangrijk dat de titel aansluit bij hun interesses en voor 37 % dat ze vertrouwen hebben in de nieuwsbron die het artikel heeft gedeeld.

    Blootstelling aan desinformatie en nepnieuws

    Ruim een vierde van de respondenten (28 %) vindt dat zij in de afgelopen zeven dagen vaak of heel vaak aan desinformatie en nepnieuws blootgesteld zijn geweest. In Bulgarije ligt dit cijfer het hoogst (55 %) en in Nederland het laagst (3 % heel vaak en 9 % vaak).

    De meeste respondenten hebben er vertrouwen in dat ze desinformatie en nepnieuws van echt nieuws kunnen onderscheiden: 12 % is daar heel zeker van en 52 % ietwat zeker. Dit vertrouwen vermindert met de leeftijd en neemt toe met het onderwijsniveau van een persoon.

    Achtergrond

    Het beeld dat de burgers hebben van de Europese Unie en het Europees Parlement wordt beïnvloed door wat ze zien, horen en lezen in diverse media. In deze Flash Eurobarometer wordt grondig gekeken naar hun mediagebruik en -gewoonten, waarbij zowel traditionele als onlinemedia onder de loep worden genomen. Ipsos European Public Affairs heeft in elk van de 27 lidstaten van de Europese Unie interviews afgenomen bij een representatieve steekproef van EU-burgers van 15 jaar en ouder. Ipsos heeft zijn onlinepanels gebruikt en een beroep gedaan op zijn partnernetwerk om tussen 26 april en 11 mei 2022 52 347 interviews af te nemen via computer-assisted web interviewing (CAWI).

    De resultaten op EU-niveau werden gewogen op basis van het aantal inwoners in elke lidstaat.

    De volledige gegevens en het verslag kunt u hier raadplegen.