Milieucriminaliteit: EP keurt nieuwe lijst van strafbare feiten en sancties goed 

Persbericht 
 
 
  • Lijst van milieudelicten wordt uitgebreid met illegale houthandel en uitputting van watervoorraden  
  • Maximaal tien jaar cel voor afzonderlijke misdrijven 
  • Boetes voor bedrijven tot vijf procent van hun wereldwijde omzet of veertig miljoen euro 
  • Milieucriminaliteit is de op drie na grootste criminele activiteit ter wereld 
De nieuwe wet bevat sancties voor milieudelicten, waaronder gevangenisstraf en boetes @DedMityay/Adobe Stock  

Het Parlement heeft dinsdag nieuwe regels goedgekeurd over milieudelicten en daarmee samenhangende sancties.

De nieuwe richtlijn, waarover met de Raad overeenstemming is bereikt op 16 november 2023, werd goedgekeurd met 499 stemmen voor, 100 tegen en bij 23 onthoudingen. De richtlijn bevat een geactualiseerde lijst van strafbare feiten, waaronder illegale houthandel, de uitputting van watervoorraden, verontreiniging door schepen en ernstige inbreuken op de EU-wetgeving voor chemische stoffen. De EP-leden hebben ervoor gezorgd dat de nieuwe regels ook “gekwalificeerde misdrijven” omvatten, zoals grootschalige bosbranden of de wijdverbreide vervuiling van lucht, water en bodem. Dat zijn overtredingen die leiden tot de vernietiging van ecosystemen en dus vergelijkbaar zijn met ecocide.

Sancties omvatten gevangenisstraf en boetes

Individuen of bedrijfsvertegenwoordigers die milieudelicten plegen, krijgen een gevangenisstraf opgelegd. De strafmaat is afhankelijk van hoe langdurig, ernstig of omkeerbaar de schade is. Gekwalificeerde misdrijven kunnen worden bestraft met acht jaar, strafbare feiten die de dood van een persoon tot gevolg hebben met tien jaar, en andere strafbare feiten met maximaal vijf jaar.

Alle daders worden verplicht de milieuschade te herstellen en te compenseren. Ze kunnen ook boetes krijgen. Voor bedrijven lopen deze op tot 3 of 5 procent van hun jaarlijkse wereldwijde omzet of tot 24 of 40 miljoen euro, afhankelijk van de aard van het misdrijf. De EU-landen kunnen zelf bepalen of ze strafbare feiten vervolgen die niet op hun grondgebied zijn gepleegd.

EU-landen moeten opleidingen organiseren en gegevens verzamelen

De EP-leden drongen erop aan dat klokkenluiders die milieudelicten melden steun en bijstand krijgen bij strafprocedures. Ze zorgden er ook voor dat de EU-landen gespecialiseerde opleidingen voor politieagenten, rechters en openbare aanklagers moeten organiseren, nationale strategieën moeten opstellen en bewustmakingscampagnes moeten opzetten om milieucriminaliteit te bestrijden. Door gegevens over milieudelicten te verzamelen, zouden de regeringen van de EU-landen bijdragen aan de bestrijding van dit probleem en de Commissie helpen de lijst regelmatig te updaten.

Quote

Na de stemming in de plenaire vergadering zei de rapporteur van het Europees Parlement, Antonius Manders (EVP, NL): “Het wordt tijd dat we grensoverschrijdende criminaliteit op EU-niveau bestrijden via geharmoniseerde en afschrikkende sancties om nieuwe milieudelicten te voorkomen. Met deze overeenkomst komt de rekening bij de vervuiler te liggen. Bovendien is het een belangrijke stap in de goede richting dat mensen in leidinggevende functies bij bedrijven die vervuilen, en ook de bedrijven zelf, aansprakelijk kunnen worden gesteld. Met de invoering van een zorgplicht kunnen zij zich niet meer verschuilen achter vergunningen of mazen in de wetgeving.”

Volgende stappen

De richtlijn wordt bekendgemaakt in het Publicatieblad van de EU en treedt twintig dagen later in werking. De EU-landen krijgen twee jaar de tijd om de regels om te zetten in nationaal recht.

Achtergrond

Milieucriminaliteit is de op drie na grootste criminele activiteit ter wereld en een van de belangrijkste inkomstenbronnen voor de georganiseerde misdaad, naast drugs, wapens en mensenhandel. De Europese Commissie diende in december 2021 een voorstel in om het milieu in de EU beter te beschermen via het strafrecht, met als doel het stijgende aantal milieudelicten te bestrijden.

De persconferentie met de rapporteur vindt plaats op dinsdag 27 februari om 14 uur.